In deze les zitten 64 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
De Koude Oorlog
Introductie
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
LESDOELEN
Je kan uitleggen hoe de relatie tussen de VS en de Sovjet-Unie was tijdens en na de Tweede Wereldoorlog.
Je kan de verschillen beschrijven
Je kan het begrip containmentpolitiek verklaren
Je kan de verschillen tussen de twee Duitslanden beschrijven
Slide 3 - Tekstslide
Kapitalisme
A
Westen
B
Oosten
Slide 4 - Quizvraag
Vrijemarkteconomie
A
Westen
B
Oosten
Slide 5 - Quizvraag
Stalin
A
Westen
B
Oosten
Slide 6 - Quizvraag
Geen verschil tussen arm en rijk
A
Westen
B
Oosten
Slide 7 - Quizvraag
Socialisme
A
Westen
B
Oosten
Slide 8 - Quizvraag
Concurrentie
A
Westen
B
Oosten
Slide 9 - Quizvraag
Vrije verkiezingen
A
Westen
B
Oosten
Slide 10 - Quizvraag
Dictatuur
A
Westen
B
Oosten
Slide 11 - Quizvraag
Vraag en aanbod
A
Westen
B
Oosten
Slide 12 - Quizvraag
Planeconomie
A
Westen
B
Oosten
Slide 13 - Quizvraag
Verenigde Staten
Democratie
Kapitalisme
Vrijheid
Grote verschillen (arm/rijk, blank/zwart)
Slide 14 - Tekstslide
Sovjet-Unie
Dictatuur
Communisme
Onderdrukking
Gelijkheid, soms dan...
Slide 15 - Tekstslide
2. Spanningen tussen Oost en West
Waardoor groeide de spanning tussen het Oostblok en het Westblok in de periode 1945-1955?
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Franklin Delano Roosevelt
President van de Verenigde Staten
Jozef Stalin
Leider van de Sovjet-Unie
Winston Churchill
Minister-President van Groot-Brittannië
Slide 18 - Tekstslide
Conferentie van Jalta (februari 1945)
Churchill (GB), Roosevelt (VS) en Stalin (SU)
Hoe zien Europa en de wereld er na de oorlog uit?
Wie heeft macht en invloed in Europa?
Wat doen we met Duitsland én de Duitsers?
Slide 19 - Tekstslide
Atllee, Roosevelt, Stalin
Slide 20 - Tekstslide
Conferentie van Potsdam (Juli 1945)
Geen gezamenlijke vijand meer: Hitler is verslagen
Andere spelers: Churchill en Roosevelt zijn er niet meer bij (Potsdam, juli 1945) (Truman, Atllee)
Japan moest zich onvoorwaardelijk overgeven.
De Amerikanen, Britten, Fransen en Russen kregen elk een deel van Duitsland toegewezen waarover zij de baas werden.
Duitsland moest zich ontwapenen en denazificeren.
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Gevolgen
Er wordt niet meer gepraat
Steeds minder vertrouwen tussen de landen
Geen oplossing voor Duitsland en Berlijn
Ontstaan van twee machtsblokken in Europa
Amerika heeft de atoombom
Slide 23 - Tekstslide
Aantekeningen
timer
8:00
Slide 24 - Tekstslide
Slide 25 - Video
Verdeling van Duitsland
Duitsland (tijdelijk) niet meer zelfstandig
Vier bezettingszones onder leiding van: Frankrijk, Engeland, de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten
Ook Berlijn wordt in 4 zones verdeeld
Reizen tussen bezettingszones is geen probleem
Vergeet dit ook niet: Berlijn ligt in de bezettingszone van de Sovjet-Unie
Berlijn is, net als Duitsland, verdeeld in 4 bezettingszones. Omdat Berlijn in de Sovjet-zone ligt, liggen de Berlijn-bezettingszones van Frankrijk, Engeland en de Verenigde Staten dus ook in de Sovjet-zone.
Slide 26 - Tekstslide
Invloedssferen
Verdeling van Europa:
Gebied dat jij hebt veroverd op de Duitsers, daar heb jij invloed
Jij mag bepalen wat in dat gebied gebeurt (economie, politiek)
Vergeet dit ook niet: De ander mag niet ingrijpen in dat gebied, ook al zie je er van alles gebeuren waarmee je het niet eens bent.
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Video
The Red Scare
1949-1953
'Heksenjacht' in de VS op alles wat maar leek op communisme
onder leiding van senator Joseph McCarthy
Slide 29 - Tekstslide
Amerikaanse buitenlandse politiek na 1945
Beschermen van vrijheid en democratie (Trumanleer)
Voorkomen dat meer landen communistisch worden (Containmentpolitiek)
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Video
Aantekeningen
timer
8:00
Slide 32 - Tekstslide
Marshellplan
Actief helpen bij de wederopbouw van Europa (Marshallplan)
Vergeet dit ook niet: met het Marshallplan wilden de Amerikanen ook voorkomen dat Europa voor het communisme zou kiezen.
Slide 33 - Tekstslide
Opdeling Duitsland
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Wat gebeurt er?
Stalin blokkeert alle aanvoerwegen naar West-Berlijn om zo de stad tot overgave te dwingen: Blokkade van Berlijn
Het Westen gaat West-Berlijn via de lucht bevoorraden: de luchtbrug
Een jaar lang landt er iedere 3 minuten een vliegtuig in West-Berlijn
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Slide 39 - Tekstslide
Slide 40 - Video
Oprichting West-Duitsland (BRD)
Bondsrepubliek Duitsland
en
Oost-Duitsland (DDR)
Duitse Democratische Republiek
mei (BRD) en oktober (DDR) 1949
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Video
Begin Koude Oorlog
Slide 43 - Tekstslide
Wanneer was de Conferentie van Jalta?
A
Februari 1944
B
Juni 1944
C
Februari 1945
D
Juni 1945
Slide 44 - Quizvraag
Wie waren er aanwezig bij de Conferentie van Jalta
A
Churchill, Stalin en Truman
B
Stalin, Churchill en Truman
C
Stalin, Churchill en Roosevelt
D
Churchill, Attlee en Truman
Slide 45 - Quizvraag
Wat werd er niet afgesproken bij de Conferentie van Jalta?
A
Hoe het na de oorlog verder moest met Europa.
B
Hoe de oorlog snel tot een eind kon komen.
C
Dat Polen bij de Sovjet-Unie ging horen.
D
De verdeling van Duitsland.
Slide 46 - Quizvraag
Welke uitspraak over de Conferentie van Potsdam klopt?
A
De Sovjet-Unie en de VS krijgen ruzie over een heleboel dingen
B
De Sovjet-Unie en de VS zijn het met elkaar eens
C
Groot-Brittannië is de baas
D
De Koude Oorlog wordt een Hete Oorlog
Slide 47 - Quizvraag
Wat betekent de Koude Oorlog?
A
Een oorlog gevoerd in een koude periode
B
Een oorlog waarin veel actie ondernomen wordt
C
Een oorlog waarin weinig actie ondernomen wordt
D
Een oorlog in de winter.
Slide 48 - Quizvraag
We laten de Koude Oorlog beginnen na:
A
de nederlaag van Duitsland (mei 1945)
B
de dood van Roosevelt (april 1945)
C
de nederlaag van Japan (augustus 1945)
D
het aftreden van Churchill (augustus 1945)
Slide 49 - Quizvraag
Wat is de Marshallhulp?
A
Hulp aan arme kinderen in Afrika
B
Hulp van de VS aan Europa na de 2e wereldoorlog.
C
Hulp voor militairen
D
Hulp voor de SU tijdens de Koude Oorlog.
Slide 50 - Quizvraag
Wie zijn de grootmachten ná de Tweede Wereldoorlog?
A
Engeland, Verenigde Staten, Sovjet-Unie
B
Frankrijk, Verenigde Staten, Sovjet-Unie
C
Verenigde Staten, Sovjet-Unie
D
Engeland, Frankrijk, Verenigde Staten, Sovjet-Unie
Slide 51 - Quizvraag
Door welke gebeurtenis eindigde de Tweede Wereldoorlog?
A
Bom op Nagasaki
B
De val van Berlijn
C
Bom op Hiroshima
D
Operatie Market - Garden
Slide 52 - Quizvraag
Welke overeenkomst is er tussen de drie donkergrijs gekleurde landen (1, 2 en 3)?
Gebruik de bron
A
Deze landen hadden een communistische regering.
B
Deze landen kenden een democratische regeringsvorm.
C
Deze landen vormden samen een militair bondgenootschap.
D
Deze landen waren dictaturen.
Slide 53 - Quizvraag
Welke gebeurtenis zie je in de bron?
Gebruik de bron
A
De bouw van de Berlijnse Muur
B
De Amerikaanse luchtbrug tijdens de blokkade van Berlijn
C
De tweefrontenoorlog tijdens de Eerste Wereldoorlog
D
De Amerikaanse invasie van Berlijn aan het eind van de Tweede Wereldoorlog
Slide 54 - Quizvraag
Wat was voor de Verenigde Staten een belangrijke reden om met het Marshallplan te komen?
De Verenigde Staten wilden daarmee
A
de aantrekkingskracht van communistische partijen in West-Europa verkleinen.
B
de economische tegenstelling tussen Oost- en West-Europa verkleinen.
C
de waarde van de euro en de dollar
met elkaar in evenwicht brengen.
D
een vergaande politieke samenwerking van West- en Oost-Europa bereiken.
Slide 55 - Quizvraag
Welke bewering over de Blokkade van Berlijn is juist?
A
Als gevolg van de blokkade zocht Stalin toenadering tot het Westen.
B
De aanleiding was een bezoek van president Kennedy aan Berlijn.
C
De oorzaak was de dreiging van de NAVO met een wapenwedloop
tegen de Sovjet-Unie.
D
Door de luchtbrug ontstond in West-Berlijn geen hongersnood.
Slide 56 - Quizvraag
Welk land was tijdens de Koude Oorlog de belangrijkste tegenstander van het Westen?
A
Duitsland
B
Frankrijk
C
Sovjetunie
D
Vietnam
Slide 57 - Quizvraag
Wat maakt de Sovjet-Unie tot een bondgenoot in de Tweede Wereldoorlog?