Engels PO

• Engels
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

English grammer

Some/any

• Some gebruik je: In bevestigende zinnen. En als je een vraag stelt waar het antwoord meestal ja is
• Any gebruik je: bij een ontkennende zin. En vragen waarbij je het antwoord niet weet.

I want some/any 7up.

1. some
2. any

some of any
Do you want... bananas

1. any
2. some

some of any
I have ...questions

1. any
2. some

some / any

He doesn't want ..... help.

1. some
2. any

Some/Any betekent

1. veel
2. weinig
3. een aantal
4. geen

Ik kan "some/any" ...

1. niet toepassen
2. een beetje toepassen
3. goed toepassen
4. toepassen met hulp

Imperative

Gebiedende wijs

• Hele werkwoord (oftewel het invinitief)
• Je haalt to weg (van to be)

Imperative:
Schiet op!

1. You have to hurry up!
2. Hurry up!

Hoe maak je de imperative?

1. Stam + s
2. Stam + ing
3. Stam
4. Oeps, ik weet het niet meer!

Imperative:
Niet op het gras lopen!

1. Don't walk on the grass!
2. No walking on the grass!

Imperative:
Kom binnen!

1. Don't come in!
2. Come in!
3. Coming in!
4. To come in!

Imperative:
Steek niet over!

1. Don't cross the road.
2. You cross not the road.

Imperative:
Wees op tijd!

1. You must be on time!
2. You have to be on time!
3. Be on time!

hoe ziet de imperative eruit?

1. verb without to
2. verb + ing
3. infinitive (hele werkwoord met to)
4. am/is/are + verb + ing