Relatie tot God

Welkom
Vorige les zijn we gestart met het thema relaties.
We hebben hierin vooral gekeken naar relaties in binnen ons gezin. Daarna heb je gekeken naar identiteit. 
Deze les kijken we naar de relatie met God
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
GodsdienstMiddelbare schoolvmbo lwoo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Welkom
Vorige les zijn we gestart met het thema relaties.
We hebben hierin vooral gekeken naar relaties in binnen ons gezin. Daarna heb je gekeken naar identiteit. 
Deze les kijken we naar de relatie met God

Slide 1 - Tekstslide

Herhalen
Wat weet je nog van de vorige les?
Wat zijn de 4 kenmerken van een identiteit?
1- je ervaart continuïteit en samenhang
2- je ervaart een bron en bestemming
3- je ervaart mogelijkheden en beperkingen
4- je hebt een zelfbeeld 


Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen
Ik kan op een respectvolle manier uitleggen hoe mensen god kunnen ervaren.
Ik kan het verschil benoemen tussen passieve en actieve aanhangers. 

Slide 3 - Tekstslide

Relatie tot het goddelijke
We spreken veel over verschillende godsdiensten. Wat zijn hun belangrijke geschriften, feestdagen en hoe noemen wij de aanhangers? Waar we het minder over gehad hebben is wat is nu eigenlijk geloven. Hoe moet je dit doen en wanneer weet je nu eigenlijk of je dit 'goed' doet?

Deze les wil ik met jullie hebben over wat geloof is. Wanneer heb je een relatie tot het goddelijke? Op welke manier kun jij vinden wat bij je past?

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Wat waren ook alweer deugden? 
Als we kijken naar het Christendom zien we dat geloven vaak gebaseerd is op deugden.

Paulus schreef in zijn brief de volgende zin: ‘Ons resten geloof, hoop en liefde, deze drie, maar de grootste daarvan is de liefde’. 

Gelovigen halen dus in hun relatie tot het goddelijke veel uit rituelen, heilige teksten en 'goede' daden. 

Slide 6 - Tekstslide

Op ieder potje past een dekseltje

Slide 7 - Tekstslide

Op de afbeelding zie je veel uitingen. Welke past het best bij jou leg uit waarom.

Slide 8 - Open vraag

Opdracht
Denk er over na wat voor jou op dit moment erg belangrijk is. 
Hoe laat jij dit zien? 
Je hebt ruim 10 minuten de tijd om een mooie quote te zoeken en je manier van uiting naar geloof zichtbaar te maken.
Dit kan in een tekening, collage etc.  

Slide 9 - Tekstslide

Passief en Actief
Er zijn twee manieren hoe je aanhangers van een beweging kan beschrijven. Je hebt actieve en passieve aanhangers van een gemeenschap. Actieve aanhangers, het woord zegt het al doen mee, ze denken en doen mee door te helpen en aanwezig te zijn.

Passieve aanhangers zijn het wel eens met het gedachtegoed maar leveren er geen bijdrage aan mee. Bezoeken geen bijeenkomsten etc.

Slide 10 - Tekstslide

Geef een voorbeeld wat een actieve aanhanger van het Christendom kan doen

Slide 11 - Open vraag

Ik ga niet naar de kerk. Bidden voor het eten is voor mij ook niet nodig.
Ik ben wel gelovig.
A
actieve aanhanger
B
passieve aanhanger

Slide 12 - Quizvraag

Leerdoelen
Ik kan op een respectvolle manier uitleggen hoe mensen god kunnen ervaren.
Ik kan het verschil benoemen tussen passieve en actieve aanhangers. 

Slide 13 - Tekstslide