Herhaling-1.1-1.7

• Scheikunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

Herhalingsquiz Module 1

Aan hoeveel kranen en schijven moet je draaien
om een ruisende vlam te maken?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Tijdens verwarmen van een buisje
met een spatelpuntje vaste stof houd je
het buisje stil in de vlam.

1. waar
2. niet waar
3. meer info nodig

Teken de dwarsdoorsnede van een driepoot met daarop een gaasje en dáárop een bekerglas.

Noem zoveel mogelijk stofeigenschappen die je kent!

Schets de stolpuntsgrafiek van
zuiver water.

Schets de stolpuntsgrafiek van
een waterijsje.

Kan een mengsel een dichtheid hebben? (Want dichtheid is toch een stofeigenschap...?)

1. waar
2. niet waar
3. hangt ervan af

Hoe heet een helder mengsel van een vaste stof
in een vloeistof?

Hoe heet een mengsel van een gas
in een vaste stof?

25% van 25% van 100 is ...

1. 6,25
2. 12,5
3. 25
4. 50

Een flesje alcohol van 125 mL bevat
96 vol% alcohol. Het flesje is voor de helft leeg.
Hoeveel mL water zit er nog in het flesje?

1. 1,0
2. 2,5
3. 4,0
4. 5,0

Een vloeistof stolt. De temperatuur tijdens het stollen is 25ºC. Het duurt 5 minuten voor alles is gestold. Is de vloeistof zuiver of een mengsel?

1. zuiver
2. mengsel
3. meer informatie nodig

Heeft een verzadigde oplossing een kooktraject
of een kookpunt?

1. kooktraject
2. kookpunt
3. meer informatie nodig

Een stof die voorkomt dat een emulsie ontmengt heet een ... .

1. accumulator
2. stabilisator
3. spectator
4. emulgator