Klas 3 afkortingen en lijdend en bedrijvend

Programma voor vandaag
  • Nakijken huiswerkopdrachten
  • Afkortingen etc. behandelen
  • Lijdende en bedrijvende vorm behandelen 
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Programma voor vandaag
  • Nakijken huiswerkopdrachten
  • Afkortingen etc. behandelen
  • Lijdende en bedrijvende vorm behandelen 

Slide 1 - Tekstslide

Afkortingen
Een beperking van een woord met een beperkt aantal letters, die als volledig woord worden uitgesproken:
  • blz.
  • s.v.p.
  • i.p.v.

Punt na ieder geïnitieerd woord.

Slide 2 - Tekstslide

Alstublieft afgekort?
A
aub
B
AUB
C
a.u.b.
D
Aub

Slide 3 - Quizvraag

Letterwoorden
Een letterwoord wordt gevormd door de eerste letters van een woordgroep of naam. Letterwoorden worden als normaal woord uitgesproken en zonder puntjes geschreven:
  • havo (hoger algemeen voortgezet onderwijs)
  • pin (persoonlijk identificatienummer).

Hoofdletters blijven behouden.

Slide 4 - Tekstslide

Verengelsing van het Nederlands... 'very important person' is als letterwoord?
A
VIP
B
Vip
C
vip
D
ViP

Slide 5 - Quizvraag

Initiaalwoorden
Initiaalwoorden maak je met dezelfde regels als letterwoorden, maar initiaalwoorden worden uitgesproken met losse letters:
  • NS
  • wc


Hoofdletters blijven dus ook nu behouden.

Slide 6 - Tekstslide

Symbool
Een notatie van een eenheid, valuta of wetenschappelijk begrip die nationaal of internationaal is afgesproken. Een symbool spreek je als heel woord uit:
  • cm
  • g / gr.
  • s / sec.

Slide 7 - Tekstslide

'W' is een symbool voor?
A
WhatsApp
B
Watt
C
wereld
D
wattage

Slide 8 - Quizvraag

Bedrijvende en lijdende vorm

Slide 9 - Tekstslide

a. De dieven hebben mijn laptop gestolen.
b. Mijn laptop is door de dieven gestolen.

Wat valt je op aan het zinsdeel 'de dieven'?

Slide 10 - Open vraag

a. De dieven hebben mijn laptop gestolen.
b. Mijn laptop is door de dieven gestolen.

In welke zin doet het onderwerp echt iets?
A
A
B
B

Slide 11 - Quizvraag

Theorie
Zinnen kunnen in de bedrijvende of lijdende vorm staan:
  • Bedrijvende zinnen zijn actief: het onderwerp doet iets.
  • Lijdende zinnen zijn passief: het onderwerp ondergaat iets.

In een bedrijvende zin kan een LV staan. Niet in een lijdende.

Actieve zinnen zijn makkelijker te lezen.

Slide 12 - Tekstslide

Wat zijn de verschillen?
  1. In de meivakantie bezochten de twee broers een krater.
  2. In de meivakantie werd de krater bezocht door twee broers.

Verschil 1: het onderwerp.
Verschil 2: bijwoordelijke bepaling (door-bepaling).
Verschil 3: persoonsvorm of voltooid deelwoord.

Slide 13 - Tekstslide

Het gras van onze tuin werd door de hovenier gemaaid.
A
Lijdende vorm
B
Bedrijvende vorm

Slide 14 - Quizvraag

De rechercheur vond bloedspetters op de muur van de keuken.
A
Lijdende vorm
B
Bedrijvende vorm

Slide 15 - Quizvraag

Dit werkstuk is door vier leerlingen uit mijn klas gemaakt.
A
Lijdende vorm
B
Bedrijvende vorm

Slide 16 - Quizvraag

Wis je alle mailadressen van je oude vrienden uit je bestand?
A
Lijdende vorm
B
Bedrijvende vorm

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Zet om van bedrijvend naar lijdend:
Timo heeft tijdens de tekenles een mooie tekening gemaakt.

Slide 20 - Open vraag

Zet om van lijdend naar bedrijvend:
De hoge torens zijn door de deelnemers van Lego Masters gemaakt.

Slide 21 - Open vraag

Slide 22 - Tekstslide

Zet om:
De piano wordt elk jaar door de pianostemmer gestemd.

Slide 23 - Open vraag

Ik kan onderscheid maken tussen de bedrijvende en de lijdende vorm.
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Ik kan de zinnen herschrijven.
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll