(non) verbale communicatie

(non) verbale communicatie
Ik zie ik zie wat jij niet...
ziet of begrijpt, voelt of hoort....

Heb je weleens een teamvergadering geobserveerd?
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesBeroepsopleidingHBOStudiejaar 4

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

(non) verbale communicatie
Ik zie ik zie wat jij niet...
ziet of begrijpt, voelt of hoort....

Heb je weleens een teamvergadering geobserveerd?

Slide 1 - Tekstslide

Wat?
- Samen
- Observeren (gebaar)
- Luisteren
- Spreken
- LSD
- Conflict!

Slide 2 - Tekstslide

(Non)-verbale communicatie
verbale (het geschreven en gesproken woord) en non-verbale communicatie (lichaamstaal en mimiek- dat wat er onder ligt)


Slide 3 - Tekstslide

1. De speelvloer op


Samen

Slide 4 - Tekstslide

2. De speelvloer op
Luisteren is zoals autorijden.
Je zult elkaar de ruimte moeten geven (gunnen)
Voorrang moeten geven
En weten wanneer je op de rem moet trappen

Slide 5 - Tekstslide

3. De speelvloer op 

Aandacht & Luisteren

Waar ben je met je gedachten?

Fijn, dat jouw verhaal belangrijker is dan die van mij...

Slide 6 - Tekstslide

Luisteren!
1. Oordeelloos luisteren
2. LSD-> luisteren, samenvatten, doorvragen

Slide 7 - Tekstslide

Lagen van communicatie
Het inhoudsniveau: 
dit betreft de informatie, de inhoud, het bericht.
Het betrekkingsniveau:
op dit niveau geeft de zender aan hoe de inhoud moet worden opgevat door de ontvanger en hoe hij zichzelf ziet in de relatie tot de ander: hoe iets gezegd wordt is belangrijker dan de inhoud

Slide 8 - Tekstslide

Volwassen communicatie


Verantwoordelijkheid nemen voor eigen behoeften en gevoelens. 

De ander kunnen aanvaarden zoals hij/zij is, maar aanvaard ook zichzelf. 

Autonoom kunnen zijn.




Slide 9 - Tekstslide

Effectieve communicatie

  1. Gericht op het vervullen van mijn behoeften waar ik mij verantwoordelijk voor weet
  2. Ik begrijp en accepteer dat de ander verantwoordelijk is voor zijn zijn/haar behoeften en laat de verantwoordelijkheid hiervoor bij de ander liggen.
  3. Ik begrijp dat ik verantwoordelijk ben voor mijn gevoelens en dat deze te maken hebben met mijn (on)vervulde behoeften.
  4. Ik begrijp dat de ander verantwoordelijk is voor zijn/haar gevoelens en dat deze te maken hebben met zijn/haar onvervulde behoeften
  5. Ik spreek geen oordeel uit over de ander maar vertel wat ik meen waar te nemen.

Slide 10 - Tekstslide

4. De speelvloer op
De stoel!
Contact maken, aansluiten, je eigen doel loslaten

Slide 11 - Tekstslide

5. De speelvloer op
A: Hallo, hier ben ik
B: Ja, dat zie ik
A: Oh, zie je dat?
B: Ja.


Slide 12 - Tekstslide

5B. De speelvloer op
”A: Hallo, hier ben ik
B: Het lijkt wel of je…..(noem emotie)
A: “Ja, dat klopt, ik ben ..., maar waarom denk je dat? Waaraan zie je dat?”
OF
B:“..emotie? Nee, ik ben niet ....., maar waarom denk je dat? Wat doe ik dan?”



Slide 13 - Tekstslide

En?
Verschil tussen inhouds- en betrekkingsniveau
De kracht van procesinterventies
Het belang van het benoemen van concreet gedrag in (feedback)gesprekken


Bij een procesinterventie benoem je een gedragspatroon en vervolgens het effect ervan.
Zo maak je het patroon bekend en bespreekbaar.

Slide 14 - Tekstslide

En wat nog meer?
Uitspreken: Spreek verwachtingen, gevoelens, meningen uit.
Ik vind het moeilijk om me te concentreren als de radio aanstaat
Bespreken: Wees nieuwsgierig, luister, vat samen, vraag door.
Hoe is dat voor jou …?
Afspreken: Maak een reële afspraak, die je allebei waar kunt maken.
We spreken dus af dat je je koptelefoon opzet als je muziek wilt horen.
Aanspreken: Doe dit als de ander de afspraak niet nakomt. 
Ik merk dat je de koptelefoon niet meer gebruikt (...) enzovoort. 

Slide 15 - Tekstslide

Kom maar door met de casus!
Opdracht:
Verzin een casus die betrekking heeft op jouw werksituatie.
De casus moet een duidelijke Wie Wat Waar naar voren brengen:
  • Wie: de gesprekspartner
  • Wat: het conflict wat is er aan de hand?
  • Waar: gesprekslocatie / tijdstip/ moment

Werk het op 2 manieren uit:
1: wuif alle communcatietips weg en hoe moet het niet
2. Utopia

Slide 16 - Tekstslide

6. De speelvloer op!
Wie o wie?

Slide 17 - Tekstslide

Terugblik
En toen begon de reis....



Slide 18 - Tekstslide