ontwikkelingsfase het schoolkind

het schoolkind
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

het schoolkind

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoel
Aan het einde van deze les weet je welke ontwikkeling het schoolkind doormaakt op de volgende gebieden:

- cognitief
- sociaal
- emotioneel
- lichamelijk 
-seksueel 


Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen
  • Filmpje
  • Theorie
  • Quizvragen
  • Werken aan de opdracht 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

Schoolkind
  • kinderen tussen de 6 en 12 jaar
  • groep 3 t/m 8

Schoolrijpheid 
Het kind is voldoende ontwikkeld op cognitief gebied. Denk aan kennis van taal en begrippen. Kinderen herkennen enkele letters, kennen begrippen als grootste en kleinste en kunnen synchroon tellen tot 10 , 
Zijn in staat om een schooldag fysiek vol te houden.
Kunnen zich voldoende concentreren. -> Taakgericht werken
Zijn emotioneel rijp voor het functioneren in de klas.


Slide 6 - Tekstslide

Cognitieve ontwikkeling
3 manieren van denken:

Logisch denken -> Ik hoef een kleurpotlood niet alleen te gebruiken om mee te kleuren

Realistisch denken -> Kabouters of Sinterklaas bestaat niet. 
Kinderen zien de wereld zoals die echt is. Honger, scheidingen, natuurrampen.
Kan zorgen voor angst.

Abstract denken -> 3x4 =12  

Slide 7 - Tekstslide

Cognitieve ontwikkeling
Kinderen leren erg veel. Ze zijn prestatiegericht. Kinderen willen dingen goed kunnen. -> intrinsieke motivatie

Kinderen leren ook buiten school veel. 
Van personen: ouders, broers en zussen, vrienden, familie, sportvereniging.
Van tv, boeken, social media en games

Voor sommige kinderen is lastig onderscheid te maken
tussen echte wereld en fictie. 

Slide 8 - Tekstslide

Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling
Ouder kind richt zich steeds meer op leeftijdsgenoten en minder op het gezin. 

Conformisme ->Belangrijk voor het kind om bij een groep te horen en hij past zich aan. Niet willen opvallen -> pesten

Pesten-> met opzet lichamelijk en geestelijk kwetsen van een ander.
Vb: slaan, schoppen, schelden, bijnamen, nare berichten sturen, spullen afpakken, negeren, dwingen dingen af te geven (geld of snoep)


Pesten laat blijvende littekens achter en leidt soms tot zelfdoding



Slide 9 - Tekstslide

Sociale en persoonlijkheidsontwikkeling
Piekeren bij nare gebeurtenissen -> Houd een kind niet weg van nare gebeurtenissen!
Wat een kind niet weet gaat hij zelf bedenken -> angst en onveiligheid

Pas op met termen als: flink zijn en niet huilen.

Oudere schoolkind:
Verandering in omgang met een volwassene. 
Gezag is niet meer vanzelfsprekend.

Slide 10 - Tekstslide

Een te positief zelfbeeld kan leiden tot:

Slide 11 - Open vraag

Lichamelijke ontwikkeling
Een schoolkind groeit zo'n 6 cm per jaar.
Tot 10 jaar zijn jongens vaak net iets groter, daarna groeien meisjes flink.

Steeds betere lichaamsbeheersing. Nauwkeurig, sterk, behendig en lenig. Veel oefenen. Denk aan sporten, fietsen, trampoline springen, instrument bespelen.

Slide 12 - Tekstslide

Wat heb jij vroeger aan sport gedaan of veel geoefend?

Slide 13 - Open vraag

Seksuele ontwikkeling
Tot ongeveer 9 jaar maken kinderen weinig onderscheid in speelmaatjes. Vanaf 10 jaar verandert dit.

Vanaf 11 jaar spelen ze weer samen met een licht seksuele ondertoon. Denk aan spelletjes op het plein als: 1,2,3,4,5,6,7 wie mag ik een kusje geven of jongens pakken de meisjes.

Identificatiefiguren voor schoolkinderen kunnen zijn:
Leerkracht, begeleider, helden uit boeken, films, games of series
Tussen de 6-8 jaar is dit vaak de ouder van het andere geslacht. -> oedipale fase

Slide 14 - Tekstslide

Welke leeftijd past bij het schoolkind?
A
5-12
B
4-12
C
6-12
D
5-13

Slide 15 - Quizvraag

Realiteitsdenken
Abstract denken
Het denken waarbij iemand de zaken ziet zoals ze zijn.
Het gaat om voorstellingen die men van bepaalde zaken kan maken die men niet in de realiteit kan zien, voelen of met andere zintuigen waar kan nemen.

Slide 16 - Sleepvraag

Weet je het nog?
Welk compliment is het best?
A
Wat knap van jou!
B
Je bent mooi.
C
Wat heb je netjes binnen de lijntjes gekleurd.
D
Wat ben je lief

Slide 17 - Quizvraag

Egocentrisch past bij:
A
groep 1/2
B
groep 3/4
C
groep 5/6
D
groep 7/8

Slide 18 - Quizvraag

de bovenbouw leerling kenmerkt zich door :
A
de stap naar concreet leren te maken
B
de stap naar abstract leren te maken
C
door ontdekkend te leren
D
door inzichtelijk te leren

Slide 19 - Quizvraag

Opdracht kleuter en schoolkind
Opdracht

Maak een memoryspel over de ontwikkeling van de kleuter en het schoolkind
Zorg dat het niet alleen reclameplaatjes zijn, maar dat de plaatjes iets laten zien over de ontwikkeling van kinderen in deze leeftijd.
Opdracht
Maak een kwartetspel over de ontwikkeling van de baby, de peuter, de kleuter en het schoolkind
Onderzoek hoe je de ontwikkeling van de baby, peuter, de kleuter en het schoolkind verloopt en hoe je die kan stimuleren.
        




Slide 20 - Tekstslide