H5 grammatica

H5 grammatica
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H5 grammatica

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Persoonlijke voornaamwoorden herkennen en benoemen 
  • Bezittelijke voornaamwoorden herkennen en benoemen

Slide 2 - Tekstslide

Ken je nog meer woorden zoals 'ik' en 'wij'? Noteer ze hier!

Slide 3 - Woordweb

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Trucje!
Een PSV kun je vervangen door een naam of meerdere namen. Het enige PSV waarvoor dit niet geldt is 'het'.

vb. Ik heb hem het boek gegeven. --> Anne heeft Piet het boek gegeven. 
vb. We zullen jullie helpen. --> Jan en Sofie zullen Josien en Claire helpen.

Slide 8 - Tekstslide

Waar verwijst een persoonlijk voornaamwoord naar?

Slide 9 - Open vraag

Welke twee vormen heeft het persoonlijk voornaamwoord?

Slide 10 - Open vraag

Hij heeft al veel games uitgespeeld. Ze zijn voor hem geen uitdaging meer. Waarnaar verwijst ze in de tweede zin?

Slide 11 - Open vraag

Pas het trucje toe! Welk(e) woord(en) uit onderstaande zin is/zijn een PSV?
Wil je ons boek teruggeven?
A
je en ons
B
je
C
ons
D
geen

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Wat laat je zien met een bezittelijk voornaamwoord?

Slide 16 - Open vraag

Welk bezittelijk voornaamwoord hoort bij 'ik' en bij 'hij'?

Slide 17 - Open vraag

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Waarom is 'jullie' in de volgende zin geen bezittelijk voornaamwoord?
Is die hond van jullie?

Slide 21 - Open vraag

Wanneer gebruik je ons en wanneer onze? Maak met beide woorden een voorbeeldzin.

Slide 22 - Open vraag

Kijk eens naar de overzichten op blz 112 en 115. Welke voornaamwoorden kunnen zowel een psv als een bzv zijn?

Slide 23 - Open vraag

Oefenen met psv en bzv
a Vlak voor het onderbouwfeest showden ze hun outfit aan hun 

klasgenoten.

b In de garderobe leende Gwen haar vriendin haar fuchsiarode 

lipstick.

Slide 24 - Tekstslide

Oefenen met psv en bzv
c Aan de bar schonk hij een glaasje voor zijn leerlingen in.

d Na afloop van het feest vertelden ze hun ouders dat het 

gaaf was geweest.

Slide 25 - Tekstslide

Benoem alle woordsoorten
a Een  deel  van  de  klas  kwam  uit  het  nabijgelegen  dorp  

naar  de  stad.

b Veel  leerlingen  gingen  op  de  fiets  naar  hun  school.

Slide 26 - Tekstslide

Benoem alle woordsoorten
c Ze   klaagden   over   tegenwind.

d Een   enkeling   werd    boos.

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide