Wortschatz Dezember Test

Im Dezember
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Im Dezember

Slide 1 - Tekstslide

Was bedeutet Advent?
A
Ein Fest der Lichter
B
Eine Zeit des Fastens
C
Der Name eines Weihnachtsmarktes
D
Die Vorbereitungszeit auf Weihnachten

Slide 2 - Quizvraag

de kerstman
de wandeling
het koor
kerstliederen
de kerk
de kaars
de engel
'lood' gieten
der Weihnachtsmann
der Spaziergang 
der Chor
Weihnachtslieder
die Kirche
die Kerze
der Engel
Bleigießen

Slide 3 - Tekstslide

Wie lange dauert der Advent?
A
Zwei Wochen vor Weihnachten
B
Eine Woche vor Weihnachten
C
Vier Wochen vor Weihnachten
D
Drei Wochen vor Weihnachten

Slide 4 - Quizvraag

Was bedeutet Weihnachten?

Slide 5 - Open vraag

Weihnachtsplätzchen

Slide 6 - Tekstslide

Schreibe so viel möglich Wörter die mit Weihnachts- beginnen?

Slide 7 - Woordweb

Vertaal :
Der Chor singt Weihnachtslieder in der Kirche.

Slide 8 - Open vraag


kerstavond ( 24 december)
kerst
kerstkoekjes
ingrediënten
kaneel
'peperkoek'
de dennenboom
koekjes


Heiligabend (24. Dezember)
Weihnachten
Weihnachtsplätzchen
Zutaten
Zimt
Lebkuchen
der Tannenbaum
Plätzchen

Slide 9 - Tekstslide

Zoek de juiste combinatie
der Weihnachtsbaum
das Geschenk
der Christbaumkugel
das Rentier
der Schlitten
die Glocke
die Kerze
der Weihnachtsmann

Slide 10 - Sleepvraag


de kerstboom 
het cadeau
Oudjaar
kruiden
warme wijn
de kerstmarkt
de geur
de smaak


kerstavond ( 24 december)
Heiligabend (24. Dezember)
kerst
Weihnachten
kerstkoekjes
Weihnachtsplätzchen
ingrediënten
Zutaten
kaneel
Zimt
'peperkoek'
Lebkuchen
de dennenboom
der Tannenbaum
koekjes
Plätzchen
inpakken
einpacken
het rookmannetje
das Räuchermännchen
wierook
Weihrauch
de kerststal
die Krippe
het kerstspel
das Krippenspiel
het kerstkind
das Christkind
het belletje
das Glöckchen
de kerstbal
die Weihnachtskugel
het houten kraampje
die Holzbude
gebrande amandelen
gebrannte Mandeln
koekjes bakken voor kerst
die Weihnachtsbäckerei
het kerstbrood
der Weihnachtsstollen
de ster
der Stern

der Weihnachtsbaum 
das Geschenk
Silvester
Gewürze
Glühwein
der Weihnachtsmarkt
der Geruch
der Geschmack

Slide 11 - Tekstslide

Plätzchen und so: maak de juiste combinatie
Krapfen
Stollen
Weihnachtskipferl
Plätzchen
Spekulatius
Zimtsterne

Slide 12 - Sleepvraag

die Bescherung

Slide 13 - Tekstslide


het rookmannetje
wierook
de kerststal
het kerstspel
het kerstkind
het klokje, belletje
de kerstbal
het vuurwerk


das Räuchermännchen
Weihrauch
die Krippe
das Krippenspiel
das Christkind
das Glöckchen
die Weihnachtskugel
das Feuerwerk

Slide 14 - Tekstslide

Welchen Wunsch sagt man nicht zu Weihnachten?
A
Alles Liebe zum Geburtstag!
B
Schöne Feiertage!
C
Frohe Weihnachten
D
Frohes Fest!

Slide 15 - Quizvraag

kerstavond
Weihrauch
das Krippenspiel
der Stern
die Kirche
der Spaziergang
Heiligabend
wierook
het kerstspel
de ster
de wandeling
de kerk

Slide 16 - Sleepvraag

die Holzbude auf dem Weihnachtsmarkt

Slide 17 - Tekstslide

koekjes bakken voor kerst 
het kerstbrood
de ster
het houten kraampje
gebrande amandelen
inpakken
de sneeuwpop
cadeautjes uitpakken
die Weihnachtsbäckerei 
der Weihnachtsstollen
der Stern
die Holzbude
gebrannte Mandeln
einpacken
der Schneemann
die Bescherung

Slide 18 - Tekstslide

Welche Vorsätze hast du für 2025?

Slide 19 - Woordweb

Was bedeutet Guten Rutsch?

Slide 20 - Open vraag

Slide 21 - Tekstslide

Frohe Weihnachten und einen guten Rutsch ins neue Jahr!

Slide 22 - Tekstslide