Verhaalsommen: deel van het geheel bepalen

• Rekenen
• Basisschool
• Groep 6

Verhaalsommen: deel van het geheel bepalen

Er staan 12 sneeuwpoppen op het schoolplein. 1/3 deel heeft een muts op. Hoeveel sneeuwpoppen hebben een muts op?

Op de markt staan 24 kraampjes. 1/4 deel daarvan verkoopt fruit. In hoeveel kraampjes wordt fruit verkocht?

Mads mag 10 keer op doel schieten. Hij schiet 1/5 keer van al zijn pogingen raak. Hoeveel goals maakt Mads?

Charlotte heeft een doos met 21 klosjes borduurgaren. 1/7 deel daarvan is blauw. Hoeveel klosjes borduurgaren zijn blauw?

Meester Sven kijkt 16 toetsen na. 1/4 deel van de kinderen had 0 fouten. Hoeveel kinderen hadden 0 fouten?

Op de kapstok hangen 24 jassen. 1/6 deel ervan is zwart. Hoeveel zwarte jassen hangen er?

Romani wil 42 wafels bakken. 2/7 deel heeft ze al gebakken. Hoeveel wafels heeft zij al gebakken?

Op school worden 63 vogelhuisjes geknutseld. 2/9 deel is al klaar. Hoeveel vogelhuisjes zijn al klaar?

Briënna moet 54 sommen maken als huiswerk. Ze heeft al 1/6 deel gemaakt. Hoeveel sommen heeft ze gemaakt?

Er zijn 18 schoolverlaters. 2/6 deel gaat naar het Connect College. Hoeveel kinderen gaan naar het Connect College?

In de Pelikaan zitten 14 kinderen. 50% van hen heeft een huisdier. Hoeveel kinderen hebben een huisdier?

De juf kijkt het huiswerk na. Van de 40 sommen heeft Mads 75% goed. Hoeveel sommen heeft hij goed?

Ik ben op weg naar Frankrijk, de reis is 420 km. Ik heb al 30% afgelegd. Hoeveel km heb ik gereden?