Les 11 Observeren 1-1.4

Observeren
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
maatschappelijke zorgMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Observeren

Slide 1 - Tekstslide

Je observeert niet zomaar, maar hebt altijd een doel voor ogen. ​

Je wilt met je observatie iets te weten komen. ​


Om zo goed mogelijk antwoord te kunnen geven op hetgeen je wilt onderzoeken, bereid je de observatie voor door een observatieplan te maken.​

Slide 2 - Tekstslide

Lees de semesterwijzer door!
Opdr 1-1.4 & 1-1.5! schrijf je vragen op!

Slide 3 - Open vraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Wat heb je zojuist gezien?

Slide 7 - Open vraag

Hoeveel zwemmende dieren heeft de jongen geplaatst?

Slide 8 - Open vraag

Waarnemen en zintuigen
Waarnemingsfouten:
Onvolledig
Verschillend
Onjuist


Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kom je tot de gewenste objectiviteit?

  1. een goed toetsinstrument en beoordelingsmodel
  2. een goede training
  3. meerdere beoordelaars
  4. goed afsprakensysteem
  5. mogelijkheid van opnamen (nogmaals zien, horen…)


Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

Waarnemingsfouten ontstaan door...
Vooroordelen
Interesses
Emoties, behoeften
Ervaringen

De 4 G’s spelen je parten:
gebeurtenis, gevoel, gedachte, gedrag



Slide 13 - Tekstslide

Opdrachten waarnemen
Groene boek: Methodiek MZ

Opdrachten, 3.10 Methodisch werken:
1a
2a, 2b, 2c & 2d
3

Slide 14 - Tekstslide

Professioneel observeren is
Gerichte observatie: is doelgericht, bewust, volgens bepaalde methode kijken en waarnemen.

Vrije observatie: onderdeel van je dagelijks werk, je onthoudt alleen wat je opvalt


Slide 15 - Tekstslide

Observatiemethoden
Continu 
voortdurend, doel meestal niet concreet
Interval
op wisselende tijdstippen
Contextuele
omgeving is doel van observatie
Protocollaire
Observeren volgens plan of schema




Slide 16 - Tekstslide

Observatietechnieken
  • Tijdgericht
  • Gericht op gebeurtenis
  • Intern observen (in de groep, terwijl je bezig bent met iets)
  • Extern observeren (als toeschouwer)


Slide 17 - Tekstslide

Wat zijn hulpmiddelen tijdens een observatie?

Slide 18 - Open vraag

Hulpmiddelen
  • Zintuigen
  • beoordelingsschalen
  • spelmaterialen
  • audio en video
  • bepaalde ruimtes


Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Valkuilen
Direct interpreteren: jouw persoonlijke kleur geven.


Subjectief zijn: Feiten of meningen?
      

Slide 21 - Tekstslide

Jelte (11 jaar) heeft deze les nauwelijks opgelet

Feit
Mening

Slide 22 - Poll

Dhr. T. zit niet lekker in zijn vel
Feit
Mening

Slide 23 - Poll

Arie heeft 3 boterhammen gegeten
Feit
Mening

Slide 24 - Poll

Alle Groningers zijn stug
Feit
Mening

Slide 25 - Poll

Puck (13 maanden) kan al 3 meter los lopen
Feit
Mening

Slide 26 - Poll

Kas is 2,05 meter lang
Feit
Mening

Slide 27 - Poll

Kas is een sukkel
Feit
Mening

Slide 28 - Poll

Stappenplan Professioneel observeren
  1. Bepaal doel
  2. Kies methode
  3. Kies hulpmiddel
  4. Maak een observatieplan
  5. Informeer evt. cliënt/kind/ouders
  6. Observeer
  7. Rapporteer


Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Huiswerk observeren
Groene boek: Methodiek MZ

Opdrachten, 3.11 Observeren:
1
2
3
4a, 4b, 4c & 4d
5a & 5b

Slide 32 - Tekstslide