6.3 licht en kleur

H6 licht en kleur 6.3
1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 2,3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H6 licht en kleur 6.3

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Zonlicht op waterdruppels
Spectrum van kleur:
Rood
Oranje
Geel
Groen
Blauw
Violet
waterdruppels werken als een prisma.

Slide 4 - Tekstslide

PRISMA







Een prisma is een driehoekig stuk glas. Door het glas worden de lichtstralen gebroken. Alle kleuren samen noem je het spectrum.

Slide 5 - Tekstslide

Zakspectroscoop

Slide 6 - Tekstslide

 Kleurenspectrum wit licht

Slide 7 - Tekstslide

Wit licht bestaat dus uit alle kleuren van de regenboog!

Geldt dit ook andersom? Geven alle kleuren samen wit?


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

RoBlaGro
GeMaCy

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Kleuren zien
Voorwerpen kaatsen licht terug

Voorwerp kan alleen zijn eigen kleur terugkaatsen. 

Licht dat niet wordt teruggekaatst wordt geabsorbeerd en omgezet in warmte  

Slide 12 - Tekstslide

Gekleurde voorwerpen zien

Slide 13 - Tekstslide

Gekleurde voorwerpen zien

Slide 14 - Tekstslide

Gekleurde voorwerpen zien

Slide 15 - Tekstslide

Kleuren zien

Slide 16 - Tekstslide

zcac

Slide 17 - Tekstslide

Weerkaatst
Absorbeert
Laat door

Slide 18 - Tekstslide

Als je door een rode filter naar een blauwe trui kijkt, dan zie je het als zwart.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Kleuren mengen

Slide 21 - Tekstslide

Waarmee kun je het spectrum laten zien?
A
Trapezium
B
Driehoek
C
Kubus
D
Prisma

Slide 22 - Quizvraag

Hoe noem je alle kleuren van de regenboog samen?
A
Praxis
B
Spektakel
C
Prisma
D
Spectrum

Slide 23 - Quizvraag

Iemand draagt een rode trui. Welk kleur wordt het meeste weerkaatst?
A
Geel
B
Rood
C
Groen
D
Violet

Slide 24 - Quizvraag

Hoe komt het dat zwart warmer wordt in het zonlicht?
A
Het absorbeert alle kleuren
B
Het weerkaatst alle kleuren

Slide 25 - Quizvraag

Iemand loopt in een paarse trui onder geel licht. Welke kleur lijkt de trui te hebben?
A
Paars
B
Geel
C
Rood
D
Zwart

Slide 26 - Quizvraag

De rood wit blauwe (Nederlandse) vlag wordt bekeken onder rood licht. Welke kleuren zie je?
A
Rood wit blauw
B
Rood zwart zwart
C
Zwart blauw blauw
D
Rood rood zwart

Slide 27 - Quizvraag

Wat gebeurt er met het opvallende licht bij een wit voorwerp
A
alles wordt geabsorbeerd
B
alles wordt gereflecteerd
C
alleen wit wordt gereflecteerd
D
a, b en c zijn alle drie fout

Slide 28 - Quizvraag

Noem een voorbeeld van
1. een directe lichtbron en
2. een indirecte lichtbron.

Slide 29 - Open vraag

Een zebra staat in een stal waarin twee lampen hangen.
In welke tekening is de schaduw van de zebra juist?
juist

Slide 30 - Sleepvraag


In het stadium zijn 4 lichtmasten. (Laag bij de grond)
Samen vormen ze 4 schaduwen.

Wat gebeurd er met de schaduwen als de speler in de richting van de blauwe pijl loopt?

A
De schaduw van lamp 1 en 2 wordt groter
B
Er gebeurd niets, de schaduwen blijven gelijk
C
Elke schaduw wordt groter
D
De schaduw van lamp 3 en 4 wordt groter

Slide 31 - Quizvraag

Zet in de juiste volgorde om een spiegelbeeld te tekenen
1.
2.
3.
4.
Teken een punt op dezelfde afstand aan de andere kant van de spiegel
Verbind de punten met elkaar en zet de letters erbij
Leg je geo met de loodlijn op de spiegellijn
Meet de afstand vanaf het punt tot en met de spiegel

Slide 32 - Sleepvraag

Een evenwijdige lichtbundel valt op een positieve (bolle) lens, dit heeft een ...... effect op de lichtbundel
A
Convergerend
B
Divergerend
C
Difuus
D
Spiegelend

Slide 33 - Quizvraag