Goederenstroom H3 Voorraad

Hoofdstuk 3 Voorraad
Start/ studieplanner                5 min.
Theorie en quiz vragen         15 min.
Maken van opdrachten         15 min.
Pauze                                             10 min.
Bespreken opdrachten          10 min.
Theorie en quiz vragen          15 min.
Maken van opdrachten          20 min.




1 / 46
volgende
Slide 1: Tekstslide
RetailMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 46 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3 Voorraad
Start/ studieplanner                5 min.
Theorie en quiz vragen         15 min.
Maken van opdrachten         15 min.
Pauze                                             10 min.
Bespreken opdrachten          10 min.
Theorie en quiz vragen          15 min.
Maken van opdrachten          20 min.




Slide 1 - Tekstslide

Studieplanner

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Wat is de hoofdfunctie van voorraad?

Slide 7 - Open vraag

Hoe noem je pijplijnvoorraad ook wel?
A
Extra voorraad
B
Voorverkopen
C
Actievoorraad
D
Voorinkopen

Slide 8 - Quizvraag

Wat zijn de voordelen van een grote voorraad?

Slide 9 - Woordweb

Wat zijn de voordelen van een kleine voorraad?

Slide 10 - Woordweb

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Hoe noem je de voorraad waarover je een prijsrisico loopt?
A
Technische voorraad
B
Actievoorraad
C
Maximumvoorraad
D
Economische voorraad

Slide 13 - Quizvraag

Maken van vragen
Maak de opdrachten 1 t/m 7 ( blz 120/121) met je klasgenoot naast je.

Slide 14 - Tekstslide

Pauze 10 min

Slide 15 - Tekstslide

Bespreken 
Vragen 1 t/m 7 klassikaal bespreken

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Wat is voorraad inventariseren?

Slide 19 - Open vraag

Welke van onderstaande werkzaamheden hoort thuis in stap 1 van het inventarisatieplan (voorbereidingen treffen)?
A
Tellen van de voorraad
B
Controleren of de administratieve voorraad overeenkomt met de technische voorraad
C
Ruim alle artikelen op
D
Derving bespreken met je medewerkers

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

In een bouwmarkt per keer een verschillende productgroep of gangpad inventariseren is een voorbeeld van......
A
integraal inventariseren
B
cyclische inventarisatie
C
steekproefsgewijs inventariseren
D
alle antwoorden zijn fout

Slide 22 - Quizvraag

Voor welke manier van inventariseren kies je?
Hangt af van verschillende factoren:
  • Continue inventarisatie
               - Regelmatig fouten in de voorraadadministratie
               - Veel onbekende derving
  • Steekproef
               - Kun je op vertrouwen als de administratieve voorraad meestal met de werkelijke
                  voorraad overeenkomt
  • Cyclisch
              - In korte tijd de hele voorraad tellen, maar het personeel niet te veel willen belasten

Slide 23 - Tekstslide

Resultaten inventarisatie
  • De inventarisatie maakt duidelijk hoeveel de administratieve voorraad
     afwijkt van de werkelijke voorraad.
  • Het verschil is derving en probeer je zoveel mogelijk te voorkomen.
  • Het verschil tussen administratieve en werkelijke voorraad kun je uitdrukken in procenten = dervingspercentage.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Oefenopgave derving
De administratieve voorraad is € 580.000
De werkelijke voorraad is € 563.000
a. Wat is de derving?
b. Wat is het dervingspercentage?

Slide 26 - Tekstslide

Uitleg oefenopgave derving
  • Derving is € 580.000 - € 563.000 = € 17.000
  • Dervingspercentage is € 17.000 : € 580.000 x 100 = 2,93%
  • Dit betekent dat je 2,93% van wat je aan waarde denkt te
     hebben (volgens de administratieve voorraad) niet hebt.

Slide 27 - Tekstslide

Belang van inventarisatieresultaten onderzoeken
  • Voor iedere winkelier is het belangrijk om derving zoveel
     mogelijk te voorkomen. 
  • Daarom is het belangrijk om de inventarisatieresultaten
     goed te onderzoeken.

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Maken van vragen
Maak de opdrachten 17, 19, 21, 23, 25, 27,28, 29 , 30 en 31 en 32

Slide 31 - Tekstslide

Wat heb je geleerd vandaag?

Slide 32 - Tekstslide

Les 2

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

De waarde van de voorraad bij een winkel is op 1 januari € 230.000 / op 1 juli € 225.000 / op 31 december € 245.000 / Vraag: bereken de gemiddelde voorraad van dat jaar.

Slide 38 - Open vraag

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Beginvoorraad € 35.000 / eindvoorraad € 22.000 / waarde inkopen € 56.000 / Bereken de IWO

Slide 41 - Open vraag

Slide 42 - Tekstslide

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Een winkel verkoopt sieraden / de brutowinst op armbanden is 28% van de IWO / de omzet is € 380.000 / wat is de IWO in euro's ?

Slide 45 - Open vraag

Slide 46 - Tekstslide