Herken de vier basisemoties

Herken de vier basisemoties
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Herken de vier basisemoties

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van deze les kun je de vier basisemoties herkennen.

Slide 2 - Tekstslide

Introduceer het leerdoel van de les en leg uit wat de studenten zullen leren.
Wat weet je al over emoties?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn emoties?
Emoties zijn gevoelens die we ervaren in reactie op gebeurtenissen, situaties of andere mensen.

Slide 4 - Tekstslide

Geef een definitie van emoties om de basis te leggen voor de rest van de les.
De vier basisemoties
De vier basisemoties zijn blij, boos, bang en verdrietig.

Slide 5 - Tekstslide

Introduceer de vier basisemoties en benadruk dat deze emoties universeel zijn en door iedereen worden ervaren.
Blij
Blij zijn betekent dat je je gelukkig en tevreden voelt.

Slide 6 - Tekstslide

Geef een beschrijving van blij zijn en geef voorbeelden van situaties waarin mensen blij kunnen zijn.
Boos
Boos zijn betekent dat je je gefrustreerd en geïrriteerd voelt.

Slide 7 - Tekstslide

Geef een beschrijving van boos zijn en geef voorbeelden van situaties waarin mensen boos kunnen zijn.
Bang
Bang zijn betekent dat je je angstig en onzeker voelt.

Slide 8 - Tekstslide

Geef een beschrijving van bang zijn en geef voorbeelden van situaties waarin mensen bang kunnen zijn.
Verdrietig
Verdrietig zijn betekent dat je je bedroefd en ellendig voelt.

Slide 9 - Tekstslide

Geef een beschrijving van verdrietig zijn en geef voorbeelden van situaties waarin mensen verdrietig kunnen zijn.
Hoe herken je emoties?
Je kunt emoties herkennen aan iemands gezichtsuitdrukking, lichaamstaal en stemgebruik.

Slide 10 - Tekstslide

Leg uit hoe emoties kunnen worden herkend en geef voorbeelden van hoe iemand eruit kan zien wanneer hij of zij elk van de vier basisemoties ervaart.
Oefening: gezichtsuitdrukkingen
Toon een afbeelding van een gezichtsuitdrukking en vraag de studenten om te raden welke emotie wordt uitgedrukt.

Slide 11 - Tekstslide

Laat de studenten hun kennis toepassen door ze gezichtsuitdrukkingen te laten identificeren en benadruk het belang van oefening bij het herkennen van emoties.
Oefening: toneelstukjes
Verdeel de klas in groepjes en geef elke groep een situatie om uit te beelden met behulp van gezichtsuitdrukkingen en lichaamstaal.

Slide 12 - Tekstslide

Laat de studenten hun begrip van emoties inzetten door ze te laten samenwerken en hun eigen toneelstukjes te maken.
Waarom is het belangrijk om emoties te herkennen?
Het herkennen van emoties is belangrijk omdat het ons helpt om anderen te begrijpen en empathie te tonen.

Slide 13 - Tekstslide

Leg uit waarom het belangrijk is om emoties te herkennen en geef voorbeelden van hoe het herkennen van emoties kan helpen bij het opbouwen van relaties met anderen.
Hoe kun je empathie tonen?
Je kunt empathie tonen door naar anderen te luisteren, hun gevoelens serieus te nemen en te proberen hun perspectief te begrijpen.

Slide 14 - Tekstslide

Geef een beschrijving van empathie en leg uit hoe het tonen van empathie kan helpen bij het opbouwen van relaties met anderen.
Oefening: empathie tonen
Verdeel de klas in tweetallen en laat de studenten om de beurt een situatie beschrijven waarin ze een bepaalde emotie hebben gevoeld. De ander moet empathie tonen door te luisteren en te proberen hun perspectief te begrijpen.

Slide 15 - Tekstslide

Laat de studenten hun empathische vaardigheden oefenen door ze te laten oefenen met het tonen van empathie.
Samenvatting
We hebben geleerd over emoties en hoe we de vier basisemoties kunnen herkennen. We hebben ook besproken waarom het belangrijk is om emoties te herkennen en empathie te tonen.

Slide 16 - Tekstslide

Vat de belangrijkste punten van de les samen en zorg ervoor dat de studenten begrijpen wat ze hebben geleerd.
Einde les
Bedankt voor het deelnemen aan deze les over de vier basisemoties!

Slide 17 - Tekstslide

Sluit de les af en beantwoord eventuele vragen van de studenten.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 18 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 19 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 20 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.