3V - H4 Les 2 _ H4.1 + H4.2 Chemische reacties

H4
§4.1 + start §4.2
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H4
§4.1 + start §4.2

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Na deze les weet ik...:
  • wat de 4 kenmerken zijn van een chemische reactie
  • welke 5 factoren de reactiesnelheid kunnen beïnvloeden

Na deze les kan ik...:
  • herkennen welke chemische reactie sneller verloopt
  • reactieschema van een chemische reactie opstellen

Slide 2 - Tekstslide

Smelten & Verbranden

Wat is de overeenkomst hiertussen?

Slide 3 - Open vraag

Smelten & Verbranden

Wat is het verschil hiertussen?

Slide 4 - Open vraag

§4.1 Uitleg
Smelten = Faseovergang

Verbranden = Chemische reactie



Slide 5 - Tekstslide

§4.1
Faseovergang
  • Stof blijft hetzelfde
  • Moleculen veranderen niet




Slide 6 - Tekstslide

§4.1
Chemische reactie 
  • gebeurtenis waarbij de (begin)stoffen verdwijnen en nieuwe stoffen met andere stofeigenschappen ontstaan (=reactieproducten)   

Slide 7 - Tekstslide

§4.1
Chemische reactie
  • Tijdens de reactie ontstaan vaak reactie verschijnselen:

  • -> geluid (Knal, bruisen)  
  • -> kleurverandering
  • -> vuurverschijnselen
  • -> rook
  • -> geur   

Slide 8 - Tekstslide

§4.1
Kenmerken Chemische reactie:  
  • Beginstoffen veranderen in reactieproducten => stofeigenschappen veranderen dan dus ook.
  • Er treedt altijd een energie-effect op. 
  • Totale massa beginstoffen=totale massa reactieproducten
  • Bepaalde reactietemperatuur nodig om de reactie te laten verlopen. 
Energie-effect
Exotherme reactie: Een reactie waarbij warmte, licht of elektrische energie vrijkomt.
Endotherme reactie: Een reactie waarin warmte, licht of elektrische energie moet worden gestopt

Slide 9 - Tekstslide

Wat is GEEN chemische reactie?
A
Verbranden van papier
B
Stollen van bloed
C
Het roesten van je fiets
D
Thee zetten

Slide 10 - Quizvraag

Chemische reactie?
A
Ja
B
Nee

Slide 11 - Quizvraag

Chemische reactie?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

Chemische reactie of niet?
A
Ja
B
Nee

Slide 13 - Quizvraag

Chemische reactie?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

§4.1
Factoren die reactiesnelheid beïnvloeden
  1. Soort stof
  2. Concentratie
  3. Temperatuur
  4. Verdelingsgraad
  5. Katalysator
1.
2.
3.
4.
5.

Slide 15 - Tekstslide

Welke reactie verloopt het snelst?
A
De reactie tussen magnesiumlint en azijnzuur bij 20 C
B
De reactie tussen magnesiumlint en azijnzuur bij 80 C
C
De reactie tussen magnesiumpoeder en azijnzuur bij 20 C
D
De reactie tussen magnesiumpoeder en azijnzuur bij 80 C

Slide 16 - Quizvraag

Wat gebeurt er met de reactiesnelheid als je de beginstoffen in een bak met ijswater zet?
A
Reactiesnelheid gaat omhoog
B
Reactiesnelheid blijft gelijk
C
Reactiesnelheid gaat omlaag

Slide 17 - Quizvraag

Een katalysator:
A
vertraagd de reactie, wordt niet verbruikt
B
vertraagd de reactie, wordt verbruikt
C
versneld de reactie, wordt niet verbruikt
D
versneld de reactie, wordt niet verbruikt

Slide 18 - Quizvraag

§4.2

  • Reactieschema
  • = schematische weergave van een chemisch reactie óf chemisch proces
  • -> beginstoffen  vóór de pijl
  • -> reactieproducten na de pijl

  • beginstof(fen)    ->    reactieproduct(en)

  • Vergeet de fase achter een stof niet! 
  • (l), (g), (s), (aq)

Slide 19 - Tekstslide

§4.2

  • Reactieschema opstellen:

  1. Lees goed de tekst
  2. Bepaal de beginstoffen
  3. Bepaal de reactieproducten
  4. Noteer eerst de beginstoffen -> reactieproducten
  5. Noteer de fases van de stoffen

Slide 20 - Tekstslide

§4.2
Reactieschema opstellen
Lucia verhit suiker, door een reageerbuis te verwarmen met de blauwe ruizende vlam. Hierbij komt er een brandbaar gas uit de buis en er blijft een zwarte vast stof (koolstof) achter in de reageerbuis. Verder weet Lucia dat hierbij ook waterdamp vrij komt.

  • Stap 1: Lees goed de tekst!
  • Stap 2: Bepaal de beginstoffen
  • Stap 3: Bepaal de reactieproducten
  • Stap 4: Noteer eerst de beginstoffen -> reactieproducten
  • Stap 5: Noteer de fases van de stoffen

Slide 21 - Tekstslide

§4.2
Reactieschema opstellen
Lucia verhit suiker, door een reageerbuis te verwarmen met de blauwe ruizende vlam. Hierbij komt er een brandbaar gas uit de buis en er blijft een zwarte vast stof (koolstof) achter in de reageerbuis. Verder weet Lucia dat hierbij ook waterdamp vrij komt.

  • Stap 1: Lees goed de tekst!
  • Stap 2: beginstof is suiker
  • Stap 3: Reactieproducten zijn Water, Koolstof en brandbaar gas
  • Stap 4: Suiker --> water + Koolstof + Brandbaar gas
  • Stap 5: Suiker (s) --> water (g) + Koolstof (s) + Brandbaar gas (g)

Slide 22 - Tekstslide

Stel het reactieschema op van het oplossen van suiker in water.

Slide 23 - Open vraag

Stel het reactieschema op van het smelten van ijzer.

Slide 24 - Open vraag

In veel huizen wordt er aardgas verbrand, voor de centrale verwarming.
Voor de verbranding van aardgas (methaan) is zuurstof nodig. De stoffen die bij de verbranding ontstaan zijn koolstofdioxide en waterdamp.

Stel het reactieschema op voor de verbranding van methaan.

Slide 25 - Open vraag

Aan de slag
  • Doorlezen §4.1

  • Maken §4.1:
  • Opdr. 3, 11, 13, 15, 18, 19

  • Klaar? Maak dan ook nog de introductie op H4 af!!
  • Een aantal hebben dat al netjes gemaakt!

Slide 26 - Tekstslide