• Wat is LessonUp
  • Zoeken
  • Kanalen
  • AI-tools

    Beta

‹Terug naar zoeken

DE FIETSER

DE FIETSER
1 / 42
volgende
Slide 1: Tekstslide
GasvBuitengewoon secundair onderwijs

In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

DE FIETSER

Slide 1 - Tekstslide

speed pedelec
bakfiets

elektrische fiets
plooifiets
mountainbike

Slide 2 - Sleepvraag

De auto rijdt ... de fietser.
A
op
B
tussen
C
naast
D
in

Slide 3 - Quizvraag

De fietsers rijden ... het fietspad.
A
in
B
onder
C
op
D
boven

Slide 4 - Quizvraag

De fietser rijdt op de rotonde die de gele auto ook wil oprijden. Wie heeft voorrang?
A
De fietser moet de gele auto voorrang verlenen, want de auto komt van rechts.
B
Geen van beide heeft voorrang. Zowel de fietser als de auto moeten voorzichtig zijn.
C
De fietser heeft voorrang.

Slide 5 - Quizvraag

Een fietser mag je dus wel inhalen.
Hoeveel ruimte moet een bestuurder tussen de auto en de fietser laten binnen de bebouwde kom?
A
O,5 meter
B
1 meter
C
1,5 meter
D
2 meter

Slide 6 - Quizvraag

Een fietser staat bovenop een brug. Wat soort energie bezit de fietser?
A
Gravitationele energie
B
Elastische energie
C
Kinetische energie
D
Chemische energie

Slide 7 - Quizvraag

De fietser is gestopt aan dit kruispunt zonder voorrangsborden. Wie heeft voorrang?
A
De fietser
B
De gele auto wat de fietser is gestopt.
C
De gele auto, want de fietser is geen voertuig.

Slide 8 - Quizvraag

Een fietser mag je dus wel inhalen.
Hoeveel ruimte moet een bestuurder tussen de auto en de fietser laten buiten de bebouwde kom?
A
O,5 meter
B
1 meter
C
1,5 meter
D
2 meter

Slide 9 - Quizvraag

Heeft de fietser hier voorrang?
A
ja
B
neen

Slide 10 - Quizvraag

De fietser zit op zijn fiets en wil het zebrapad oversteken.
A
De fietser heeft voorrang want hij is een zwakke weggebruiker.
B
De fietser heeft geen voorrang want hij zit nog op zijn fiets.
C
De auto moet stoppen voor de fietser.

Slide 11 - Quizvraag

Fietspad twee richtingen
Fietssuggestie-
strook
Verhoogd fietspad

Slide 12 - Sleepvraag

De fietsers..... (haasten) zich naar de overkant.

Slide 13 - Open vraag

Waar of niet waar: een auto mag een fietser voorbij steken in een fietsstraat als de fietser te traag rijdt.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 14 - Quizvraag

De fietser zit op z'n fiets en wil deze oversteekplaats voor fietsers oprijden.
A
De auto moet deze fietser geen voorrang verlenen.
B
De auto moet deze fietser voorrang verlenen binnen de bebouwde kom.
C
De auto moet deze fietser overal voorrang verlenen.

Slide 15 - Quizvraag

Wat doet de fietser?

Slide 16 - Open vraag

De fietser rijdt ... de auto.
A
achter
B
links van
C
rechts van
D
voor

Slide 17 - Quizvraag

De fietser wil hier rechtdoor rijden.
A
Dat mag.
B
Dat mag op voorwaarde dat er geen tegemoetkomend verkeer is.
C
Dat mag niet.

Slide 18 - Quizvraag

De fietser rijdt ... de auto en de bus.
A
naast
B
links van
C
tussen
D
onder

Slide 19 - Quizvraag

De auto rijdt ... de fietser.
A
achter
B
links van
C
rechts van
D
voor

Slide 20 - Quizvraag

De bus rijdt ... de fietser.
A
achter
B
links van
C
op
D
voor

Slide 21 - Quizvraag

Dit is een oversteekplaats voor fietsers en tweewielige bromfietsers.

Dit is een fietsopstelvak aan de verkeerslichten.

Dit is een doodlopende straat, behalve voor voetgangers en fietsers.

Slide 22 - Sleepvraag

De fietser rijdt ... de auto's.
A
naast
B
rechts van
C
tussen
D
op

Slide 23 - Quizvraag

De fietser rijdt ... de auto's.
A
naast
B
links van
C
tussen
D
rechts van

Slide 24 - Quizvraag

Heb jij een fiets?
A
ja
B
nee

Slide 25 - Quizvraag

De fietsers rijden naast elkaar binnen de bebouwde kom.
A
Dat mag hier.
B
Dat mag hier, maar als de auto claxonneert, dan moeten ze achter elkaar rijden zodat de auto voorbij kan.
C
Dag mag hier zolang ze de tegenliggers niet hinderen.

Slide 26 - Quizvraag

Ik
Jij
Wij
rijd
fietsen
rijdt
loop
wandelen
fietst
wandel
wachten
loopt
lopen
stop
stoppen
stopt

Slide 27 - Sleepvraag

Je wil de fietser inhalen binnen de bebouwde kom.
A
Dat mag niet. Er is niet voldoende plaats.
B
Dat mag, maar je moet 1,5m afstand houden.
C
Dat mag, maar je moet 1 m afstand houden.
D
Dat mag niet binnen de bebouwde kom.

Slide 28 - Quizvraag

De gele auto moet rechtdoor. De tegenligger wil links afslaan en de fietser wil de rijbaan oversteken. Wie mag eerst doorrijden?
A
De fietser
B
De tegenligger
C
De gele auto.

Slide 29 - Quizvraag

Welk deel van de fiets is dit?
A
banden
B
zadel
C
pedaal

Slide 30 - Quizvraag

Het fietspad houdt op te bestaan en de fietser moet op de rijbaan rijden. Moet de auto hem voorrang verlenen?
A
nee
B
ja
C
Ja, maar enkel binnen de bebouwde kom.

Slide 31 - Quizvraag

Welk deel van de fiets is dit?
A
pedaal
B
rem
C
zadel

Slide 32 - Quizvraag

De fietsers rijden ... de auto.

Slide 33 - Open vraag

De fietser mag op dit kruispunt bij rood licht...
A
niets. Hij moet stoppen.
B
rechts afslaan, ook al is het rood.
C
rechts afslaan en rechtdoor rijden, op voorwaarde dat het veilig is.

Slide 34 - Quizvraag

Bescherm jezelf
Fietshelm 
Reflectoren  
Fietslichten   
Fluohesje 
Reflecterende rugzakhoes 
Reflecterende Armbanden

Slide 35 - Sleepvraag

De weggebruiker
Bus - chauffeur
Voetganger
Rolschaatser
Fietser, 8 jaar

Slide 36 - Sleepvraag

Een auto botst met een fietser – de fietser is in fout.

A
Auto
B
Fietser

Slide 37 - Quizvraag



2. De fietser rijdt op:
A
het fietspad
B
het fietsopstelvak
C
de fietssuggestiestrook
D
de fietsoversteekplaats

Slide 38 - Quizvraag


5. Juist of fout?

De voetganger heeft voorrang,
de fietser moet stoppen.
A
juist
B
fout

Slide 39 - Quizvraag

b) Waardoor wordt die kracht op de fietser veroorzaakt?

Slide 40 - Open vraag

c) Duid aan: De fietser gaat van stand 1 tot 3 …
A
vertragen
B
even snel rijden
C
versnellen

Slide 41 - Quizvraag

a) Een fietser vertrekt wanneer het licht op groen springt.
Hierbij ondergaat de fietser een …
A
vormverandering
B
bewegingsverandering

Slide 42 - Quizvraag

Meer lessen zoals deze

Verkeersregels voor fietsers

September 2024 - Les met 16 slides
PAVSecundair onderwijs

Fietsvaardig in het verkeer

April 2025 - Les met 50 slides
WereldoriëntatieLager onderwijs

VerkeersQUIZ

April 2023 - Les met 30 slides
Secundair onderwijs

Inhalen

September 2020 - Les met 17 slides
RijbewijsHoger onderwijs

Voorzetsels: thema verkeer

April 2024 - Les met 23 slides
NT2Secundair onderwijs

Herhaling verkeer 6de

March 2025 - Les met 26 slides
WereldoriëntatieLager onderwijs

01 - Op weg naar rijbewijs B

May 2024 - Les met 43 slides
GASVBuitengewoon secundair onderwijs

21 - Op weg naar rijbewijs B

February 2024 - Les met 15 slides
GASVBuitengewoon secundair onderwijs
LessonUp
Algemene voorwaardenPrivacy StatementCookie StatementContact
Nederlands

Onze cookies

Wij gebruiken cookies om jouw gebruikerservaring te verbeteren en persoonlijke content aan te bieden. Door gebruik te maken van LessonUp ga je akkoord met ons cookiebeleid.

Bewerk instellingen