H3.3 -> Bronnen: Bevolkingskenmerken van Gambia (les 2/2)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welkom!

Ga zitten, start je Chromebook op en ga naar LessonUp

Nee, ik heb geen Chromebook oplader, regel het zelf

Leg je schrift en pen op tafel voor aantekeningen straks

Hier de film Shrek voor tijdens het wachten

Indeling van de les

1. Herhaling leerdoelen H3.3 les 1

2. Herhaling vorige les met vragen

3. Leerdoelen H3.3 les 2

4. Uitleg

5. Vragen over uitleg

6. Verwerking

7. Afsluiting

In welke sector is een boer werkzaam?

1. Primaire sector
2. Secondaire sector
3. Tertiaire sector

In welke sector is een leraar werkzaam?

1. Primaire sector
2. Secondaire sector
3. Tertiaire sector

In welke sector werken de meeste Gambianen?

1. Primair
2. Secundair
3. Tertiair

Wat kun je over de welvaart van Gambia zeggen wanneer er 75% van de beroepsbevolking in de landbouw werkt?

Geef 2 oorzaken waarom Gambia een jonge bevolking heeft

Leerdoelen 3.3 les 2

Aan het einde van de les:

 • Weet wat monocultuur is

 • Weet je wat verstedelijking is

 • Weet je wat push- en pullfactoren zijn

Export en Import

• De belangrijkste exportproducten: pinda’s  
• Het verbouwen van 1 product: monocultuur is riskant.
• Gambia importeert veel tabak, koffie, thee en machines. 
• Importeren van producten is duur

Onderwijs in Gambia

• Veel kinderen gaan niet naar school ( veel analfabeten).
• Redenen:
• 1. Te duur.
• 2. Ze moeten op jonge leeftijd werken.

Infrastructuur

• Infrastructuur: Alle voorzieningen die nodig zijn om personen, goederen of informatie te vervoeren.

• In Gambia zijn weinig verharde wegen, veel zandwegen.
• Veel problemen voor transport in regentijd, producten komen niet op tijd aan.

In arme landen zijn er weinig verharde wegen, het veroorzaakt veel overlast.

Verstedelijking 

• In Gambia is er veel verstedelijking - urbanisatie =  Trek van platteland naar steden.

• Pushfactoren: Redenen om uit een gebied te vertrekken: 

     Geen werk / mislukte oogsten / lage lonen.

• Pullfactoren: Reden om naar een gebied toe te gaan:

     Veel werk, hogere lonen, betere voorzieningen.

Wat betekent monocultuur

1. Meerdere gewassen verbouwen
2. Gewassen exporteren
3. Het verbouwen van 1 soort gewas
4. Veel gewassen importeren

Waarom is monocultuur riskant?

Noem een nadeel voor Gambia als de infrastructuur zoals wegen niet goed is ontwikkeld

Wat is een ander woord voor verstedelijking

1. Suburbanisatie
2. Urbanisatie
3. Re - Urbanisatie
4. Migratie

Pushfactoren zijn redenen om naar een gebied toe te gaan

1. Waar
2. Niet waar

Noem twee pushfactoren die gelden om van platteland naar steden te trekken

Noem twee pullfactoren die gelden om van platteland naar steden te trekken

Korte instructie + verwerken

Wat moet je doen? Opdracht 

             

Met wie? Zie stoplicht

Klaar? Maak een samenvatting in je schrift van deze paragraaf

Rood = Stil, geen vragen

Oranje = Stil, vragen aan docent

Groen = Samenwerken, vragen aan docent

Korte instructie + verwerken

Wat moet je doen? De opdrachten van H3.3

Hoelang?

Met wie? 

Klaar? Oefen topo via seterra, of worldguessr/geoguessr, maak SV 3.3

Ik kan in grote lijnen antwoord geven op:
• Weet wat monocultuur is
• Weet je wat verstedelijking is
• Weet je wat push- en pullfactoren zijn

Ja, moet lukken

Grotendeels

Een beetje

Nee