‹Terug naar zoeken

Di 21 februari pleonasme en tautologie

Stijlfiguren
PLEONASME  TAUTOLOGIE, CONTAMINATIE
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Stijlfiguren
PLEONASME  TAUTOLOGIE, CONTAMINATIE

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tautologie en pleonasme G3A

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

hyperbool
hyperbool
understatement
eufemisme
understatement
eufemisme

Slide 5 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

hyperbool
understatement
eufemisme
iets aardiger / beleefder zeggen
afzwakken / iets minder (erg) laten lijken
overdrijven

Slide 6 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

overdrijving
understatement
Eufemisme

Slide 7 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1 (blz. 58)
  • a.  hyperbool
  • b. understatement
  • c. eufemisme
  • d. eufemisme
  • e. understatement
  • f. hyperbool

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeelden eufemisme

Eufemisme

Doodgaan -> Heengaan;

Wij hebben onze kat laten inslapen.





Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eufemisme

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

'Wis en waarachtig' is een:
A
tautologie
B
archaïsme
C
pleonasme
D
sarcasme

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Enkel en alleen is een vorm van
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Vaak en dikwijls gebeurt het.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het is gratis en voor niets.
A
Tautologie
B
Pleonasme
C
Contaminatie

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Pleonasme
Contaminatie
Tautologie
Het ene woord herhaalt een eigenschap van het andere woord.
Synoniemen
Twee woorden/uitdrukkingen worden vermengd

Slide 15 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

tautologie
contaminatie
pleonasme
Geraakt en aangedaan nam moeder afscheid van de gasten

Slide 16 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De witte sneeuw.
Een kind kan de strijk doen.
Tautologie
Pleonasme
Contaminatie

Slide 17 - Sleepvraag

Jij!
Mijn haar zit schots en scheef.

Pleonasme of tautologie?
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het groene gras.
A
pleonasme
B
tautologie
C
contaminatie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zij beleefden een gevaarlijk en hachelijk avontuur in Brazilië.
A
contaminatie
B
pleonasme
C
tautologie

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ronald is altijd en eeuwig te laat op school.
A
Tautologie
B
Contaminatie
C
Pleonasme

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Na lang wikken en wegen besloot hij om de auto te kopen.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tautologie en pleonasme zijn...
A
wat ze zijn
B
stijlfouten
C
beeldspraak
D
spraakfouten

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zit je nou te zaniken en te zeuren?
A
pleonasme
B
contaminatie
C
tautologie

Slide 24 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Roken is slecht en ongezond voor je lichaam.
A
Tautologie
B
Pleonasme

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Ronde cirkel
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Overnieuw
A
Tautologie
B
Pleonasme
C
Contaminatie

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

'Rood bloed' is een:
A
tautologie
B
pleonasme

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een eetbare worst.
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nachecken
A
Tautologie
B
Pleonasme
C
Contaminatie
D
Dubbele ontkenning

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De mondelinge bespreking
A
Pleonasme
B
Tautologie

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Het verschillend onderscheid
A
pleonasme
B
tautologie

Slide 32 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

tautologie
contaminatie
pleonasme

Slide 33 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

tautologie
contaminatie
pleonasme
Geraakt en aangedaan nam moeder afscheid van de gasten

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

pleonasme
tautologie
contaminatie
De volledige betekenis van een begrip wordt herhaald in andere woorden. 
Een eigenschap van een woord wordt genoemd zonder dat dit iets toevoegt. 
Twee woorden of uitdrukkingen worden door elkaar gebruikt. 

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Contaminatie
Tautologie
Pleonasme
Twee woorden of uitdrukkingen worden door elkaar gebruikt.
Herhaling van de betekenis van een woord of begrip.
Overtollig woordgebruik zonder dat dit iets toevoegt.

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Contaminatie
Tautologie
Pleonasme
Eigenschap van een woord wordt benadrukt.
Je haalt twee woorden door elkaar.
Twee woorden die precies hetzelfde betekenen.

Slide 37 - Sleepvraag

Wij
Tekst
We hebben ons te barsten gelachen.
Ik heb hem opgetelefoneerd.
Hij heeft zijn werk nauwkeurig en exact gemaakt.
De gele maan schijnt aan de hemel. 
Contaminatie
Tautologie
Hyperbool
Pleonasme

Slide 38 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk voor ma 6 maart
Pleonasme en tautologie
Leren blz. 201
Maken opdr 6 t/m 8
Leren blz. 203 Computers en taal.

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Meer lessen zoals deze

Beeldspraak en stijlfiguren les 3

- Les met 45 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Stijlfiguren 1 en 2

- Les met 29 slides
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijs

Stijlfiguren 1

- Les met 26 slides
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijs

Pleonasme en tautologie HAVO-3

- Les met 28 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Di 21 februari pleonasme en tautologie

- Les met 34 slides
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

A3c herhaling woordenschat H1, H2 en H4

- Les met 33 slides
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

Beeldspraak, stijlfiguren + woordenschat

- Les met 11 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Go3B H4 Woordenschat

- Les met 12 slides
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3