kunstgeschiedenis in vogel vlucht

prehistorie 
middeleeuwen 
Griekse oudheid
renaissance
impressionisme 
Kubisme
Surrealisme
modern kunst 
1 / 17
volgende
Slide 1: Sleepvraag
KunstBasisschoolMiddelbare schoolGroep 7

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

prehistorie 
middeleeuwen 
Griekse oudheid
renaissance
impressionisme 
Kubisme
Surrealisme
modern kunst 

Slide 1 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

De vroegste schilderingen zijn gemaakt in grotten, zoals deze in Frankrijk. De schilderingen zijn tussen de 10.000 en 15.000 jaar oud. 

Slide 2 - Tekstslide

Er wordt nog steeds gediscussieerd over de reden  waarom ze zijn gemaakt. Was het een soort gebed aan de goden voor een goede jacht. Was het bedoel als dank voor een geslaagde jacht. was het een pure decoratie ??
Grieken en Romeinen
Zo realistisch mogelijke beelden

Slide 3 - Tekstslide

De eerste beelden die ze maakten waren nog vrij statische. Later werden ze bewegelijker en daardoor ook realistischer. 

Romeinen gingen voor echt menselijk. In hun beelden zie je dat terug doordat ze ook de lelijke dingen afbeelden. Zoals grote neuzen en rimpels.  

Grieken gingen voor het menselijke ideale. De perfecte sporter, het lichaam met de ideale verhoudingen. 

Vermoedelijk is het zelfde het geval bij de schilderingen. Maar hier zijn er maar weinig van over dus is moelijker te analyseren. Allen in pompiie vind je veel schilderingen.

Middeleeuwen: veel aandacht voor  het verhaal, realistisch niet van belang 

Slide 4 - Tekstslide

Veel kunst ontstond in de kerken. Al in de vroege Middeleeuwen versierden de binnen- en buitenkant van kerken met schilderingen, beelden en glas-in-loodramen. Kunst werd gebruikt om bijbelverhalen aan de mensen over te brengen. De meeste mensen konden namelijk niet lezen en schrijven. 
welk bijbels verhaal zie je hier afgebeeld ?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Renaissance, terug naar de Grieken en Romeinen. 

Slide 6 - Tekstslide

Menselijke maat. Realisme is het doel van de renaissance . Hoeft ook niet meer allemaal christelijk verhalen. dit kwam doordat ook de rijkere burgerij het zich kon veroorloven om schilderijen te kopen. 

In deze periode is het lijnperspectief uitgevonden waardoor ze gebouwen ook realistisch konden schilderen. Veder werkten schilders nu vaak met modellen (dit in tegenstelling tot de middeleeuwen )
 
Zo gaat het verhaal dat Caravaggio een   prostitué gebruikte om model te zitten voor zijn schilderij van de dood van Maria. De opdracht gever heeft het schilderij daarom geweigerd
Tijdens de renaissance keek men vol bewondering naar een oudere cultuur. Naar welke cultuur keken ze ?
A
Egyptenaren
B
Fransen
C
Grieken/Romeinen
D
Engelse

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Barok ( over de top )
ovalen, draaiingen, dramatiek, clair-obscur, emotie

Slide 8 - Tekstslide

In de 17e eeuw kwam de Barok-stijl op.  De barok is een stijl met veel realisme en dramatische effecten, om de kunst dichter bij de mensen te brengen.
Romantiek

Slide 9 - Tekstslide

De Romantiek was een stroming in de westerse cultuur die aan het eind van de 18e en in de 19e eeuw opkwam vooral in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, maar ook in België en Nederland. Het was voor alles een tegenreactie op de Verlichting, die eraan vooraf was gegaan.  Soms gingen kunstenaar niet allen voor mooi maar voor subliem. Er weder vooral landschappen geschilderd. Maar nu niet de netjes aangelegde  tuinen maar wilde onverschrokken natuur. 

In deze periode wordt de kunstenaar ook echt kunstenaar (genie)  en niet langer ambachtsman.  Uit deze periode komt ons idee  dat kunstenaars boven op hun zolder kamertje zitten te broeden op het perfecte schilderij. De natuur machtig, nietigheid van de mens.
Impressionisme, 
geeft een impressie van, schilder toets duidelijk zichtbaar 

Slide 10 - Tekstslide

Het impressionisme is een kunststroming, ontstaan vanuit de schilderkunst. De beweging ontstond in Frankrijk na 1850. 
Het idee achter het impressionisme is dat de schilder een "impressie" ofwel een specifieke indruk wilden achterlaten op hun publiek. Er werd veel geschetst en in de buitenlucht gewerkt. Dat was mogelijk door nieuwe ontwikkelingen zoals de verf tubes. 

Bij de schilderijen van het impressionisme zie je heel duidelijk de schildertoets (de kwast streken). Dat is een groot kenmerk van deze stroming. 

Kunstenaars gingen in deze periode ook meer kijken naar het licht en wat dat met kleuren doet. Zo heeft bijvoorbeeld Monet vele schilderingen gemaakt van de waterlelies in zijn vijver op verschillende periodes van de dag.
Expressionisme

Slide 11 - Tekstslide

Het expressionisme is een stroming in de Europese kunst en de literatuur uit de vroege twintigste eeuw (1905 tot 1940). In het expressionisme probeert de kunstenaar zijn, of haar, gevoelens of ervaringen voor het publiek uit te drukken, door een zekere vervorming van de werkelijkheid. 

Surrealisme

Slide 12 - Tekstslide

Kunststroming die ontstaan is in de 20e eeuw. Kunstenaars maakten kunst die in het echt niet kon bestaan. Ze lieten zich leiden door hun fantasie en bijvoorbeeld droombeelden.

kubisme 

Slide 13 - Tekstslide

Popart is een kunststroming die tegelijkertijd, maar los van elkaar, is ontstaan in het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten van Amerika in het midden van de jaren vijftig en haar hoogtijdagen beleefde in de jaren zestig van de 20e eeuw.

wat probeerden de kubisten te bereiken met hun werk?
A
alles laten zien in vereenvoudigde geometrische vormen
B
experimenteren met kleur en kleurcontrasten
C
verschillende gezichtspunten in een schilderij laten samen komen
D
ze probeerden beweging te laten zien, door beelden acht elkaar te zetten

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Presentatie 
 Wat: - 2 voorbeelden van kunstwerken van stroming
- naam van een bekende kunstenaar van die stroming
- minimaal 3 kenmerken van de stroming 

Hoe: Je presenteert niet voor de klas maar in klein groepje van 4 of 5 mensen. Iedereen uit het groepje vertelt over zijn stroming. Na +/- 10 min wissel je naar een nieuw groepje met nieuwe stromingen tot dat je ze allemaal gehad hebt

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Pointillisme, Realisme, Constructivisme, Dadaïsme, Expressionisme, Fauvisme, Futurisme, Kubisme, Modernisme, Primitivisme,
Sociaal realisme, Surrealisme, Minimalisme, Cobra, Abstract-impressionisme, Neoclassicisme, Impressionisme, Art nouveau, Popart, Magisch realisme, Bauhaus, Art deco

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies