In deze les zitten 11 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
taalkundig ontleden=woordsoorten benoemen
Slide 1 - Tekstslide
Wat is een:
zelfstandig naamwoord
bijvoeglijk naamwoord
lidwoord
zelfstandig en hulpwerkwoord?
Wat zegt het filmpje?
Slide 2 - Tekstslide
https:
Slide 3 - Link
zelfstandig werkwoord
belangrijkste werkwoord
geeft betekenis aan de zin
er staat maar 1 zww in de zin
1 werkwoord in de zin? dat is dan een persoonsvorm en tegelijk een zelfstandig werkwoord
hulpwerkwoord
helpt het zww bijvoorbeeld om een voltooid deelwoord te gebruiken
kan nooit als enige werkwoord in de zin staan
gebruik zoveel hww als nodig
Slide 4 - Tekstslide
Schrijf zelf een zin waarin de volgende woordsoorten staan:
-zelfstandig naamwoord
-lidwoord
-zelfstandig werkwoord
-hulpwerkwoord
Slide 5 - Tekstslide
Schrijf hier een bijvoeglijk naamwoord op
Slide 6 - Woordweb
Filmpje
Hoeveel zelfstandig naamwoorden tel je in het filmpje.
Tel ze allemaal, ook als ze een zelfstandig naamwoord meerdere keren voorkomt
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Video
Als je ‘Sinterklaas’ zegt, dan zeg je natuurlijk ook...:. Chocoladeletters, taai-taai, marsepein, en natuurlijk: pepernoten! Nee Piet, deze niet. Dit zijn kruidnoten. Kruidnoten zijn die halve bolletjes van speculaas die rond 5 december de kindermondjes invliegen en daar op knapperige wijze vermalen worden. Wel raak blijven gooien, Piet.
Slide 9 - Tekstslide
Als je ‘Sinterklaas’ zegt, dan zeg je natuurlijk ook...:. Chocoladeletters, taai-taai, marsepein, en natuurlijk: pepernoten! Nee Piet, deze niet. Dit zijn kruidnoten. Kruidnoten zijn die halve bolletjes van speculaas die rond 5 december de kindermondjes invliegen en daar op knapperige wijze vermalen worden. Wel raak blijven gooien, Piet.