Participatie 2 - 6 december

Participatie
2 december - 6 december

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MBO

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Participatie
2 december - 6 december

Slide 1 - Tekstslide

Programma
- Terugblik: LHBT
- Niet aangeboren hersenletsel
- 7 levensgebieden
- Opdracht

Slide 2 - Tekstslide

Hoe worden LHBT-ouderen ook wel genoemd?
A
Regenboog ouderen
B
Roze ouderen
C
Roze driehoek
D
Alle antwoorden zijn fout

Slide 3 - Quizvraag

Leg in eigen woorden uit wat er met minderheidsstress wordt bedoeld:

Slide 4 - Open vraag

Hoe kan weerbaarheid vergroot worden tegen minderheidsstress?
A
Doen alsof er niks aan de hand is
B
Informatiebijeenkomsten houden
C
Sociale steun en contact met lotgenoten
D
Niet voor je geaardheid uit komen

Slide 5 - Quizvraag

Geef een tip over hoe je als professional met LHBT - ouderen om kunt gaan:

Slide 6 - Open vraag

Niet Aangeboren Hersenletsel (NAH)
Niet-aangeboren hersenletsel is een beschadiging aan de hersenen die iemand tijdens zijn leven oploopt als gevolg van een beroerte, ongeluk, hartstilstand of hersenaandoening.

Slide 7 - Tekstslide

Oorzaken NAH
 Traumatisch hersenletsel is letsel door een oorzaak van buiten af, zoals een ongeval of een klap op het hoofd. 

Niet-traumatisch hersenletsel ontstaat van binnenuit, bijvoorbeeld door een herseninfarct of zuurstoftekort.

Slide 8 - Tekstslide

Gevolgen NAH
Lichamelijke gevolgen: gedeeltelijke verlamming, verlies van spierkracht, incontinentie, epilepsie of lichamelijke pijn. Mensen kunnen ook problemen ondervinden met zintuigen.

Cognitieve gevolgen: Aandacht- en concentratiestoornissen, Overgevoeligheid voor externe prikkels, Geheugenstoornissen, Stoornissen in de planning en uitvoering van doelgerichte activiteiten, Constante vermoeidheid, Taalstoornissen, Trager denken


Slide 9 - Tekstslide

Gevolgen NAH
Gedragsmatige gevolgen:
-  Niet kunnen leren van ervaringen: geen of verminderd ziekte-inzicht kan leiden tot overmoedig en riskant gedrag; zelfoverschatting.
- Verstoorde controle: ongeduldig; impulsief; rusteloos of gejaagd; prikkelbaar; agressief.
- Verlies van zelfredzaamheid: dit kan leiden tot terugtrekking en weinig initiatief.
- Verstoorde seksuele relatie.

Emotionele gevolgen: gebrekkig zelfvertrouwen; somberheid en depressie; onzekerheid; angst voor het optreden van een nieuwe beroerte; gevoelens van frustratie en machteloosheid.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Seksuele ontremming
Een van de functies van een deel van de hersenen is remming, inhibitie met een moeilijk woord. Hiermee wordt bedoeld het remmen van alle impulsen en signalen. Afhankelijk van de locatie van het hersenletsel kan ook seksuele ontremming voorkomen.

Door beschadiging van de hersenschors is er minder controle op de werking van de lagere hersengebieden waar lust en emotie zitten. 

Dit kan zich zowel lichamelijk als in praten uiten. 

Slide 12 - Tekstslide

Omgaan met seksuele ontremming NAH-client 
Omgaan met de seksuele ontremming vraagt niet alleen  begrip van de partner, maar het is ook voor de CVA-patiënt lastig. Het kan de relatie onder grote druk zetten.

Belangrijk is patiënten niet te stigmatiseren. Het maken van grapjes kan een heel effectieve manier zijn om met emoties en/of stress om te gaan.
!!!!

Slide 13 - Tekstslide

De 7 levensgebieden

Slide 14 - Tekstslide

De 7 leefgebieden
Als medewerker maatschappelijke zorg is het je taak om zinvolle dagbestedingsactiviteiten aan te bieden op basis van wensen en behoeften van cliënten op verschillende leefgebieden. 

Zo heeft de ene cliënt een vraag bij het vinden van een hobby, terwijl een ander op zoek is naar meer arbeidsmatige dagbesteding.

Slide 15 - Tekstslide

De 7 leefgebieden
Je stelt je met betrekking tot dagbesteding tot doel om deelnemers te begeleiden bij activiteiten in het dagelijks bestaan, zodat zij zich lichamelijk, geestelijk en maatschappelijk welbevinden.

Slide 16 - Tekstslide

De 7 leefgebieden
In het activiteitenaanbod maak je dan weer onderscheid tussen: ontspanningsactiviteiten, educatieve activiteiten, zelfzorgactiviteiten en arbeidsmatige activiteiten. 

De activiteit is geen doel op zich, maar een middel om welbevinden te bereiken in de leefgebieden. De activiteiten kunnen variëren van spelletjes, sport en schilderen tot uitstapjes, scholing en het verrichten van werk.

Slide 17 - Tekstslide

Zingeving: drijfveren, betekenis, dromen en verlangens
cultuur en waarden, spiritualiteit, motivatie

Wonen: huisvesting, buurt of wijk, vervoer, huishoudelijke
 dagelijkse levensverrichtingen (HDL)

Financien: inkomen, uitgaven, bestedingspatroon, administratie , verzekeringen, financiële zorg voor anderen.

Sociale relaties: gezin, familie, relaties en vrienden, buurtgenoten , professionele contacten, sociale vaardigheden, social media.

Slide 18 - Tekstslide

Lichamelijke gezondheid: eten, drinken, sport, bewegen, zelfzorg, fysieke
 conditie, ziekte, handicap.

Psychische gezondheid: welbevinden, zelfzorg, autonomie, ziekte, handicap

Werk en activiteiten (dagbesteding): werk (betaald of onbetaald), dagactiviteiten, activiteiten
opleiding en scholing, vrijetijdsbesteding.

Slide 19 - Tekstslide

Opdracht
1. Ga naar de link op teams:

2. Bedenk bij ieder leefgebied een passende vorm van dagbesteding bij elkaar;

3. Dit doe je door met elkaar in gesprek te gaan en gebruik te maken van de vragen uit de leefgebiedenwijzer ter ondersteuing.

Dit bespreken we klassikaal en lever je aan het eind van de les in .

Slide 20 - Tekstslide

Tot volgende week!

Slide 21 - Tekstslide