Betoog les 2

Betoog: les 2
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 12 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Betoog: les 2

Slide 1 - Tekstslide

Een betoog is een overtuigende voordracht of een overtuigend artikel. De spreker of schrijver probeert zijn publiek met argumenten te overtuigen van zijn standpunt.

Slide 2 - Tekstslide

Waarom is het belangrijk dat je leert om een betoog te schrijven, denk je?

Slide 3 - Woordweb

Uit welke delen bestaat een betoog, denk je?

Slide 4 - Open vraag

Welke onderdelen zitten er volgens jou in een goede inleiding van een betoog?

Slide 5 - Open vraag

Wat zou een goede manier zijn om de aandacht van je publiek te trekken, om je betoog te openen?

Slide 6 - Open vraag

Structuur van een betoog:

inleiding
  • aandachttrekker
  • introductie onderwerp
  • standpunt
middenstuk
  • 2 argumenten voor + onderbouwing
  • 1 argument tegen + weerlegging
slot
  • samenvatting
  • conclusie = herhalen standpunt
  • uitsmijter

Slide 7 - Tekstslide

Over welk actueel onderwerp zou jij een betoog willen schrijven?

Slide 8 - Woordweb

Mobieltjes in de klas =
onderwerp oefenbetoog


Groepjes, artikelen en opdracht Oefenbetoog staan in Classroom. 

Slide 9 - Tekstslide

Bouwplan (Classroom)
onderwerp = mobieltjes in de klas
schrijfdoel = overtuigen
hoofdgedachte = standpunt = .................................................

Inl: aandachttrekker + intro onderwerp + hoofdvraag (75-90 woorden)
Middenstuk: V1 =.......................................................... (100-140 woorden)
                           V2 =.......................................................... (100-140 woorden)
                           T1 = .......................................................... (100-140 woorden)
                          
Slot: samenvatting + (eigen visie) + uitsmijter (75-90 woorden)
                                                                                                                                 Totaal = 450-600 woorden

Slide 10 - Tekstslide

Elementen inleiding
Neem de volgende elementen op in je inleiding:
  • aandacht trekken (bijv. d.m.v. een anekdote/voorbeeld) 
  • introductie onderwerp 
  • standpunt 

Gebruik 75 tot 90 woorden. (Dit is 'slechts'een richtlijn)



Slide 11 - Tekstslide

Zelfstandig werken
  1. Huiswerk was: bestudeer de teksten uit de opdracht en noteer/onderstreep: 1. voorbeeld; 2. standpunt; 3. argumenten; 4. tegenargumenten + weerleggingen; 5. conclusie/samenvatting. 
  2. Maak een bouwplan op het 'invulformulier' (in Classroom). Bedenk daartoe jouw standpunt, de elementen voor de inleiding, twee argumenten voor en een argument tegen. De rest mag ook, maar mag ook later.
  3. Start met het schrijven van je inleiding in een Drive-document dat je met mij deelt met de naam: Oefenbetoog - Voornaam - Achternaam

Slide 12 - Tekstslide