2TL2 24 januari

WELKOM
3 Kader
Welkom 2TL2

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

WELKOM
3 Kader
Welkom 2TL2

Slide 1 - Tekstslide

 De les start over twee minuten !
- Mobiel in de bak
- Boek, laptop, pen en schrift op  
   tafel
- Tas van de tafel

timer
2:00

Slide 2 - Tekstslide

Programma van de les 2TL2

Programma:

  • Aanwezigheid
  • Gedicht van de dag
  • Een instructie schrijven

Lesdoel:
Weten hoe je een instructie moet schrijven

Slide 3 - Tekstslide

Allereerst...
Is iedereen aanwezig?

Slide 4 - Tekstslide

Gedicht van de dag

Slide 5 - Tekstslide

Een instructie schrijven

Slide 6 - Tekstslide

Doelen voor deze les:
  • Je weet wat een instructie is.
  • Je weet hoe je een instructie moet schrijven.
  • Je weet hoe je goede zinnen kunt schrijven. 

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 1a
Zoek een blaadje en vouw een papieren vliegtuig. 

Hiervoor heb je 3 minuten de tijd.
timer
5:00

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 1b Vergelijken
  • Zijn alle vliegtuigjes in dezelfde volgorde gevouwen?
  • Hoe kan het dat niet alle vliegtuigjes gelijk zijn?


Slide 9 - Tekstslide

Een instructie
  • De vliegtuigjes zijn niet allemaal gelijk, omdat er geen uitleg gegeven is over hoe en in welke volgorde je een vliegtuigje moet vouwen. Je noemt  deze uitleg een instructie.

  • Bij een instructie leg je iemand uit hoe je iets moet doen. Het is belangrijk dat je de informatie in een logische volgorde opschrijft. 

Slide 10 - Tekstslide

Een instructie schrijven
Wanneer je een instructie gaat schrijven is het belangrijk om te bedenken in welke volgorde je de informatie zet.

  • Met welke informatie begin je?
  • Welke informatie schrijf je daarna?
  • Met welke informatie eindig je?

Slide 11 - Tekstslide

Een instructie schrijven
- Noteer in de titel waarvoor de instructie bedoeld is: Zo bak je pannenkoeken!

- Een instructie schrijf je in de gebiedende wijs, dat betekent dat de meeste zinnen beginnen met een werkwoord (doe-woord): Schroef deze plank vast; Loop rechtdoor; Download de app

- Soms is het ook belangrijk dat je bepaalde dingen nodig hebt, de ingredienten of benodigdheden. Hiervoor maak je een lijstje: schaar, papier, hamers, spijkers. 

- Nummer de zinnen als de volgorde belangrijk is. Als de volgorde niet belangrijk is zet je er een bolletje of streepje voor.
- Gebruik tekeningen of afbeeldingen als dat nodig is.

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Zinsbouw
Zo maak je makkelijk leesbare zinnen:
- Maak een aparte zin voor iedere gedachte;
- Plak niet meer dan twee zinnen aan elkaar;
- Gebruik verwijswoorden om duidelijk te maken wat de zinnen met elkaar te maken hebben; 
- Begin iedere zin met een hoofdletter;
- Eindig iedere zin met een punt, vraagteken of uitroepteken.

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Instructie schrijven
Je gaat zo zelf een instructie schrijven over het vouwen van een vliegtuigje. 
Hoe?
  1. Schrijf in een document je instructie. Beschrijf het zo duidelijk mogelijk
  2. Gebruik eventueel zelf een A4'tje om een vliegtuigje te vouwen en om te kijken welke stappen je moet doen.
  3. Je hebt 20 minuten de tijd om de instructie te schrijven. 
  4. Stuur de instructie naar mij in Magister. Dan ga ik daarna proberen een aantal van de vliegtuigjes te vouwen.


Slide 21 - Tekstslide