Artikel schrijven

Het schrijven van een artikel
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1-4

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Het schrijven van een artikel

Slide 1 - Tekstslide

Lesopbouw
  • Wat ga je deze les leren?
  • Wat weet je al?
  • Korte instructie
  • Inoefenen
  • Aan de slag!
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les weet je wat de opbouw van een artikel is.


  • Aan het einde van de les heb je geoefend met het schrijven van een artikel.

Slide 3 - Tekstslide

Bekijk het 
filmpje over 
een artikel schrijven
(0:55-3:50)

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Voorkennis: placemat
  1. Individueel:
    Noteer in 2 minuten tijd zoveel mogelijk dingen die je weet over een artikel (TIMER).

  2. Groepje:
    - Bespreek met je groepje wat er opgeschreven is.
    - De dubbele antwoorden streep je door.

  3. Klassikaal:

       Groepje voor groepje 1 ding opnoemen wat jullie hebben opgeschreven.

timer
2:00

Slide 6 - Tekstslide

Het artikel schrijven
Het artikel bestaat altijd uit:
  1. inleiding
  2. middenstuk
  3. slot

Het artikel heeft dus minimaal 3 alinea's

Slide 7 - Tekstslide

Het artikel

Een artikel:

- is een tekst met achtergrondinformatie over een bepaald onderwerp

- staat vaak op een website, in een krant of tijdschrift

- mag enigszins subjectief (mening) zijn

- bestaat uit een inleiding, middenstuk en slot (minstens drie alinea's)

Slide 8 - Tekstslide

Informatief artikel
 De schrijver probeert in een informatief artikel altijd deze vragen te beantwoorden:
  1. Wat is er gebeurd?
  2. Wie heeft ermee te maken?
  3. Waar is het gebeurd?
  4. Wanneer is het gebeurd?
  5. Waarom is het gebeurd?

Slide 9 - Tekstslide

opbouw van een artikel 
Pakkende titel 

Inleiding: hier introduceer je het onderwerp en schrijf je waarom je dit stuk schrijft (aanleiding)

Middenstuk: schrijf over elk deelonderwerp één alinea. Gebruik signaalwoorden.

Slot: hier geef je een conclusie of korte samenvatting. 

Slide 10 - Tekstslide

Vooraf  bedenken
Tekstdoel bepalen 
Onderwerp en de hoofdgedachte van je tekst 
Doelgroep, taalgebruik 
Informatie verzamelen (brainstormonderdelen + opdracht gebruiken)
Volgorde (van de) deelonderwerpen
Opbouw: titel, inleiding, middenstuk, slot

Slide 11 - Tekstslide

is dit een artikel of een brief?
A
artikel
B
brief

Slide 12 - Quizvraag

Een artikel heeft altijd een titel.
A
waar
B
niet waar

Slide 13 - Quizvraag

Een artikel bestaat uit
A
inleiding, middenstuk
B
Slot, titel, middenstuk
C
handtekening, inleiding, middenstuk, slot
D
inleiding, middenstuk ,slot

Slide 14 - Quizvraag

inleiding:
- aanleiding
- voorbeeld bij de tekst
- anekdote
- belangrijke vraag (hoofdvraag)
-mening
- iets over de opbouw (I,K,S)

Slide 15 - Tekstslide

Middenstuk/Kern
- deelonderwerpen
alle informatie, netjes per alinea

Slide 16 - Tekstslide

slot
- hoofdgedachte
- advies
- conclusie
-samenvatting
- toekomstverwachting
- antwoord op vraag uit de inleiding

Slide 17 - Tekstslide

Artikel: inhoud
Inleiding: vertel wat je wil gaan vertellen in je artikel. Gebruik een van de 3 manieren.
Alinea: - elke alinea bevat een onderwerp (=deelonderwerp)
                - begin met een kernzin
                - geef een toelichting (uitleg) op deze kernzin
Slot: geen nieuwe informatie toevoegen (dan is het geen slot)
Tekstdoel: informeren of overtuigen of een ander doel

Slide 18 - Tekstslide

Taalverzorging (s,f,i)
- Elke zin begint met een hoofdletter en eindigt met een punt.
- Samenstellingen schrijf je aan elkaar (bijv. wereldreis
- Tussen twee werkwoorden in een samengestelde zin zet je altijd een komma! 
- Zinnen beginnen nooit met een voegwoord, dus niet met
   en, maar, dus, bijvoorbeeld.
- Verwijs niet naar tussenkopje maar gewoon benoemen

Slide 19 - Tekstslide

Inoefenen
  • Zoek in het artikel dat jij hebt meegenomen de onderdelen die we net hebben besproken: kop, bron, leader, tussenkopje, alinea's en afsluiting.


  • Schrijf op/markeer deze onderdelen.


  • Je hebt hier 2 minuten de tijd voor.


  • Daarna bespreken we het klassikaal.



timer
2:00

Slide 20 - Tekstslide

Uit hoeveel alinea's bestaat jouw artikel?

Slide 21 - Woordweb

Wat is de titel van het artikel?

Slide 22 - Woordweb

Wie is de auteur van jouw artikel?

Slide 23 - Woordweb

Stap 1 en 2

Slide 24 - Tekstslide

Stap 3 vragen stellen
Open vragen
Wie, wat, waar, wanneer, waarom, hoe
Achtergronden
Verschillende meningen

Slide 25 - Tekstslide

5W1H-vragen
De vragen bieden je houvast en de basis van je artikel

Bedenk bij elke vraag wat je in het artikel wilt zetten

Slide 26 - Tekstslide

Stap 4 indeling maken
Inleiding = Noem je onderwerp, schets de situatie en geef je mening. Maak de lezer nieuwsgierig naar de rest!
Kern = Uitwerking in logische volgorde, geef argumenten. Gebruik tussenkopjes!
Slot = Trek een conclusie en/of geef advies. Sluit af met een knaller

Slide 27 - Tekstslide

Opbouw van een artikel
  • Plaats boven je artikel een passende titel
  • In de inleiding staat de aanleiding van je artikel: waarom je het artikel schrijft
  • In het middenstuk (kern) staat de meeste informatie (wat, waarom, waarover..)
  • In het slot staat wat je hoopt te bereiken met het artikel
  • Zet je voor- en achternaam onder het artikel
  • Al deze onderdelen zijn losse alinea's!

Slide 28 - Tekstslide

Stap 5 onderzoek doen

Minstens 3 verschillende bronnen
Op internet, in boeken, interviews, enz. 
Let op de betrouwbaarheid (bijvoorbeeld Facebook is geen bron)

Slide 29 - Tekstslide

Stap 6 artikel schrijven

Slide 30 - Tekstslide

ARTIKELEN: BOUWPLAN

Slide 31 - Tekstslide

Als je een artikel schrijft...
A
Heeft iedere alinea een kernzin.
B
Heeft iedere alinea een tussenkopje.
C
Start het artikel altijd met een vraag.
D
Is de titel gelijk aan het onderwerp.

Slide 32 - Quizvraag

Hoe kun je het artikel beginnen?
A
Lieve kindertjes,
B
Mijn naam is...
C
Geachte leerlingen...
D
Hallo

Slide 33 - Quizvraag

Onder een artikel zet je altijd:
A
slotformule
B
je eigen naam (en klas)
C
groetjes,
D
bedankt

Slide 34 - Quizvraag

Waarom moet je een naam onder het artikel schrijven?
A
Het is een persoonlijke tekst
B
Het is een e-mail
C
Het is een nieuwbericht
D
Het is een brief namens je familie

Slide 35 - Quizvraag

Stap 7 controleren
Staan alle punten in het artikel?
Is het foutloos?
Is de volgorde logisch?

Slide 36 - Tekstslide

Check! Is je artikel gelukt? 

Slide 37 - Tekstslide

Opdracht
Je gaat een artikel schrijven over telefoons op school. Er is veel overlast tijdens de lessen van leerlingen die bezig zijn met hun telefoon. 

De school wil de volgende regel invoeren: tijdens de lessen is de telefoon in het kluisje. 


Slide 38 - Tekstslide

Je besluit hierover een artikel te schrijven voor de schoolkrant. 

Je geeft in jouw artikel aan wat jouw mening is en waarom jij vindt dat telefoon wel/niet in het kluisje moeten tijdens de les.


Onderbouw jouw verhaal met argumenten die je in minstens 3 verschillende betrouwbare bronnen hebt gevonden. 

Slide 39 - Tekstslide

Volg de stappen 1 tot en met 7 (volgende slides).

Maak jouw artikel in Google Documenten. 
Voeg eventueel een ondersteunende afbeelding toe. 

Geef tenslotte jouw artikel een pakkende titel en zet jouw naam en klas onder het artikel. En lever het via Classroom in. 

Slide 40 - Tekstslide

Planning schrijven artikel

Stap 1: onderwerp kiezen 

Stap 2: voorkennis onderwerp in beeld brengen 

Stap 3: vragen stellen waar je in je artikel antwoord op gaat geven (5x W + H-vragen, jouw mening, achtergrondinfo, ...) 

Stap 4: indeling maken (inleiding, kern, slot)

Stap 5: onderzoek doen (zoek naar verschillende bronnen op internet, in boeken, ... )

Stap 6: schrijven van het artikel 

Stap 7: controleren

Slide 41 - Tekstslide

Gluren bij de buren
  1. Klaar met je artikel?  Wissel je artikel uit met een ander.
  2. Kijk het artikel van de  ander na met behulp van het nakijkblad.
  3. Geef het artikel en het ingevulde nakijkblad terug aan de ander.
  4. Bekijk de feedback op je artikel en herschrijf je artikel zonodig.
  5. Bewaar het ingevulde nakijkblad en beide versies van je artikel goed.
timer
5:00

Slide 42 - Tekstslide

Heb je je artikel verbeterd?
  1. laat je verbeterde artikel lezen door een klasgenoot
  2. pas je artikel aan, indien nodig
  3. lever je artikel in (magister.me; tweede opdracht-vakje)

Slide 43 - Tekstslide

INLEIDING
KERN
SLOT
Aanleiding voor het schrijven van het artikel
Argument(en) + onderbouwing
Je belangrijkste boodschap
Naam van de krant + datum artikel
Een zin om de lezer te prikkelen en waarover de lezer na blijft denken.
Feiten, cijfers, voorbeelden
Conclusie

Slide 44 - Sleepvraag

Ik ben tevreden over mijn inzet vandaag.
😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Poll

Is het lesdoel voor jou bereikt:
Ik kan een artikel schrijven?
0100

Slide 46 - Poll

Noem 1 ding waar je nog moeite mee hebt

Slide 47 - Open vraag