H6.2 Waar zorgt de overheid voor?

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
1:30
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag

  • Leg je boek (+schrift) klaar. Pen/potlood. 

  • GEEN TASSEN OF ANDERE SPULLEN OP TAFEL.

timer
1:30

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag

H6.2

Slide 2 - Tekstslide

H6 Wat doet de overheid?

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.
  • Ik kan uitleggen wat sociale zekerheid is en een aantal voorbeelden noemen.
  • Ik kan uitleggen waarom er sociale premies op je loon worden ingehouden.
  • Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 4 - Tekstslide

H6 Wie is de overheid?

Slide 5 - Tekstslide

Wie is de overheid?

Slide 6 - Tekstslide

Overheid
De gemeente, de provincie en het rijk vormen samen de overheid.

Alle drie stellen zij regels vast om de samenleving goed te laten functioneren.
Als je werknemer in dienst van de overheid bent, ben je een ambtenaar.

Slide 7 - Tekstslide

Infrastructuur
Wat is dat?

Slide 8 - Tekstslide

Infrastructuur
De voorzieningen die nodig zijn voor vervoer en communicatie noem je de infrastructuur.

Bijvoorbeeld: wegen, spoorwegen, vliegvelden, havens, internet en het elektriciteitsnetwerk.


Slide 9 - Tekstslide

Voor ons allemaal
De overheid levert en betaalt voorzieningen waarvan iedereen gebruik mag maken.
Je noemt ze collectieve voorzieningen. ‘Collectief’ betekent letterlijk: gezamenlijk. Collectieve voorzieningen zijn voor ons allemaal.
Voorbeelden van collectieve voorzieningen:
  • parken
  • wegen
  • speeltuinen
  • onderwijs
  • brandweer





Leerdoel: Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.

Slide 10 - Tekstslide

Collectieve voorziening
Leerdoel: Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.

Slide 11 - Tekstslide

Collectieve voorziening
Leerdoel: Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.

Slide 12 - Tekstslide

Collectieve voorziening
Leerdoel: Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.

Slide 13 - Tekstslide

Collectieve voorziening
Leerdoel: Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.

Slide 14 - Tekstslide

Zorgt de overheid voor jou?
Wie geen of te weinig inkomen kan verdienen, kan van de overheid een uitkering krijgen. 
Dat heet sociale zekerheid.

Twee voorbeelden van sociale zekerheid:
  • de Algemene Ouderdomswet (AOW)
 iedereen krijgt vanaf de pensioenleeftijd een AOW- uitkering
  • de Werkloosheidswet (WW)
 werklozen kunnen een WW-uitkering krijgen.





Leerdoel: Ik kan uitleggen wat sociale zekerheid is en een aantal voorbeelden noemen.

Slide 15 - Tekstslide

Wie betaalt dat allemaal?

Voor alle uitkeringen is veel geld nodig.
Daarom betaalt iedereen van het bruto loon sociale premies.

Sociaal betekent dat je rekening houdt met anderen.
Mensen met werk betalen zo mee aan het inkomen van mensen zonder werk.






Leerdoel: Ik kan uitleggen waarom er sociale premies op je loon worden ingehouden.

Slide 16 - Tekstslide

Moet iedereen winst maken?
Alle bedrijven en instellingen van de overheid horen bij de collectieve sector.
Bijvoorbeeld:
  • het UWV
  • onderwijs
  • politie
Zij hoeven geen winst te maken.


Bedrijven (en burgers) behoren tot de particuliere sector.
Zij willen winst maken met de verkoop van goederen of diensten.






Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 17 - Tekstslide

Collectieve of particuliere sector?
Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 18 - Tekstslide

Collectieve of particuliere sector?
Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 19 - Tekstslide

Collectieve of particuliere sector?
Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 20 - Tekstslide

Collectieve of particuliere sector?
Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 21 - Tekstslide

Collectieve of particuliere sector?
Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 22 - Tekstslide

Collectieve of particuliere sector?
Leerdoel: Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag

Blz 184 t/m 189
Opdrachten 1 t/m 14
timer
20:00

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Ik kan uitleggen wat collectieve voorzieningen zijn en een aantal voorbeelden noemen.
  • Ik kan uitleggen wat sociale zekerheid is en een aantal voorbeelden noemen.
  • Ik kan uitleggen waarom er sociale premies op je loon worden ingehouden.
  • Ik kan het verschil benoemen tussen de collectieve en de particuliere sector.

Slide 25 - Tekstslide