Kijkstrategie

Kunstbeschouwelijke begrippen
Beeldende kunst
Dans
Muziek
Theater
Film
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
Kunst AlgemeenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Kunstbeschouwelijke begrippen
Beeldende kunst
Dans
Muziek
Theater
Film

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn de 5 W's (drama/dans)?

Slide 3 - Open vraag

De wie-vraag gaat over de personages. Om wie draait het stuk? Wie is de hoofdpersoon, de held, de antiheld of de schurk? Wie zijn de bijfiguren?

De wat-vraag gaat over het conflict en de dramatische handeling. Wat is het conflict? Is dat een intern of een extern conflict? En wat gebeurt er (nog meer)?

De waar-vraag gaat over de lokatie, of de setting van het stuk. Waar speelt het zich allemaal af?

De wanneer-vraag gaat over de tijdsbepaling en het tijdsbestek. Wanneer speelt het zich af, hoe lang duurt het en wanneer gebeurt wat?

De waarom-vraag gaat over de noodzaak en het thema van het verhaal. Waarom wil je dit vertellen? Wat moet het publiek na de voorstelling mee naar huis nemen, qua boodschap?
Welke dingen zijn belangrijk om te doen
bij het verklaren van een spotprent?

Slide 4 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Carlos Latuff

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vergelijkbare voorstelling, andere vormgeving

Slide 7 - Tekstslide

links:
Guernica 
Pablo Picasso
1937

Rechts
Bombardement op Kopenhagen
Christian August Lorentzen
1807

De opdracht:

  • Eén persoon voor de klas (omschrijver), rest tekent.
  • De omschrijver probeert het gegeven kunstwerk zo exact mogelijk te omschrijven.
  • Op basis van zijn/haar omschrijving ga je tekenen. Het hoeft niet mooi te zijn, maar wel kloppend!
  • 3 rondes!


Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Resultaat: Lijkt de tekening van jou (en die van de anderen) op het origineel?


Wanneer kreeg je bruikbare informatie? Wat miste je telkens nog? Waarom hebben we dit gaan? Wat heb je geleerd over het omschrijven van kunstwerken? Welke conclusies trek je hieruit?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorstelling
Het verhaal dat verteld wordt in het schilderij.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormgeving
Hoe de BEELDASPECTEN het beeld ondersteunen om de voorstelling tot zijn recht te laten komen
  • Compositie
  • Kleur
  • Ruimte
  • Licht
  • Vorm
  • Materiaal/techniek

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekst
aspecten van de VOORSTELLING
aspecten van de VORMGEVING
Door alles in het midden te plaatsen onstaat een enorme rust die past bij de slapende man
Door de herhaling van vorm wordt het verhaal verteld
Dit werk is een combinatie van schilderen en fotografie
Er ligt een man te slapen in een kartonnen doos die lijkt op de stad in de achtergrond

Slide 13 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bekijk Boerendans van Pieter Bruegel. Op dit schilderij is het een vrolijke bedoening. Noem drie aspecten van de voorstelling die deze vrolijkheid ondersteunen.

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het schilderij van Bruegel maakt een ruimtelijke indruk. Noem drie manieren waarop de schilder dit heeft bereikt.

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Bruegel weet op zijn schilderij te bereiken dat wij als kijker bij het tafereel worden betrokken. Noem drie manieren waarop hij dat heeft gedaan.

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat voor vragen kun je stellen over een kunstwerk?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je zeggen over de vormgeving van dit schilderij van Picasso?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat kun je zeggen over de voorstelling van dit schilderij van Picasso?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Mode-etalage,
August Macke, 1913
Op dit schilderij zijn de figuren op de voorgrond groot ten opzichte van de figuren op de achtergrond. Het etalageraam is weergegeven in lijnperspectief. Toch zijn er in het schilderij ook aspecten die de ruimtesuggestie tegengaan. 
Welke?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorstelling
Een dansvoorstelling kan een verhaal of een thema uitbeelden.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormgeving
danscompositie
choreografie (choreologie)

dansante middelen: 
ruimte 
tijd 
kracht

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rosas danst Rosas, Anne Teresa de Keersmaeker
In Rosas danst Rosas maakt De Keersmaeker met choreografische middelen dans van alledaagse bewegingen. Geef daarvan drie voorbeelden uit het fragment. Noem eerst de alledaagse beweging(en). Beschrijf vervolgens hoe De Keersmaeker met choregrafische middelen dans maakt van de beweging.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het Zwanenmeer: pas de deux Odile en Siegfried, Bolshoi Ballet, 2011
Op het videofragment is een deel van de akte van Het Zwanenmeer te zien. Deze versie van Het Zwanenmeer werd in 2011 uitgevoerd in het Bolshoi Theater in Moskou en is trouw aan het 19e eeuwse origineel. Het videofragment laat het liefdesduet van Prins Siegfried en Odette zien. Leg aan de hand van de expressie van de dansers en de bewegingstijl uit hoe dit te zien is.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Het Zwanenmeer pas de deux Odille en Siegfried, Bolshoi Ballet, 2011
In deze dans vertolkt Odette duidelijk de belangrijkste rol. Noem drie choreografische middelen waaruit je dit kunt opmaken.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorstelling
Muziek kan verwijzen naar een verhaal of naar een ander buitenmuzikaal gegeven:
liedtekst
libretto

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormgeving
muzikale aspecten: 
melodie
harmonie
metrum
ritme
tempo
dynamiek
klankleur
compositie

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1

Slide 32 - Video

Deze slide heeft geen instructies

02:30
Beluister Opzij, opzij, opzij van Herman van Veen. Noem aan de hand van musicale aspecten waarom Opzij, opzij, opzij zo'n gehaaste indruk maakt.

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Beluister Opzij, opzij, opzij van Herman van Veen. Noem aan de hand van musicale aspecten waarom Opzij, opzij, opzij zo'n gehaaste indruk maakt.

Slide 34 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Beluister het lied nogmaals. het gaat over de te grote gehaastheid van het leven.
Waaraan hoor je dat?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 37 - Video

Deze slide heeft geen instructies

In 1924 schreef George Gershwin de musical Lady be good. Het nummer Fascinating Rhythm, een van de bekendste songs, spreekt een groot publiek aan door de melodie, het ritme en het tempo. Beschrijf hoe Gershwin deze drie muzikale aspecten uitwerkt.

Slide 38 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

0

Slide 39 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Je zou kunnen zeggen dat George Gershwin Rhapsody in blue de veelvormige kleurigheid van Amerika uitdrukt. Leg dit uit aan de hand van drie aspecten van de muziek.

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Voorstelling
De voorstelling geeft aan wat het onderwerp, de boodschap of het verhaal van de film is.

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vormgeving
filmische middelen:
mise-en-scène
kadrering
camerastandpunt
camerabeweging
montage
special effects


Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Kwast: Stichting Kwast: Geraerdt van Velsen (2009)
In 2009 voerde Stichting Kwast P.C. Hoofts 'Geraerdt van Velsen' uit. In het fragment zie je hoe de allegorische figuren Eendracht, Trouw en Onnozelheid commentaar leveren op Twist, Geweld en Bedrog die de oorlog ontketenen. De acteurs tonen het karakter van de allegorische figuren onder andere door het stemgebruik. Beschrijf aan de hand van het fragment voor elk van deze drie figuren nog een andere manier waarop ze hun karakter tonen.

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op hoop van zegen, Herman Heijermans, 1965
'Op hoop van zegen' van Herman heijermans is een naturalistisch stuk en dat leidde tot specifieke keuzes ten aanzien van decors, rekwisieten en kostuums. 
Bekijk de afbeelding en beschrijf welke keuzes er in dit geval werden gemaakt ten aanzien van:  het decor, rekwisieten en kostuums.

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Easy Rider (trailer) vanaf 1.55 min., Dennis Hopper, 1969
'Easy Rider' is een roadmovie: hoofdpersonen Wyatt en Billy reizen op hun moterfiets door de Verenigde Staten. Niet alleen de inhoud, maar ook de manier waarop het verhaal in beeld gebracht is, maakt 'Easy Rider' tot een roadmovie. Geef aan hoe camerapositie, camerabeweging, kadrering hieraan bijdragen.

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Video

Deze slide heeft geen instructies

De Noorderlingen, Alex van Warmerdam (regie): 1992 
vanaf 2.40 min
In deze film schetst Van Warmerdam het leven in een nieuwbouwwijk in Nederland in de jaren 60 van de vorige eeuw. De film speelt zich af in een straat waar de radio, de post en een buslijn de enige communicatie met de buitenwereld vormen. In 'De Noorderlingen' heerst een sfeer van vervreemding. Beschrijf drie elementen van de inhoud van het fragment vanaf 2.40 min. die de sfeer van vervreemding veroorzaken.

Slide 49 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Noorderlingen, Alex van Warmerdam (regie): 1992
vanaf 2.40 min
Beschrijf twee elementen van de vormgeving in dit fragment die deze sfeer van vervreemding veroorzaken.

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat heb je geleerd?

Slide 51 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies