Zorgverlening, beroep en organisatie mod 8 Vaardigheid: Ethisch dilemma bespreken

Zorgverlening, beroep en organisatie
 
module 8 - ethiek
1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Zorgverlening, beroep en organisatie
 
module 8 - ethiek

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Ethische vragen
 Een zorgvrager die niet meer wil eten, zeg je daar iets van? Iemand die na een hartoperatie blijft roken, hoe ga je daarmee om? Stop je medicijnen in de vla of in de appelmoes als een zorgvrager ze weigert in te nemen? Moet je een zorgvrager met afasie blijven stimuleren als hij weigert zijn spraakoefeningen te doen? 

Slide 3 - Tekstslide

Wat is ethiek?
Ethiek gaat over hoe je behoort te handelen, over hoe mensen met elkaar behoren om te gaan. Ethiek is de studie van de moraal. Het is de wetenschap die zich bezighoudt met de vraag wat moreel juist handelen inhoudt. Met andere woorden, wat het juiste is om te doen. 

Slide 4 - Tekstslide

Ethische vragen
Ethische vragen zijn vragen waarin je zorgvuldig een afweging moet maken. Ze zijn niet eenvoudig te beantwoorden. Ook bestaat hét goede antwoord niet. Een belangrijk kenmerk van een ethische vraag is dat je er altijd op verschillende manieren naar kunt kijken. Je kunt dus niet zomaar zeggen dat iets goed of fout is.

Slide 5 - Tekstslide

Ethische vragen
Bij ethische vragen gaat het om wat menselijk gezien in een bepaalde situatie juist, zinvol en verantwoord is. 
Waarden en normen spelen een belangrijke rol bij het vormen van een mening over ethische vragen. Het gaat daarbij niet alleen om waarden en normen in de relatie met de zorgvrager, maar ook om sociale en collegiale normen en waarden.

Slide 6 - Tekstslide

Casus 1
Mw Jansen (74) heeft COPD. Zij zit in haar laatste levensfase. Het enige wat ze nog graag doet is een sigaretje roken. Dit doet ze geheel zelfstandig en toezicht is niet nodig. Wel heeft ze hulp nodig om buiten te komen. Mevrouw Jansen verblijft op een woongroep met 8 medebewoners in een verpleeghuis. Per dagdeel is er één verzorgende aanwezig. Eén collega wil mevrouw Jansen uit eigen principes niet naar buiten brengen voor een sigaretje. Mevrouw Jansen is volledig afhankelijk van de zorgverlener die er die dag/avond/nacht aanwezig is. Mag jouw collega weigeren?

Slide 7 - Tekstslide

Ethische vragen
Bij een ethische vraag ga je op zoek naar de goede manier van handelen. Dilemma:
- er zijn meerdere keuzes
- alle keuzes hebben wenselijke en onwenselijke gevolgen

Kern van ethische vraag: hoe moet je menswaardig gezien handelen? 

Slide 8 - Tekstslide

Ethisch dilemma
Soms geeft de beroepscode een richtlijn over hoe je het beste kunt handelen in een bepaalde situatie. 
Je eigen mening over een ethische vraag heeft veel te maken met je kijk op het leven. 
Als je naar het standpunt van anderen luistert, kun je je eigen standpunt verdiepen, aanscherpen of zelfs bijstellen.

Slide 9 - Tekstslide

Casus 2
In een verpleeghuis ligt een vrouw (40) na een auto-ongeluk al ruim een jaar in coma. Zij wordt met sondevoeding in leven gehouden. Haar man is zeer betrokken, maar houdt met moeite de dagelijkse bezoeken en de zorg voor hun drie jonge kinderen vol. Hij kan de situatie niet veel langer aan, en ook voor hun kinderen is het moeilijk hun moeder zo te zien. Hij vraagt zich af of het niet eens tijd is de natuur haar gang laten gaan. 

Slide 10 - Tekstslide

Stappenplan voor het team

1. Formuleer vraagstelling: herken de ethische vraag en breng deze onder woorden.
2. Verzamel informatie: bijvoorbeeld over de ziekte, de achtergrond en het gedrag van de zorgvrager, de werking van medicijnen en wat er over de kwestie in de beroepscode staat.




Slide 11 - Tekstslide

Stappenplan voor het team

3. Bekijk de argumenten: maak een zorgvuldige en kritische afweging van feiten, waarden en normen die met het probleem te maken hebben. Ook de mening van anderen (bijvoorbeeld directe collega's, mensen uit andere disciplines of deskundigen van buitenaf) en de gevolgen voor de betrokkenen neem je mee.
4. Neem een besluit: hoe pakken we de situatie precies aan en wanneer, welke houding nemen we aan en welke voorwaarden stellen we?



Slide 12 - Tekstslide

Casus 3
Moet in de organisatie iedereen de ruimte krijgen voor zijn eigen geloof en cultuur. Of moeten mensen zich aanpassen aan de rest?

Slide 13 - Tekstslide

Casus 4
Hebben mensen met een verstandelijke beperking het recht samen kinderen te krijgen?

Slide 14 - Tekstslide

Casus 5
Mag je iemand die niet wilsbekwaam is onder dwang medicijnen toedienen?

Slide 15 - Tekstslide