Hoofdstuk 8.5 oppervlakte omrekenen

oppervlaktematen omrekenen
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

oppervlaktematen omrekenen

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we doen vandaag?
  1. nieuw hoofdstuk: H8 omtrek, lengte en oppervlak  
  2. vragen huiswerk 8.4?
  3. lesdoel 8.5 oppervlaktematen omrekenen
  4. zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

leerdoel
  1. de oppervlaktematen omrekenen
  2. Je leert de oppervlakte van een figuur te berekenen door rechthoeken op te tellen

Slide 3 - Tekstslide

8.5 Oppervlaktematen omrekenen
Een oppervlakte-eenheid is een maat voor de grootte van een bepaald oppervlak of gebied. Bij het omrekenen van eenheden, reken je met de stapgrootte.

De bekendste standaardmaat voor de oppervlakte is de vierkante meter. Het symbool is m2

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

8.5 oppervlaktematen omrekenen
 
1 m2 = 1 m x 1 m 


Je berekent de oppervlakte van een kubus of balk  met:
lengete x breedte = oppervlakte

Slide 6 - Tekstslide

8.5 Oppervlaktematen omrekenen
Voorbeeld:
6 km² = .... m
Stap 1:
Ga ik naar links of rechts op het schema?
Stap 2:
Hoeveel stappen moet ik zetten?
Stap 3:
Bereken het antwoord.
Naar rechts, dus x
We zetten drie stappen naar rechts, dus x 100 x 100 x 100
6 x 100 x 100 x 100 = 6 000 000
Dus 6 km² = 6 000 000 m²

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Figuren verdelen
Om de oppervlakte van dit figuur te kunnen berekenen zou je de figuur in rechthoeken kunnen verdelen.
Oppervlakte A:
1,5 x 1,5 = 2,25
Oppervlakte B:
1,5 x 1 = 1,5
Oppervlakte C:
2 x 1,5 = 3
2,25 + 1,5 + 3 = 6,75
Dus de oppervlakte is 6,75 m²

Slide 9 - Tekstslide

Oppervlaktematen omrekenen

Slide 10 - Tekstslide

Even oefenen.....
Je krijgt een aantal meerkeuzenvragen. Probeer steeds het juiste antwoord te geven.

Slide 11 - Tekstslide

Ken jij je het rijtje oppervlaktematen al uit je hoofd? 






Sleep de oppervlaktematen naar de juiste plek.  
km²
hm²
dam²
dm²
cm²
mm²

Slide 12 - Sleepvraag

Sleep de antwoorden naar de juiste plek
3 hm² = .. dm²
0,2 km² = .. m²
5 km² = .. m²
3000 cm² = .. m²
20 m² = .. dm²
2000
200000
5000000
0,3
3000000
300
200

Slide 13 - Sleepvraag

500 000 m2 = ____ km2
A
500
B
5
C
0,5

Slide 14 - Quizvraag

Terugblik.
Hoe bereken je de oppervlakte van een rechthoek?
A
alle lengte bij elkaar optellen
B
alle lengtes keer elkaar
C
lengte x breedte
D
lengte + breedte

Slide 15 - Quizvraag


Slide 16 - Open vraag


Slide 17 - Open vraag


Slide 18 - Open vraag

samen maken
opgaven 29, 20 35

Slide 19 - Tekstslide

Zelf aan het werk
Blz. 22-25
D: 28 29 30 31 32 33 34 35 NK 
 O: 28 29 30 31 O32 33 34 35 NK
U: 29 30 31 33 34 35 U7 U8 NK

Slide 20 - Tekstslide