Part. 4.2 Staten ontstaan 2022-23

Staten ontstaan


tijdvak steden en staten
1000 - 1500 
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Staten ontstaan


tijdvak steden en staten
1000 - 1500 

Slide 1 - Tekstslide

eerst wat herhaling...

Slide 2 - Tekstslide

verbanden leggen!!!
Romeinse Rijk: politieke, militaire en economische eenheid 

Frankische Rijk/Karolingische Rijk (500-1000 na Chr.): feodaal stelsel en hofstelsel

gevolg: versnippering van het Rijk --> vorsten minder macht/ adel meer macht

vorsten meer macht --> centralisatie en uniformering (1000-1500 na chr.)

Slide 3 - Tekstslide


Hiernaast staat het ............... ?
A
Hofstelsel
B
Leenstelsel
C
centraal stelsel
D
Feodaal stelsel

Slide 4 - Quizvraag

Het leenstelsel is een ... systeem
A
politiek
B
juridisch
C
economisch
D
sociaal

Slide 5 - Quizvraag

Leenstelsel is hetzelfde als hofstelsel.
A
waar
B
niet waar

Slide 6 - Quizvraag

Hofstelsel of leenstelsel?
Als er oorlog is moeten de vazallen de keizer helpen
Het leenstelsel hebben we in een eerdere les al besproken.
A
Hofstelsel
B
Leenstelsel

Slide 7 - Quizvraag

Hofstelsel of leenstelsel?
Op het domein van de leenman werken horige boeren
A
Hofstelsel
B
Leenstelsel

Slide 8 - Quizvraag

Sleep de zinnen naar het goede tijdvak.
Tijd van Grieken en Romeinen
Tijd van Monniken en Ridders
Ontstaan van christendom
Het hofstelsel
Kloosters in Noordwest Europa
Handel drijven
Geloven in Romeinse goden
De tijd van volksverhuizingen

Slide 9 - Sleepvraag

Wat hoort bij de agrarisch-urbane samenleving van de Romeinen  en wat hoort bij de agrarische samenleving van de vroege middeleeuwen?
Argrarisch-urbane samenleving
Agrarische samenleving
Herendiensten
Imperium Romanum
Hofstelsel
Stadstaat
Zelfvoorzienend
Klassieke Oudheid

Slide 10 - Sleepvraag

Zet de volgende zinnen in de juiste volgorde. Begin met wat het eerst gebeurde. Sleep de letter van de zin naar het juiste vakje !
Het hofstelsel ontstaat.
Vorsten willen macht over grotere gebieden.
Vreemde volken vallen het Romeinse Rijk binnen.
Er ontstaat weer handel over grotere steden.
Er komen steeds meer steden.
De Romeinen trekken weg uit onze streken.
1
2
3
4
5
6
A
B
C
D
E
F

Slide 11 - Sleepvraag

welk gevolg had het leenstelsel op de macht van de koning en waarom?

Slide 12 - Open vraag

In de late middeleeuwen herleefden de steden. Noem een gevolg hiervan voor de koning (lees de leenheren)

Slide 13 - Open vraag

Slide 14 - Link

Lesdoelen
  • Je kunt uitleggen hoe de staatsvorming van Frankrijk ontstond en welke rol steden hierbij speelden.
  • Je begrijpt waarom de groei van steden gevolgen had voor de verhoudingen tussen koningen, edelen en burgers.
  • Je kunt beschrijven hoe door de opkomst van staten de macht van de adel en het belang van het feodalisme afnam.
  • Je kunt uitleggen waarom standen en steden streefden naar particularisme en waarom de koning streefde naar centralisatie.
  • Je kunt uitleggen waarom de staatsvorming van Bourgondië mislukte.

Slide 15 - Tekstslide

Staatvorming van Frankrijk 

Slide 16 - Tekstslide

Staatsvorming
  • Filips II was aan het einde van 12e eeuw  druk bezig met de staatsvorming van Frankrijk. Als een leenman overleed, dan leende hij het land niet meer uit. Hierdoor meer inkomsten
  • Filips II kreeg bij zijn huwelijk Zuid- Vlaanderen als bruidsschat. In Noord- Vlaanderen maakte hij een familielid tot graaf. 
  • Filips II versterkte de band met de rijke Vlaamse steden door ze stadsrechten te geven. In ruil daarvoor kreeg hij meer belastingen en trouwe volgelingen met de steden die hij stadsrechten had gegeven.
het streven van een vorst naar een aaneengesloten grondgebied met een goed functionerend bestuur
Huwelijkspolitiek - vaak worden familieleden uitgehuwelijkt om de macht van de familie te behouden of liever nog te vergroten. 

Slide 17 - Tekstslide

Oorkonde met de stadsrechten van Utrecht uit 1122. Met stadsrechten kregen steden meer zelfstandigheid; ze mochten zelf hun stad besturen, zelf rechtspreken in hun stad, zelf tol heffen. Maar voor deze rechten moest wel extra belasting worden betaald.

Slide 18 - Tekstslide

De Honderdjarige Oorlog
  • In de 13e eeuw probeerden koningen om de macht van de edelen te verkleinen.
  • Edelen begonnen oorlogen om te voorkomen dat de koning meer macht kreeg
  • Engeland was de vijand van Frankrijk, de Engelse koning bezat grote gebieden in Frankrijk. Toen de Franse koning kinderloos stierf, brak er een strijd uit om de macht;  Engelse koning vond dat hij recht had op de Franse troon. 
  • Gevolg:  100-jarige Oorlog (1337-1453)

Slide 19 - Tekstslide

De Honderdjarige Oorlog

  • De Franse bevolking heeft het zwaar en de Franse koning verliest veel macht
  • Maar Jeanne d'Arc zorgde voor een verandering. Zij hoorde stemmen van God en krijgt een rol in de legerleiding. 
  • Olv Jeanne d'Arc wonnen de Fransen weer veldslagen

Slide 20 - Tekstslide

0

Slide 21 - Video

0

Slide 22 - Video

Een nieuw Frankrijk
  • De oorlog kostte een vermogen, hierdoor moest de Franse koning een nieuw belastingstelsel opzetten.
  • Het belastingstelsel werd bedacht door ambtenaren
  • Ambtenaren (burgers met een opleiding) bedenken belastingen en wetten die gelden voor heel Frankrijk 
  • Centralisatie: vorsten willen hun land regeren vanuit een centraal punt
  • Uniformering: vorsten willen dat in het gehele land dezelfde wetten en regels gelden

Slide 23 - Tekstslide


Filips II was rond 1200 de koning van Frankrijk. Hij deed aan staatsvorming. Hoe deed hij dit? (2)
A
Geen nieuwe leenman toewijzen
B
Oorlog met Engeland
C
Versterken band met rijke Vlaamse steden
D
Binnenvallen van Spanje

Slide 24 - Quizvraag


Hoe beperkte de Franse koning de macht van adel en tegenstanders in de 15e eeuw? (2)
A
Particularisme
B
Centralisatie
C
Uniformering
D
Schisma

Slide 25 - Quizvraag

Zet in de goede volgorde, van vroeger naar later
1
2
3
4
5
Germanen vallen het Romeinse Rijk binnen
Karel de Grote leent zijn grond uit aan leenmannen
Utrecht krijgt stadsrecht
Jeanne d'Arc leidt het Franse leger
Romeinen veroveren Griekenland

Slide 26 - Sleepvraag

Hertogdom Bourgondië
  • Door huwelijkspolitiek en oorlogen  vergroten de hertogen van Bourgondië hun rijk 
  • maar de adel en de gewesten in het Bourgondische Rijk zijn daar niet gelukkig mee.
  • De adel weigert oorlogen te voeren waar ze zelf geen voordeel aan hebben

Slide 27 - Tekstslide

Hertogdom Bourgondië
  • De hertog van Bourgondië is voortaan gedwongen om huurlegers samen te stellen.
  • Voordeel: niet meer afhankelijk van adel voor oorlogsvoering
  • Nadeel: hogere belastingen voor bevolking en grote druk op steden om meer geld uit te lenen
  • Gevolg: nog meer verzet tegen de Bourgondische hertog

Slide 28 - Tekstslide

Filips de Goede
Na de nederlaag bij de slag van Gavere in 1453 moesten de Gentenaars Filips de Goede om vergiffenis smeken, in hun hemd, op hun knieën en in het Frans

Slide 29 - Tekstslide

Bourgondië, mislukte staatsvorming
  • Parlement van Mechelen - bedenkt wetten  voor heel Bourgondië en doet  aan rechtspraak, ingesteld door Karel de Stoute
  • Parlement houdt geen rekening met privileges van steden en gewesten 
  • Gevolg: veel verzet tegen uniformering, de hoge belastingen en vele oorlogen.
  • Particularisme versus centralisatie en uniformering.
  • Na de dood van Karel de Stoute ontstonden er in veel steden en gewesten een opstand. 

Slide 30 - Tekstslide

Karel de Stoute
Karel gesneuveld....

Slide 31 - Tekstslide

Bourgondië, mislukte staatsvorming

  • Karels opvolgster, Maria van Bourgondië, maakt een deel van de  centralisatiemaatregelen ongedaan om de rust te herstellen
  • Maria van Bourgondië trouwde met Maximiliaan van Oostenrijk. Bourgondië wordt deel van het Habsburgse rijk
  • De staatsvorming van Bourgondië was mislukt.

Slide 32 - Tekstslide

Maria van Bourgondië
Maximiliaan van Oostenrijk

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Hoe noem je het streven van een koning om vanuit één hoofdstad zijn rijk te besturen?
A
Centralisatie
B
Uniformering
C
Gewesten
D
Staatsvorming

Slide 35 - Quizvraag

Welk begrip past bij: "privileges afschaffen en overal dezelfde wetten invoeren".
A
Centralisatie
B
Staten-Generaal
C
Stadsrechten
D
Uniformering

Slide 36 - Quizvraag

Welke vergadering hield Karel de Stoute als hij de belasting wilde verhogen?
A
Parlement van Mechelen
B
Privileges
C
Gewestelijke Staten
D
De Grote Raad

Slide 37 - Quizvraag

Bij welk rijk komen de Nederlanden te horen na de Bourgondiërs?
A
Het Frankische Rijk
B
Het Vlaanderse Rijk
C
Het Habsburgse Rijk
D
Het Karolingische Rijk

Slide 38 - Quizvraag

Zet in de goede volgorde, van vroeger naar later
1
2
3
4
5
Maria van Bourgondië trouwt met Maximiliaan 
Christenen worden vervolgd in het Romeinse Rijk
De democratie wordt ingevoerd in Athene
De eerste boeren vestigen zich in Egypte
Horigen leven samen op een domein

Slide 39 - Sleepvraag

zelf verder werken
afmaken samenvatting van §4.2
maak §4.2 opdr. 2, 3 en 6

Slide 40 - Tekstslide