3Havo Systeem Aarde Endogene krachten

3Havo Systeem aarde 
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3Havo Systeem aarde 

Slide 1 - Tekstslide

3 Havo 
De opbouw van de aarde

De aarde wordt geteisterd door  
verschillende natuurkrachten: 

  • Endogene krachten: krachten die                                                                                                                                van binnenuit op de aarde inwerken 
  • Exogene krachten. Krachten die van                                                                                                                         buitenaf op de aarde inwerken. 
01

Slide 2 - Tekstslide

Endogene krachten.
Welke van de volgende voorbeelden is geen voorbeeld van een endogene kracht.
A
Aardbeving
B
Tsunami
C
Tornado
D
Vulkanisme

Slide 3 - Quizvraag

Buitenkern is vloeibaar 



Binnenkern: vast materiaal 
5 tot 30 km dik 

Slide 4 - Tekstslide

  • Asthenosfeer: 
  • Gedeelte van de mantel. 
  • Hier komen de convectiestromen voor 

Slide 5 - Tekstslide

Pangea: oercontinent. 
  • De diverse korsten > platen, liggen niet stil. Ze 'drijven' op de magmastromen in de asthenosfeer. 
  • De magmastromen noemen we convectiestromingen. 


Slide 6 - Tekstslide

Convectiestroom: 
  • Bevindt zich in de Asthenosfeer 
  • Warm materiaal vanuit de aardkern stijgt op. richting de aardkorst 
  • Opstijgend materiaal koelt af en wordt zwaarder 
  • Het zwaarder geworden materiaal zakt weer naar onderen en warmt weer op. 
  • Het zorgt voor beweging van de verschillende platen. 

Slide 7 - Tekstslide

Welke twee verschillende type
platen kennen we op aarde?

Slide 8 - Woordweb

Aan de slag! 
Maken van opdrachten > zie ook studiewijzer bij les 1 

Maak H3 Start opdracht 4. > atlas = google wanneer je thuis werkt. 
Maak H3 par 1 opdracht 1, 2 en 4. 
Maak H3 par 2 opdracht 2. 

Slide 9 - Tekstslide

3 Havo 
Bewegingsrichting van platen 

We kennen twee verschillende soorten platen op aarde 
  • Oceanische plaat: bestaande uit basalt > Grotere dichtheid =  zwaarder materiaal 
  • Continentale platen: bestaande uit graniet > Kleinere dichtheid =  lichter materiaal 
  • Drie soorten plaatbewegingen: 

  1. Convergent 
  2. Divergent 
  3. Transform/transversaal 
Les 2 

Slide 10 - Tekstslide

                                                             Convergentie 

  • Platen bewegen naar elkaar toe. Verschillende mogelijkheden 

  1. Continentaal tegen continentaal: vorming van gebergten 
  2. Oceanisch tegen continentaal: subductie 
  3. Oceanisch tegen oceanisch. Oudste plaat duikt onder de jongste plaat, oudste plaat is het meest afgekoeld en dus zwaarder! 

Slide 11 - Tekstslide

                                                         Divergentie  

  • Platen bewegen uit elkaar (Vindt plaats bij oceaanbodems) 
  • Ontstaan mid-oceanische rug. 
  • IJsland > vulkanisch eiland. 

Slide 12 - Tekstslide

                                                         Transform/transversaal 

  • Platen bewegen langs elkaar 
  • San Andreasbreuk bij San Fransico. 










  • Maak H3 par 2 opdracht 3 en 6. 












Slide 13 - Tekstslide

Vulkanisme 
  • Vulkanen ontstaan bij twee plaatbewegingen  
  1. Convergente plaatbewegingen (subductie) 
  2. Divergente plaatbewegingen (oceaanbodem) 
  • 3 soorten vulkanen. Je moet het ontstaan en                                                                                                        ligging kunnen verklaren! 
  1. Stratovulkaan: Explosieve uitbarsting (eruptie) 
  2. Schildvulkaan (niet-explosieve uitbarsting) 
  3. Caldeiravulkaan (oude vulkaan met krater) 
Les 3 

Slide 14 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen
magma en ?

Slide 15 - Woordweb

Doorsnede van een vulkaan 

Slide 16 - Tekstslide

Stratovulkaan 
Kenmerken: 
  1.  Steile hellingen, spitse top. 
  2. Opgebouwd uit verschillende lagen as en lava 
  3. Magma is taai en stroperig. Daardoor grote druk in de vulkaan. 
  4. Ontstaat bij subductie van een oceanische en een continentale plaat. 
  5. Doorsnede van de vulkaan: 

Slide 17 - Tekstslide

Schildvulkaan
Kenmerken: 
  1.  flauwe helling 
  2. veelal op de oceaanbodems 
  3. ontstaat bij divergentie van twee oceanische platen. 
  4. Mid-oceanische rug: 

Slide 18 - Tekstslide

Caldeira 
Kenmerken: 
  1.  Oude vulkaan die al eens uitgebarsten is. 
  2. Op de plek van de top bevindt zich nu een krater 
  3. Krater ontstaat door het instorten van het dak van de magmakamer 
  4. Veelal kratermeer 

Slide 19 - Tekstslide

Aardbevingen 
Aardbevingen ontstaan bij plaatbewegingen
  • Hypocentrum: plek in de bodem 
  • Epicentrum: plek aan het aardoppervlak. 
  • De zwaarste aardbevingen komen voor bij                                                                                                              convergente bewegingen. 
  • Schaal van Richter (basisboek blz 56) 
Les 4 

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Leg uit:
Waarom heeft een aardbeving in een ontwikkelingsland
meer gevolgen dan in een ontwikkeld land?
Gebruik minimaal 20 woorden!

Slide 22 - Woordweb

Aardbevingen in Groningen? 

  • Waardoor ontstaan er aardbevingen in Groningen? 
  • Opdracht: beschrijf hoe de aardbevingen in Groningen kunnen ontstaan? 

Slide 23 - Tekstslide