H2.3 - Het stroomgebied van de Rijn

1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf Het stroomgebied van de Rijn.
  • Lz. de tekst in je lesboek. 
  • M. 1, 2, 3, 6, 8, 9 en 10 van paragraaf 3
  • L. begrippen tot nu toe!

    Huiswerk:
  • G2A donderdag 19 oktober, 2de uur
  • Inleverdatum PO landschappen: week 48 op 30 november aan het eind van de les.


Slide 2 - Tekstslide

Van de bergen
naar de zee



H2.3: Het stroomgebied van de Rijn

Slide 3 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

HERHALING 
  • H2.2: Rivieren van ijs
START VAN EEN NIEUWE PARAGRAAF
  • H2.3: Het stroomgebied van de Rijn

Slide 4 - Tekstslide

Doelen van paragraaf 2
  1. Je kent de verschillen in ontstaanswijze tussen een U-vormig dal en een V-vormig dal uitleggen.
  2. Je kunt de begrippen gletsjertunnel, gletsjerpoort en een gletsjerrivier met elkaar in verband brengen.
  3. Je kunt uitleggen hoe het verweringsmateriaal wordt meegevoerd door verschillende transporteurs (B83).

Slide 5 - Tekstslide

Morenen

Slide 6 - Tekstslide

Gletsjer
1. Zijmorenen
2. Firnbekken
3. Eindmorenen
4. Gletsjerpoort
5. Gletsjerrivier

Slide 7 - Tekstslide

Je kunt uitleggen hoe een gletsjer ontstaat, Gebruik de begrippen neerslag, firn, firnbekken en gletsjer.

firn - korrelige, overjarige en ijsachtige sneeuw.
firnbekken - Een verzameling overjarige sneeuw hoog in de bergen.

Slide 8 - Tekstslide

V-dal
Veroorzaakt door een rivier
U-dal
Veroorzaakt door een gletsjer

Slide 9 - Tekstslide

Je kunt de begrippen gletsjertunnel, gletsjerpoort en een gletsjerrivier met elkaar in verband brengen

Slide 10 - Tekstslide

H2.3: Het stroomgebied 
van de Rijn

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen van vandaag
  1. Je kunt de begrippen (stroomsnelheid, verval, erosie, sedimentatie) koppelen
    aan de boven-, midden- en benedenloop van een rivier (W8). 
  2. Je kunt het ontstaan van horsten en slenken uitleggen.
  3. Je kunt het verband tussen meanders en stroomsnelheid in de Bovenrijnse
    Laagvlakte uitleggen (W9, W10, B90). 
  4. Je kunt op een kaart de waterscheiding tussen twee stroomgebieden aanwijzen
    (B120).

Slide 12 - Tekstslide

0

Slide 13 - Video

Slide 14 - Link

Neem de tekening (ongeveer) over. En zet de Bovenloop, Middenloop en Benedenloop er in.

Slide 15 - Tekstslide

Zet bij de begrippen of de rivier daar snel, langzamer of traag stroomt

Slide 16 - Tekstslide

We noemen dit het lengteprofiel van een rivier

Slide 17 - Tekstslide

Het verval van een rivier is het hoogteverschil in meters 

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het verval van deze rivier tussen bron en monding?

Slide 19 - Tekstslide

Je kunt ook het verval per afgelegde kilometer berekenen. Dit heet het verhang.

Slide 20 - Tekstslide

Bedenk in tweetallen hoe je het verhang kunt uitrekenen.

Slide 21 - Tekstslide

1602 : 1238,8 = 1,29 meter per kilometer

Slide 22 - Tekstslide

1602 : 1238,8 = 1,29 meter per kilometer 
Je hebt nu het verhang van de Rijn berekend

Slide 23 - Tekstslide

Het stroomgebied
van de Rijn

Stroomgebied /
Waterscheiding

Slide 24 - Tekstslide

MEANDERS (B90)

Natuurlijke bocht in een rivier.

Erosie
Sedimentatie

Slide 25 - Tekstslide

Ontstaan van een hoefijzermeer

Slide 26 - Tekstslide

B120 in het Basisboek
W8 in het werkboek

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

Boven-, midden- en benedenloop
Je kunt de begrippen (stroomsnelheid, verval, erosie, sedimentatie) koppelen aan de boven-, midden- en benedenloop van een rivier. 

Slide 29 - Tekstslide

Morene
Gletsjerpoort
Glaciaal
Mechanische verwering

Slide 30 - Sleepvraag

V-dal
U-dal
Hydro-elektriciteit
Bovenloop

Slide 31 - Sleepvraag

Hoeveel landen vallen binnen het stroomgebied van de Rijn.
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 32 - Quizvraag

Hier stroomt het water het hardst
A
Middenloop
B
Benedenloop
C
Bovenloop
D
Achterloop

Slide 33 - Quizvraag

Het slingeren van een rivier heet
A
Meanderen
B
Rivierslinger
C
Erosie
D
Sedimentatie

Slide 34 - Quizvraag

Een lager gelegen gedeelte tussen 2 hogere stukken heet een
A
Vlakte
B
Plateau
C
Horst
D
Slenk

Slide 35 - Quizvraag

De bovenloop van de Rijn ligt onder andere in...............  en in ...................
De middenloop van de Rijn ligt in ......................... daar gaat de Rijn al ......................
De benedenloop van de Rijn ligt in het ...................... van 
..................... Daar gaat de Rijn zich .....................    en mondt uit als ..................
Antwoorden: 
vertakken
Zwitserland 
Nederland
Duitsland 
laagland 
meanderen
de Alpen
Delta

Slide 36 - Sleepvraag

Sleep het juiste begrip naar de juiste afbeelding
Waterscheiding
Stroomgebied van de Rijn
Bovenloop
Stroomstelsel
Stroomgebied van de Maas

Slide 37 - Sleepvraag

Lesdoelen van vandaag
  1. Je kunt de begrippen (stroomsnelheid, verval, erosie, sedimentatie) koppelen
    aan de boven-, midden- en benedenloop van een rivier (W8). 
  2. Je kunt het ontstaan van horsten en slenken uitleggen.
  3. Je kunt het verband tussen meanders en stroomsnelheid in de Bovenrijnse
    Laagvlakte uitleggen (W9, W10, B90). 
  4. Je kunt op een kaart de waterscheiding tussen twee stroomgebieden aanwijzen
    (B120).

Slide 38 - Tekstslide