Les 4 + 5 + 6

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 1-3

Het levensboek Module 2, 

De gezonde mens

Lesdoelen

• Je legt uit wat een levensboek is
• Je benoemt het doel van een levensboek 
• Je benoemt wie je kunt betrekken bij het maken van een levensboek
• Je bedenkt of het maken van een levensboek past bij jouw doelgroep
• Je denkt na over betekenisvol leven van één van jouw clienten
• Je bent in staat om een levensboek voor een zorgvrager op te stellen.
• 2 presentaties ontwikkelings fasen

Waar denk jij aan bij een levensboek?

Doel van een levensboek

• Gebeurtenissen opnieuw beleven (reminiscentie)
• Herinneringen ophalen (geheugen stimuleren)
• Je cliënt (nog) beter leren kennen (persoonsgerichte zorg)
• (Nog) beter in kunnen spelen op wensen en behoefte
• Het belangrijkste; samen in gesprek over betekenisvol leven

Om de client een betekenisvol leven te bieden doen wij op dit moment:

Hoe?

• Kijk naar hoe je de client het meest prikkelt (vragen, foto's, muziek, voorwerpen)
• Regelmatig korte momenten, in plaats van lange sessies
• Denk aan AVG; wie mag het boek straks bekijken?
• Gebruik het als bron van inspiratie, om de client anders te benaderen door kleine gebaren

Aandachtspunten

• Betrek naastbetrokkenen bij het maken van het levensboek
• Verwerk verschillende onderwerpen (van ouderlijk gezin tot reizen )
• maak het visueel (foto's e.d.)
• Blijf het levensboek bijhouden

Het maken van een levensboek past goed bij de doelgroep waar ik mee werk

Ja :)!

Nee :(

Weet niet?

Meer info:

Kijk voor meer informatie en formats voor het maken van een levensboek op; https://www.zorgvoorbeter.nl/dementie/persoonsgerichte-zorg/betekenisvol-leven

Aan de slag!

Vul in tweetallen de praatplaat 'betekenisvol leven' in. 

1. Neem een client in gedachten. Je gesprekspartner stelt open vragen om jou verder te helpen. 

2. Wissel van rol

Lesdoelen behaald?

Levensboek inleveren via Teams (uiterlijk 17 Januari).

17 + 24 Januari, levensboek presenteren aan medestudenten via een PowerPoint. 

Het levensboek wordt beoordeeld via de rubric (zie studiegids), tijdens de presentatie door de docent. 

10 minuten Pauze

Begeleiden in de zorg module 2

Lesdoelen:

• Je kunt uitleggen wat begeleiden in de zorg inhoudt voor zowel de zorgvrager als voor de verzorgende/verpleegkundige

Theorie:

• Communicatie + begeleiden, 
• Module 3, Begeleiden in de zorg
• Oefen opdracht: Vaardigheid, begeleidend gesprek voeren in 3 tallen.

Inleiding

In deze module staat het begeleiden in de zorg centraal. Als verzorgende/verpleegkundige krijg je in de beroepspraktijk dagelijks te maken met zorgvragers die jouw ondersteuning of begeleiding nodig hebben.  De begeleiding kun je geven met behulp van verschillende methodieken, maar in de praktijk zul je ook veel op je gevoel moeten afgaan en moeten aftasten hoe je de zorgvrager het beste kunt bijstaan

Opstapopdracht

Maak de oriëntatie opdracht : 

• Ga naar Communicatie en begeleiden,                                Module 3 begeleiden in de zorg.

Begeleidingsgebieden

• zelfredzaamheid;
• omgaan met en accepteren van veranderingen;
• omgaan met en accepteren van gezondheidsproblemen;
• rouw en verliesverwerking;
• ondernemen van activiteiten;
• structureren van tijd;
• zingeving, ethiek en persoonlijke waarden en normen;
• onderhouden van relaties in het sociale netwerk.

Het komt in de praktijk regelmatig voor dat je als verpleegkundige signaleert dat een zorgvrager ook op andere gebieden ondersteuning of begeleiding nodig heeft. Bijvoorbeeld bij de administratie of financiën, boodschappen doen of het huishouden. Dit valt niet direct onder jouw takenpakket, maar je kunt de zorgvrager wel begeleiden om op deze gebieden ondersteuning te krijgen. Je kunt hem bijvoorbeeld wijzen op de voorzieningen die er op die gebieden zijn en hem in contact brengen met de juiste persoon. Ook als je merkt dat de begeleiding die jij als verpleegkundige kunt bieden niet voldoende is, begeleid je de zorgvrager in het proces om meer deskundige en doeltreffende begeleiding te krijgen.

Ondersteunings- en begeleidingsmethodieken

Je houdt rekening met:

• de zorgvraag, het probleem;
  
• het (de) te bereiken doel(en);
  
• de eigenschappen en mogelijkheden van de zorgvrager;
  
• jouw houding ten opzichte van de zorgvrager;
  
• beroepswaarden die voor jou belangrijk zijn;
  
• de mogelijkheden binnen de organisatie.

Oplossingsgerichte benadering van de zorgvraag, zorgbehoefte of het probleem(gedrag), waarbij je doelgericht te werk gaat volgens een methode die in het verleden effectief is gebleken.

Een ondersteunings- of begeleidingsmethodiek kun je zien als een oplossingsgerichte benadering van de zorgvraag, de zorgbehoefte of het probleem(gedrag), waarbij je op basis van een doel en plan te werk gaat. De begeleidingsmethodieken in de zorg hadden in het verleden bij bepaalde groepen zorgvragers effect. Bij de keuze voor een methodiek houd je als verpleegkundige rekening met:

Enkele voorbeelden van begeleidings-methodieken zijn:

• Triple-C;
• Oplossingsgericht werken;
• Reminiscentie.
• Belevings gerichte zorg
• Validation
• Gentle Teaching
• De veder methode

2 YouTube filmpjes die uitleg geven over verschillende methodieken.

De studenten gaan hier de volgende les mee verder. Zij gaan dan allemaal een methode onderzoeken/uitwerken en vervolgens gaan zij deze methode aan mekaar uitleggen. 

Opdracht

• Communicatie + begeleiden, Module 3, Begeleiden in de zorg
• Lezen Goed begeleiden, paragraaf 1 t/m 1.4
  
• Verwerkingsopdrachten maken.

Volgende week

Denken, Delen en Uitwisselen

Begeleidings methodieken uitzoeken en uitwisselen

Communicatie en begeleiden module 3

Oefen opdracht: Vaardigheid, begeleidend gesprek voeren.

Eerst lezen, Hierna de opdracht uitvoeren in 3 tallen (Casus mevrouw Smit).

Begeleidingsmethodieken

triple-C;

oplossingsgericht werken;

reminiscentie.

Belevings gerichte zorg

Validation

Gentle Teaching

De veder methode

Vlaskamp

Herstelondersteundende zorg

Vorige week hebben we 2 youtube filmpjes gezien over begeleidings methodieken, HIerna hebben jullie de casus vanuit THIemen en Meulenhof gelezen en zijn jullie gaan oefenen met het voeren van een gesprek.

vandaag gaan we de verschillende methodieken individueel uitzoeken, ieder zoekt er 1 uit. Hierna gaan we in groepjes uit mekaar en vertellen jullie aan mekaar wat de methodiek inhoudt en hoe deze ingezet kan worden. 

Jullie starten met lezen uit module 3, Goed begeleiden paragraaf 1 t/m 1.4

Maak de verkenningsopdracht en start dan met het uitzoeken van de methodieken. 

Autoritaire, ook wel autocratische leiders genoemd, hebben een duidelijke autoriteit en controle over hun medewerkers. De besluitvorming is gecentraliseerd, wat betekent dat er één persoon is die de cruciale beslissingen neemt

Democratisch: Meeste stemmen gelden

Laissez- Faire

De term laissez-faire betekent letterlijk: 'laat maar op zijn beloop gaan'. En daarmee is veel gezegd over deze leiderschapsstijl. In feite gaat het over een minder sturende leiderschapsstijl, waarbij de medewerker veel vrijheid krijgt toebedeeld.

Welke begeleidingstechnieken zetten jullie in op jullie stage?

Opdracht

• Lezen: Communicatie en begeleiden, module 3, Goed begeleiden, paragraaf 1 t/m 1.4

 

• Verwerkingsopdrachten maken die horen bij thema 'Goed begeleiden'.

Presentaties levensboek 9 januari 2024

Datapunt: Levensboek

Jullie gaan vandaag het levensboek aan mekaar presenteren. 

De docent vult de rubric in, zie studiegids. 

De docent print het levensboek uit, zodat je deze met jouw zorgvrager kunt delen.

16 januari 2024

Lesdoelen:

• Je kunt uitleggen welke factoren van invloed zijn bij het begeleiden van de zorgvrager
• Je kunt zorgen voor een goede relatie tussen jou en de zorgvrager

Opdracht

Oefen met de vaardigheid 'zorgen voor een goede relatie tussen jou en de zorgvrager' die gekoppeld is aan de module 'begeleiden in de zorg'. 

23 Januari 2024

Je kunt uitleggen hoe je je begeleiding afstemt op de zelfredzaamheid, het zelfmanagement en de zelfregie van de zorgvrager

30 januari 2024

Je geeft een definitie van de term empowerment.

Je kunt toelichten wat de relatie is tussen empowerment en zelfmanagement, zelfredzaamheid en eigen regie.

Je herkent de verschillende niveaus van empowerment binnen een casus.

Je kunt benomen wat de taak van de verzorgende/verpleegkundige is binnen empowerment.