2.4 kookpunt en smeltpunt

kookpunt en smeltpunt
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nask / TechniekMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

kookpunt en smeltpunt

Slide 1 - Tekstslide

timer
1:30
kook- en smeltpunt

Slide 2 - Woordweb

kook- en smeltpunt
De temperatuur waarbij een stof gaat koken

De temperatuur waarbij een stof gaat smelten

Slide 3 - Tekstslide

Iedere stof heeft zo zijn eigen temperatuur waarbij de stof gaat smelten of gaat koken.

Denk aan ijs dat smelt bij 0 graden of aan water dat kookt bij 100 graden Celsius.

Slide 4 - Tekstslide

veel energie
Om iets te laten smelten is veel energie (warmte) nodig. Je ziet daarom in grafieken dat de temperatuur een tijd lang hetzelfde blijft als je een stof laat smelten of andersom de stof laat stollen. 

Slide 5 - Tekstslide

Hier zie je dat er een horizontaal stuk in de grafiek zit. 
Het rode stuk: de temperatuur stijgt snel. Het groene stuk de temperatuur blijft enkele minuten, tijdens het smelten, hetzelfde. Vervolgens stijgt de temperatuur weer snel. 

Slide 6 - Tekstslide

koken
Verdamping gebeurt bij iedere temperatuur. Alleen als het kookpunt is bereikt, gaat de verdamping heel snel. De temperatuur van de vloeistof stijgt dan niet verder. 

Slide 7 - Tekstslide

smeltpunt verlagen
Als je zout aan water toevoegt, verlaag je het smeltpunt, bijv. van 0 graden naar -20 graden. Met andere woorden ijs wordt nu al bij -20 graden water in plaats van bij 0 graden. 
---    STROOIEN MET ZOUT BIJ GLAD WEER ---


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Aan de slag!
lees en maak blz. 87 t/m 95
dus ook de PLUS

Succes!!

Slide 10 - Tekstslide

smeltpunt en kookpunt zijn voor alle stoffen hetzelfde. Klopt dit?
A
ja
B
nee

Slide 11 - Quizvraag

Het smeltpunt ligt bij dezelfde temperatuur als het stolpunt. Klopt dit?
A
ja
B
nee

Slide 12 - Quizvraag

Het kookpunt van een stof ligt bij een lagere temperatuur dan het smeltpunt. Klopt dit?
A
ja
B
nee
C

Slide 13 - Quizvraag

Wat vond je van deze paragraaf?
A
makkelijk
B
beetje makkelijk
C
beetje moeilijk
D
moeilijk

Slide 14 - Quizvraag

maak foto's van de opdrachten in je werkboek en voeg deze toe!

Slide 15 - Open vraag


Slide 16 - Open vraag


Slide 17 - Open vraag


Slide 18 - Open vraag