H8 Par 1 t/m 3

Wat is een instituut? (geen voorbeeld, maar definitie)
1 / 14
volgende
Slide 1: Open vraag
FilosofieWOStudiejaar 6

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Wat is een instituut? (geen voorbeeld, maar definitie)

Slide 1 - Open vraag

Wat is het verschil tussen harde instituties en zachte instituties?

Slide 2 - Open vraag

Beargumenteer dat enerzijds het goede leven zonder instituties niet denkbaar is, maar dat anderzijds instituties ook een bedreiging kunnen zijn voor het goede leven.

Slide 3 - Open vraag

Leg uit dat instituties nooit helemaal los van elkaar staan en dat ze elkaar zelfs veronderstellen.

Slide 4 - Open vraag

Waarom worden instituties door de filosofen uit de moderniteit over het algemeen gezien als negatief?

Slide 5 - Open vraag

Wat bedoelt Marx met ‘onderbouw’?

Slide 6 - Open vraag

Wat bedoelt Marx met ‘bovenbouw’?

Slide 7 - Open vraag

Leg uit welke relatie er volgens Marx bestaat tussen klassenbelang, onderbouw, bovenbouw en vals bewustzijn.

Slide 8 - Open vraag

Leg aan de hand van een concreet voorbeeld uit wat Marx bedoelde met de uitspraak ‘religie is als opium voor het volk’.

Slide 9 - Open vraag

Leg aan de hand van een concreet voorbeeld uit dat ook wetenschap gezien kan worden als opium voor het volk.

Slide 10 - Open vraag

Wat wordt (door de filosoof Ricoeur) bedoeld met de term ‘meesters van het wantrouwen’?

Slide 11 - Open vraag

Leg uit waarom Foucault een ‘meester van wantrouwen’ genoemd kan worden en wat hij binnen deze context bedoelt met disciplinering, normalisering en welke relatie deze begrippen hebben met zijn visie op instituten.

Slide 12 - Open vraag

Wat is het Panopticum?

Slide 13 - Open vraag


Slide 14 - Open vraag