3.1 Formules van stoffen les 2

1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Startklaar:  Maak opdracht 5 
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Laptop
- JDW-map





LessonUp: 
JA!

Telefoons 

Slide 2 - Tekstslide

We gaan starten!
                                                                                               Wachttijd:
stopwatch
00:00

Slide 3 - Tekstslide

H3: Moleculen en atomen
  • 3.1 Formules van stoffen
  • 3.2 Periodiek systeem
  • 3.3 Reactievergelijking
  • 3.4 Soorten reacties

Slide 4 - Tekstslide

H3 Moleculen en atomen



H3.1:  formules van stoffen les 2

Slide 5 - Tekstslide

Lesprogramma
  1. Huiswerk controle
  2. Voorkennis/Terugblik
  3. Leerdoelen
  4. Instructie (uitleg)
  5. Afsluiting 
  6. Huiswerk
  7. Nabespreking

Slide 6 - Tekstslide

Huiswerkcontrole


Maak van paragraaf 3.1  
opdracht: 1 t/m 4 op blz 60.

Slide 7 - Tekstslide

Over welke opgaven van
het huiswerk zijn er vragen?

Slide 8 - Woordweb

Terugblik
  • 1. Je kent een selectie van atomen en het bijbehorende   symbool.
  • 2. Je weet hoe het molecuulmodel eruitziet.

Slide 9 - Tekstslide

Noem 3 uitgangspunten van het atoommodel.

Slide 10 - Open vraag

Wat is volgens Dalton het verschil tussen een molecuul en een atoom?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Leerdoelen 3.1 Formules van stoffen
Je kent de regels van de naamgeving van molecule en kan deze toepassen. 
  • Je kan de formule geven van een niet-ontleedbare stof.
  • Je kan de formule van een ontleedbare stof afleiden uit de systematische naam.

Slide 13 - Tekstslide

Een formule kan een molecuul aangeven (micro niveau) of een stof (macro niveau).
Hoe weet je wat er wordt bedoeld?

Slide 14 - Tekstslide

micro


een watermolecuul heeft de formule 
H2O
macro


de stof water heeft de formule
H2O (l)

Slide 15 - Tekstslide

micro


een suikermolecuul heeft de formule
C12H22O11
macro


de stof suiker heeft de formule
C12H22O11 (s)

Slide 16 - Tekstslide

micro


een koolstofatoom heeft de formule 
C
macro


de stof koolstof heeft de formule
C (s)
C

Slide 17 - Tekstslide

micro


een koperatoom heeft de formule Cu
macro


de stof koper heeft de formule Cu (s)
Cu

Slide 18 - Tekstslide

Aan de moleculen kan je ook zien of het gaat om een element,  een verbinding of een mengsel.
Element
Verbinding

Slide 19 - Tekstslide

Denk ook aan deze indeling van stoffen.

Slide 20 - Tekstslide




Stoffen bestaan uit moleculen waarin verschillende atomen zitten



Stoffen bestaan uit allemaal dezelfde atomen

Slide 21 - Tekstslide

3.1 Formules van stoffen les 2
Stoffen weergeven in formuletaal:

Niet-ontleedbare stoffen: 
  • zijn volgens het atoommodel van Dalton opgebouwd uit atomen van dezelfde atoomsoort. 
  • Je geeft deze in formuletaal weer met het symbool. 
  • Achter het symbool schrijf je tussen haakjes de fase van de stof. Bijvoorbeeld Cu(s) of He(g).

Slide 22 - Tekstslide

ontleedbare stof
niet-ontleedbare stof
C (s)
Fe (s)
P (s)
Cl2 (g)
He (g)
H2 (g)
O2 (g)
H2O(l)
CO2 (g)
HBr (g)
SCl2 (g)
C3H8 (g)
NH3 (g)

Slide 23 - Sleepvraag



Meestal:  
Symbool met tussen haakjes de fase van de stof (denk eraan, alle metalen behalve kwik zijn vast bij kamertemperatuur).

Voorbeelden:
Cu (s)              Fe (s)                C(s)


Let op: 
Er zijn 7 niet-ontleedbare stoffen die bestaan uit moleculen met twee atomen.
Cl
Cl
F
F
N
N
H
H
O
O
I
I
Br
Br
Hoe maak je de formule van een niet-ontleedbare stof?

Slide 24 - Tekstslide





chloor          Cl2 (g)          Clara
fluor              F2 (g)           Fietst
stikstof        N2  (g)         Naar
waterstof    H2  (g)        Haar
zuurstof      O2  (g)         Oma
jood               I2  (s)           In
broom          Br2  (l)         Breda
Cl
Cl
F
F
N
N
H
H
O
O
I
I
Br
Br
ezelsbruggetje
Formules van de zeven niet- ontleedbare stoffen die uit twee atomen bestaan. 

Slide 25 - Tekstslide

Formules van niet-ontleedbare stoffen
Samenvatting
De namen, formules en fasen uit deze tabel moet je uit je hoofd leren!

Slide 26 - Tekstslide

De formule of de naam afleiden van een ontleedbare stof
Er zijn miljarden stoffen met moleculen die uit twee of meer atoomsoorten bestaan. Het is niet handig daar allemaal losse namen voor te hebben.

Scheikundigen geven daarom een systematische naam aan moleculen van ontleedbare stoffen. Over de hele wereld worden daar dezelfde regels voor gebruikt.

Slide 27 - Tekstslide

De formule van een ontleedbare stof afleiden uit de systematische naam 
Voorbeeld:



Je ziet dat in de systematische naam Griekse telwoorden gebruikt. De eerste zes moet je kennen: 

Slide 28 - Tekstslide

De formule van een ontleedbare stof afleiden uit de systematische naam. 
Stappenplan:
  1. Noteer de symbolen van de atoomsoorten in de naam
  2. Zet de nummers van de Griekse telwoorden, die in de naam voor de atoomsoort staan, achter het symbool van deze atoomsoort. Noteer de nummers als index.
  3. De laatste lettergreep van de naam is vaak -de. Vaak is de -a- van tetra, penta of hexa achteraan weggevallen.
  4. Zet de fase achter de formule.


Slide 29 - Tekstslide

Tips bij de volgende opgaven 
--> als de naam van de stof gegeven wordt, moet je de juiste molecuulformule noteren, met de fase tussen haakjes. 

Notatie chemische formules
In LessonUp kan je geen subscript maken. Je mag daarom de index in een molecuulformule als gewoon getal schrijven.

Bijvoorbeeld: C6H14 (l) mag je in LessonUp schrijven als C6H14 (l)

Slide 30 - Tekstslide

Geef de formule van de stof waterstof.

Slide 31 - Open vraag

Geef de formule van de stof koolstof.

Slide 32 - Open vraag

Geef de formule van de stof helium.

Slide 33 - Open vraag

Geef de formule van de vloeistof koolstofdisulfide.

Slide 34 - Open vraag

Geef de formule van het gas distikstoftrioxide.

Slide 35 - Open vraag

Geef de formule van de stof chloor.

Slide 36 - Open vraag

De systematische naam geven bij een formule
Stappenplan:
  1. Noteer de namen van de symbolen met ruimte om er een telwoord voor te schrijven.
  2. Noteer het Griekse telwoord van elke index voor de bijbehorende atoomsoort. 
  3. Zet de uitgang -de achter de laatste atoomsoort. 

Slide 37 - Tekstslide

Formules van ontleedbare stoffen
Samenvatting. 
Leer de Griekse telwoorden uit je hoofd.

Voorbeelden van systematische namen:

Slide 38 - Tekstslide

Formules van ontleedbare stoffen
Enkele veelvoorkomende stoffen hebben een niet-systematische naam. 
Zo noem je H2O meestal water en niet diwaterstofoxide.

Leer deze namen en 
formules uit je hoofd:


Slide 39 - Tekstslide


Geef de systematische naam van de stof: NO2 (g).

Slide 40 - Open vraag


Geef de systematische naam van de stof: HCl (g).

Slide 41 - Open vraag


Geef de naam van de stof Si (s)

Slide 42 - Open vraag


Geef de naam van de stof: CH4 (g).

Slide 43 - Open vraag

Aan de slag!

Maak van paragraaf 3.1
opdracht: 10 t/m 14 op blz 62.

Je mag samenwerken!
rood = Iedereen is stil


oranje = Iedereen is stil, docent beantwoord wel vragen

groen = Je mag zachtjes overleggen met je buurman/buurvrouw
timer
10:00

Slide 44 - Tekstslide

Afsluiting: we weten.................
  • Je kan de formule geven van een niet-ontleedbare stof.
  • Je kan de formule van een ontleedbare stof afleiden uit de systematische naam.

Slide 45 - Tekstslide

Schrijf 2 dingen op die je deze les geleerd hebt

Slide 46 - Open vraag

Schrijf 1 of 2 dingen op die je deze les nog niet zo goed begrepen hebt

Slide 47 - Open vraag

Het is duidelijk waar we met het hoofdstuk aan het werk gaan
😒🙁😐🙂😃

Slide 48 - Poll

Ik begrijp de leerdoelen van deze les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 49 - Poll

De les was leuk?
😒🙁😐🙂😃

Slide 50 - Poll

Afsluiting
Volgende les:

Huiswerk:

  • Zet in je planner!!
  • Maak van paragraaf 3.1 opdracht: 10 t/m 14 op blz 62.

Dank voor jullie aandacht!

Slide 51 - Tekstslide