PosterProject 22
1 / 12
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Welk woord wordt hier omschreven?
'Het is belangrijk om op vaste tijden, bijvoorbeeld twee keer per dag, je tanden te poetsen.'
'Het is belangrijk om op vaste tijden, bijvoorbeeld twee keer per dag, je tanden te poetsen.'
Slide 2 - Open vraag
Maak een zin met het
woord 'bereid zijn'
woord 'bereid zijn'
Slide 3 - Woordweb
Wat betekent 'de omvang'?
Slide 4 - Open vraag
Maak een zin met
het woord 'gunstig'
het woord 'gunstig'
Slide 5 - Woordweb
Maak een zin met
het woord 'besteden'
het woord 'besteden'
Slide 6 - Woordweb
Welk woord hoort er bij de zin?
Door de bezuinigingen is er te weinig geld voor de zorg.
Door de bezuinigingen is er te weinig geld voor de zorg.
A
bereid zijn
B
het tekort aan
C
besteden
D
gunstig
Slide 7 - Quizvraag
Welk woord hoort er bij de zin?
Ik ga akkoord met jouw voorstel.
Ik ga akkoord met jouw voorstel.
A
immers
B
verreweg
C
gunstig
D
bereid zijn
Slide 8 - Quizvraag
Wat is een ander woord voor 'want'?
A
immers
B
gunstig
C
verreweg
Slide 9 - Quizvraag
Welk woord hoort er bij de zin?
Het plan om alle leerlingen te laten slagen is mislukt.
Het plan om alle leerlingen te laten slagen is mislukt.
A
het tekort aan
B
het voorstel
C
de omvang
D
gunstig
Slide 10 - Quizvraag
BONUS: Welk woord hoort er bij de zin?
We kwamen om 2 uur 's middags aan op het eindpunt.
We kwamen om 2 uur 's middags aan op het eindpunt.
A
de tegenstelling
B
de bestemming
C
het ideaal
D
het resultaat
Slide 11 - Quizvraag
Na de meivakantie ga ik verder met het geven van Posterproject.
