In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Tandheelkunde
Endodontologie
Periode 3.1
Lesweek 7
Slide 1 - Tekstslide
Lesdoelen
Je kunt diverse speciale aandoeningen van de pulpa benoemen.
Je kunt de behandeling beschrijven die bij speciale aandoeningen van de pulpa wordt uitgevoerd.
Slide 2 - Tekstslide
Wat is een apexresectie?
Slide 3 - Open vraag
Chirurgische endodontie
Noem je ook wel apexresectie.
Meestal wordt er een stukje van de wortelpunt verwijderd.
Het wortelkanaal wordt vanaf de apex met een vulling afgesloten.
Al het ontstekingsweefsel (granulatieweefsel) wordt verwijderd.
Er is eerst een wortelkanaalbehandeling gedaan.
Doel: element behouden.
Slide 4 - Tekstslide
Wat is een reden om een apexresectie uit te voeren?
Slide 5 - Open vraag
Wanneer een apexresectie?
De periapicale ontsteking verdwijnt niet na een wortelkanaalbehandeling.
De periapicale ontsteking is erg groot.
Wanneer een wortelkanaal geoblitereerd is of erg krom is.
Als er een zilverstift of opbouw met wortelstift in het wortelkanaal zit.
Als er een vijl is afgebroken in het wortelkanaal.
Slide 6 - Tekstslide
Wie voeren meestal een apexresectie uit?
A
Tandarts
B
Endodontoloog
C
MKA chirurg
D
Orthodontist
Slide 7 - Quizvraag
Verwijzing
De apexresectie wordt uitgevoerd door de MKA-chirurg.
De tandarts maakt een verwijzing.
De behandeling vindt plaats op de poli kaakchirurgie.
Het is een steriele behandeling.
De patiënt krijgt een plaatselijke verdoving.
Slide 8 - Tekstslide
Voordelen apexresectie
De kaakchirurg kan het wortelkanaal in zijn geheel beoordelen.
Al het ontstekingsweefsel kan worden weggehaald. Dit noem je excochleatie.
De wortelpunt is direct zichtbaar dus de afsluiting van de apex kan gecontroleerd worden.
Soms wordt een stukje van de wortelpunt afgeslepen om het vullen te verbeteren.
Slide 9 - Tekstslide
Soorten apexresectie
Er zijn twee soorten apexresectie.
Orthograde apexresectie: het wortelkanaal is helemaal doorgankelijk.
Retrograde epexresectie: het wortelkanaal is vanuit de mondholte niet open.
Slide 10 - Tekstslide
Slide 11 - Video
Welk soort apexresectie zagen we op het filmpje?
A
Orthograde apexresectie
B
Retrograde apexresectie
Slide 12 - Quizvraag
Orthograde apexresectie
Na verdoven wordt het tandvlees opengesneden en afgeschoven van het bot.
Opening boren naar de wortelpunt (fenestreren).
Soms is er al een opening omdat de ontsteking door het bot heengegaan is.
Ontstekingsweefsel weghalen met een ronde boor of excochleator (grote excavator).
Soms wordt er een stukje van de wortelpunt afgeslepen.
Vanuit de mondholte wordt het wortelkanaal gevijld en schoongemaakt en daarna opgevuld met guttapercha.
De kaakchirurg controleert of de guttapercha goed aansluit bij de apex.
Het tandvlees wordt weer op zijn plaats gebracht en gehecht.
In de mond wordt een vulling gemaakt.
Slide 13 - Tekstslide
Retrograde apexresectie
Start hetzelfde als de orthograde apexresectie.
Het wortelkanaal wordt vanaf apicaal voor een deel opgeboord en schoongemaakt met een kleine boor of een ultrasoon apparaat.
De kanaalopening aan de apex wordt opgevuld met MTA (lichaamsvriendelijk materiaal).
Het tandvlees wordt weer teruggeplaatst en gehecht.
Slide 14 - Tekstslide
Hoe ziet een apexresectie eruit op een röntgenfoto?
A
B
C
D
Slide 15 - Quizvraag
Wondgenezing
Er wordt steriel gewerkt om infectie van de wond te voorkomen.
Na het hechten vult de holte rondom de wortelpunt zich met bloed.
In het bloedstolsel ontstaat het genezingsproces en vormt zich nieuw bot.
Soms wordt kunstbot gebruikt.
Na ongeveer een week is het tandvlees genezen. Vaak worden oplosbare hechtingen gebruikt.
Na 3-6 maanden is het bot weer genezen.
Slide 16 - Tekstslide
Medicamenten endodontie
Natriumhypochloride (NaOCL): voor reiniging van de pulpaholte.
EDTA: dentine oplossen als een wortelkanaal versmald is.
Eucalyptusolie: oplossen oude guttaperchavulling.
Antibiotica: heeft meestal geen effect bij een pulpitis. Door weinig doorbloeding in het kaakbot komt er te weinig antibiotica bij de ontsteking. Het kan wel tijdelijk de symptomen verminderen.