Domein 2 Verhoudingen 3F Verhoudingen

Domein: Verhoudingen 
Verhoudingen


1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
RekenenMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Domein: Verhoudingen 
Verhoudingen


Slide 1 - Tekstslide

Verhouding 
Een verhouding tussen twee grootheden geeft aan in welke mate de ene grootheid tot de andere staat. 

Slide 2 - Tekstslide

De verhouding koekjes dat je kunt bakken en het aantal gram bloem dat je nodig hebt is 2 staat tot 35. Wat betekent dat?
A
met 2 gram kan je 25 koeken bakken
B
2/35 dus 0,057
C
dus 1 koek is gelijk aan 17,5 gram bloem
D
voor 2 koeken heb je 35 gr bloem nodig

Slide 3 - Quizvraag

De verhouding koekjes dat je kunt bakken en het aantal gram bloem dat je nodig hebt is 2 staat tot 35. Hoeveel gram bloem heb je nodig voor 10 koekjes?
A
175 gram
B
55 gram
C
geen idee
D
17,5 gram

Slide 4 - Quizvraag

Vergroten en verkleinen 

Slide 5 - Tekstslide

Je kunt donkerpaarse verf maken door 2 l rode verf te mengen met 3 l blauwe verf. Je hebt 3 l rode verf.
Hoeveel liter blauwe verf moet je toevoegen om donkerpaarse verf te krijgen?

Slide 6 - Open vraag

Breuken en verhoudingen 

Slide 7 - Tekstslide

4 op 5 COVID-19-patiënten op de intensive care is niet gevaccineerd tegen het coronavirus SARS-CoV-2. Er lagen op 11 november 330 COVID-19-patiënten op de intensive care.

Hoeveel COVID-19-patiënten waren wel gevaccineerd?
A
264
B
66
C
geen idee

Slide 8 - Quizvraag

1 op de 5 van alle koeien op de wereld leeft in India.
Er zijn 200 miljoen koeien in India.
Hoeveel koeien zijn er in totaal op de wereld?
A
100 miljoen
B
40 miljoen
C
1 000 miljoen
D
geen idee

Slide 9 - Quizvraag

De verhouding vrouwen : mannen bij de opleiding FAB is 5 : 1.
1.200 vrouwen volgen een opleiding communicatie.

Hoeveel mannen doen de opleiding communicatie?

Slide 10 - Open vraag

Helen maakt een milkshake.
De verhouding melk : roomijs is 2 : 3.
Ze gebruikt 150 ml roomijs.

Hoeveel milliliter milkshake maakt Helen?

Slide 11 - Open vraag

Voor het verhuizen van de spullen huurt Kim een verhuiswagen.
De verhuiswagen rijdt 100 km met 8 liter diesel.

Hoeveel km kan er met 10 liter gereden worden?
A
80
B
125
C
12,5
D
122,50

Slide 12 - Quizvraag

Per taart voor 12 personen gebruikt zij 0,4 kg taartmix.
Voor hoeveel personen kun je met 1 kg bakken?

Slide 13 - Open vraag

Eén veld heeft een
oppervlakte van 3000 m2.
De club heeft 3 velden. Hoeveel kg is er nodig om alle velden te bestrooien?

Slide 14 - Open vraag

Vergelijken met tabellen
Soms moet je 2 zaken met elkaar vergelijken. Bijv. als je wilt weten welke het goedkoopst is.
17,50
?
m2
1 m2
35 m2
100
?
m2
8,5 m2
1 m2
35 m2

Slide 15 - Tekstslide