Domein wereld

Vandaag
  • Opgave 1 - Wereld
  • Opgave 2 - Wereld
  • Opgave 3 - Aarde (klimaten)
  • Opgave 4 - Aarde (Endogene en Exogene processen)
  • Opgave 5 - Brazilië (sociale geografie)
  • Opgave 6 - Brazilië (fysische geografie)
  • Opgave 7 - Leefomgeving (rivieren) 
  • Opgave 8 - Leefomgeving (stad)
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 38 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Vandaag
  • Opgave 1 - Wereld
  • Opgave 2 - Wereld
  • Opgave 3 - Aarde (klimaten)
  • Opgave 4 - Aarde (Endogene en Exogene processen)
  • Opgave 5 - Brazilië (sociale geografie)
  • Opgave 6 - Brazilië (fysische geografie)
  • Opgave 7 - Leefomgeving (rivieren) 
  • Opgave 8 - Leefomgeving (stad)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereld: wat moet je kunnen? (1)
  • Aan het proces van mondialisering/globalisering economische, culturele en politieke dimensies onderscheiden en aangeven hoe deze dimensies elkaar beïnvloeden. 
  • Aan de hand van voorbeelden aangeven wat de effecten zijn van en de reacties zijn op globalisering in verschillende landen: een centrumland, een semi-perifeer land en een perifeer land.
  • Aan de hand van voorbeelden uitleggen hoe technologische ontwikkelingen, tijdruimtecompressie en globalisering samenhangen.
  • Mondiale relatiepatronen van handel, investeringen en migratie beschrijven en in hoofdlijnen verklaren.
  • Aan de hand van verschillende indicatoren de wereld indelen en landen met elkaar vergelijken.
  • Mondiale spreidingspatronen verklaren.
  • Uitleggen hoe demografische kenmerken en verstedelijking samenhangen met het sociaaleconomisch ontwikkelingspeil van een land. Deze samenhang toepassen op drie typen landen: een centrumland, een semiperifeer land en een perifeer land.
  • Voor Groot-Brittannië en India de positie in mondiale patronen en de effecten van globalisering herkennen en verklaren. 

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stukje theorie

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kunnen: mondiale spreidingspatronen verklaren

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vijf algemene indicatoren om mondiale spreidingspatronen te verklaren

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

diffussie = verspreiding van cultuurelementen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Diffusie 
Verspreiding of vermenging van cultuurelementen of ideeën over/door landen of mensen

Vroeger: door contacten die handelaars, veroveraars en reizigers legden

Nu: snelle culturele diffusie door media, migratie, toerisme

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Democratisch gehalte

Wat is het democratisch gehalte?

1. Democratie

2. Beperkte democratie

3. Dictatuur

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Op basis van democratisch gehalte & mensenrechten

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Landen naar democratisch gehalte

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wereldsysteem op basis van welvaart

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 De eerste contouren van het wereldsysteem

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

bevolkingsspreiding
Bevolkingsspreiding

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Demografisch transitiemodel

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Demografisch transitiemodel
Overgang hoog geboorte- en sterftecijfer naar laag niveau.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Economische indicatoren
  • BNP of BBP
  • BNP/Hoofd > Beter om landen te vergelijken
  • Verdeling van de beroepsbevolking

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welzijn 
Levensverwachting


Alfabetiseringsgraad


VN-welzijnsindex

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstedelijkingstempo en graad
Leerdoel: Je kunt het verband uitleggen tussen verstedelijkingstempo, verstedelijkingsgraad en welvaart uitleggen
- Verband kun je vaak weergeven in een hoe ... hoe ... zin

- Hoe rijker een land hoe lager het verstedelijkingstempo (en hoe hoger de verstedelijkingsgraad)
- Of andersom: Hoe armer een land hoe hoger het verstedelijkingstempo

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

India:
Relatief lage verstedelijkingsgraad, maar verstedelijkingstempo relatief hoog

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dankzij mondialisering...

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Economische gevolgen
Pacific rim
  • Laagwaardige maakindustrie -> hoogwaardige kapitaalgoederen
  • Meer wetenschap, innovaties en dienstverlening
  • Financiële zakencentra

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Global shift
Verschuiving van het economisch zwaartepunt in de wereld.
Laatste decennium: global shift naar pacific Rim (rond Grote oceaan)

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ruilvoet
ruilvoet = Verhouding tussen het prijspeil van de exportproducten en het prijspeil van de importproducten.
De ruilvoet geeft aan hoeveel goederen een land moet exporteren om een bepaalde hoeveelheid goederen te kunnen importeren.

Voor de arme landen zijn de handelsrelaties vaak nadelig

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Internationale arbeidsverdeling
Een gevolg van globalisering is een toename van de internationale arbeidsverdeling
Dit betekent dat een product wordt gemaakt en geëxporteerd door het land dat dit het beste en goedkoopste kan.

Slide 24 - Tekstslide

Contingent is vastgestelde hoeveelheid.
Gevolg: internationale arbeidsverdeling verschuift

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Global Village


-> tijd-ruimtecompressie

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een global village?
Heterogenisering is het verweven van eigen cultuurelementen met die van de westerse cultuur.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fragmentarische modernisering
niet iedereen profiteert van de economische ontwikkeling.
traditionaal - modern

Wanneer een deel van een land kenmerken van een centrumland aanneemt, terwijl een ander deel van het land nog in een landbouwsamenleving verkeert

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

sociale ongelijkheid
regionale ongelijkheid

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Regionale ongelijkheid kan optreden wanneer centrumgebieden de armere regio's afromen.

Het centrum onttrekt dan bijvoorbeeld arbeid, kapitaal en grondstoffen aan de periferie.

De periferie komt zo in een negatieve spiraal en krijgt te maken met backwash-effecten.

Het centrum ervaart juist positieven spread-effecten. 


Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Europeanisering, Kolonialisme, Imperialisme, Dekolonisatie
  • Triade, Nieuwe industrielanden
  • Uitschuiving, Nieuwe arbeidsverdeling, Global shift, Pacific Rim

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

India en GB
  • India kolonie van GB
  • Centrum-periferie relatie
    GB macht, India afhankelijk van GB
  • Verstedelijking

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Historische relatie India en Verenigd Koninkrijk

  • Wat voor een type kolonie was India?
  • exploitatiekolonie
  • Wat leverde Brits Indië aan GB?
  • grondstoffen en agrarische producten

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dekolonisatie
Pakistan (1947)
India (1947)
Bangladesh (1971)

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Migratie
India -> Groot-Brittannië, VS, Midden-Oosten
Braindrain

Emigranten keren terug-> Bangalore (IT)


India <-> GB: sinds koloniale tijd, gebleven na dekolonisatie

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

(Oorzaak) door de hechte band met GB is na de onafhankelijkheid in India veel Indiërs naar GB vertrokken om daar een beter leven op te bouwen.
(Gevolg) doordat deze Indiërs zijn gaan wonen in GB hebben ze cultureel invloed gehad op GB --> Indiase restaurants zijn hier een voorbeeld van.

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verstedelijking
GB: hoge urbanisatiegraad (90%), laag urbanisatietempo
-> gestart tijdens industrialisatie

India: lage urbanisatiegraad (33%), hoog urbanisatietempo
-> pas recentelijk. 
-> slums vanwege hoge tempo

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

En wat gebeurt er in de toekomst in India?
Als globalisering door blijft gaan zullen armere mensen aangetrokken blijven worden door werkgelegenheid/betere salarisen in de steden. Zo zal het tempo verder groeien en er steeds meer mensen in de stad wonen (graad). 

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies