5.4 Ga je winst maken?

5.4 Ga je winst maken?

Programma

• Herhaling paragraaf 5.3
•  Lesdoelen paragraaf 5.4
• Theorie H 5.4
• Controle  (open) vragen (lesson-up)
• Opdrachten maken
• Afsluiting

Herhaling paragraaf 5.3

• Waarom schrijf je af op een productiemiddel?
  
• Wat is restwaarde?
  
• Wat is het verschil tussen vaste kosten en variabele kosten?
  

Leerdoelen 5.4 

- Je weet wat een winst- en verliesrekening is  en je kunt uitleggen waarom bedrijven een jaarrekening opstellen.

- Je kan de brutowinst en nettowinst berekenen.

- Je kan het break-evenpunt van een bedrijf berekenen. 

Winst- en verliesrekening

De winst- en verliesrekening is een overzicht van de 

opbrengsten en kosten van een geheel jaar.

Winst- en verliesrekening:

• Kosten (debet)

        links (debet) van de W&V-rekening 

• Opbrengsten 

        rechts (credit) van de W&V-rekening 
     

De winst- en verliesrekening is ook altijd in balans en gaat over een periode 

(maand, kwartaal, of jaar)! Het verschil tussen de kosten en de opbrengsten is de 

winst (of het verlies).

Jaarrekening

De jaarrekening van een onderneming geeft een financieel overzicht en het financiële resultaat en bestaat uit:

• balans

• winst- en verliesrekening

• toelichting (op de balans en

                de winst- en verliesrekening)

5.4 Ga je winst maken?

Break-evenpunt

Het break-evenpunt (BEP of breakeven-afzet) is het punt waar een onderneming geen winst, maar ook geen verlies maakt.

Totale Opbrengst (TO) = Totale Kosten (TK)
                 p x q                    =           C + (V x q)

Vragenronde: Weet je het nog?

Wat is een winst- en verliesrekening?

antwoord

Een overzicht van de totale opbrengsten, totale kosten en de winst of verlies over een bepaalde periode

Waar bestaat de jaarrekening van een bedrijf uit.

antwoord

- de balans

- de winst en verliesrekening

- en een toelichting daarvan.

De omzet is € 25.000, de inkoopwaarde is € 10.347. Hoeveel is de brutowinst?

antwoord

€ 25.000 - € 10.347 = € 14.653

De verkoopprijs van een doosje bonbons is €4,85. In een maand worden er 486 doosjes bonbons verkocht. Men koopt ze in voor €1,75 per doos. Het bedrijf heeft in totaal €700 aan bedrijfskosten per maand. De brutowinst is €1506,60. Bereken de nettowinst?

antwoord

Brutowinst – bedrijfskosten = nettowinst

           €1506,60 - €700,00 = €806,60

Bereken het break-evenpunt bij een verkoopprijs van €7,50, variabele kosten van €2,50 per product en constante kosten van €230.000.

antwoord

Break-evenpunt = c : (p-v)

Break-even = €230.000 : (€7,50 - €2,50) = 46.000 producten

Wat is het break-evenpunt?

antwoord

Als de opbrengsten van een bedrijf gelijk zijn aan de kosten, wordt er geen winst of verlies gemaakt.

Opdrachten maken

Blz. 152 opdracht: 43 en 44

Blz. 153 opdracht: 45 en 46

Blz. 154 opdrachten: 47 en 48

Blz. 155 opdrachten: 49, 50 en 51

BEDANKT

Tot de volgende les