la vie en ligne
1 / 21
Lesduur is: 10 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
wat betekent 'la vie en ligne'?
A
leven op de lijn
B
het online leven
C
leve het internet
D
leve het online leven
Slide 2 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
le clavier
A
het toetsenbord
B
de piano
C
de sleutel
Slide 3 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
'poster des messages'
betekent? ...
betekent? ...
Slide 4 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
les réseaux sociaux ...?
A
de vriendenkringen
B
de sociale instellingen
C
de sociale netwerken
D
de media
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
wat is 'la vraie vie' ?
Slide 6 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
de computer
A
un ordinator
B
l'ordinateur
C
le computère
D
le computoire
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
wie of wat worden bedoeld met
'les ados' ?
'les ados' ?
Slide 8 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
font, ai, suis, vont, cherche, voulez hebben iets gemeenschappelijks, wat ?
A
franse woorden
B
moeilijke woorden
C
werkwoorden
D
persoonsvormen
Slide 9 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
l'addition
l'argent
le message
le portable
vieux/vieille
les médias sociaux
Slide 10 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Relie les mots avec les images.
sauvegarder
portable
ordinateur
télécharger
en ligne
le clavier
Slide 11 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
'Les mots du web'
le wifi
le mot de passe
supprimer
numérique
le message
le chargeur
le clavier
hors ligne
l'ordi(nateur)
l'écran
l'appli
le jeu vidéo
les réseaux sociaux
la souris
les écouteurs
Slide 12 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
faire la différence ...?
A
moeilijkheden maken
B
verschillend
C
moeilijkheden overbruggen
D
verschil maken
Slide 13 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
de foto
het bericht
de reactie
het commentaar
de (web)site
de app
de social media
de mobiele telefoon
downloaden
gebruiken
la photo
le message
la réaction
le commentaire
le site (web)
l'appli
les réseaux sociaux
le portable
télécharger
utiliser
Slide 14 - Sleepvraag
Slide 15 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Welke uitdrukkingen ken je met "Faire".
Slide 16 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
faire la vaisselle
faire les courses
faire le ménage
faire des études
faire la lessive
faire du vélo
afwassen
boodschappen doen
het huishouden doen
studeren
fietsen
wassen
Slide 17 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
La météo: Quel temps fait-il?
Il neige
Il y a du soleil
Il pleut
Il fait -5 degrés
Il y a du vent
Slide 18 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Combine la photo avec l'acitivité
Faire du VTT
Faire du ski
Faire de la luge
Faire des balades
Faire du snowboard
Faire du parapente
Slide 19 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
vous
Oefen le verbe 'Faire'. Sleep de juiste vervoeging naar het persoonlijk voornaamwoord.
je
tu
il, elle
on
nous
ils, elles
fais
font
fais
faites
fait
faisons
allons
Slide 20 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Questions?
Slide 21 - Open vraag
Deze slide heeft geen instructies
