Vaardigheden leerjaar 1 met oefentoets

Vaardigheden Leerjaar 1
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vaardigheden Leerjaar 1

Slide 1 - Tekstslide

Vaardigheden Geschiedenis leerjaar 1
1. Geschiedenis/ verleden.
2. prehistorie / historie
3. primaire en secundaire bronnen.
4. geschreven en ongeschreven bronnen.
5. oorzaak, gevolg en aanleiding.
6. feit en mening.
7. gebondenheid aan tijd en plaats
8. betrouwbaarheid van bronnen.
9. Tijdvakken.

Slide 2 - Tekstslide

Noteer de namen en de jaartallen bij de plaatjes van de tijdvakken.

Slide 3 - Open vraag

Noteer de namen en de jaartallen bij de plaatjes van de tijdvakken.

Slide 4 - Open vraag

Noteer de namen en de jaartallen bij de plaatjes van de tijdvakken.

Slide 5 - Open vraag

Noteer de namen en de jaartallen bij de plaatjes van de tijdvakken.

Slide 6 - Open vraag

Opdracht 2: 1p
Leg het verschil tussen historie en prehistorie uit.

Slide 7 - Open vraag

Opdracht 3: 2p

Is dit een bron uit de historie of uit de prehistorie? Leg je antwoord uit.

Slide 8 - Open vraag

Geef van elke bron aan of het gaat om een geschreven of een ongeschreven bron. Leg telkens je antwoord uit.
(2p per goed antwoord met uitleg)

Slide 9 - Open vraag

Geef van elke bron aan of het gaat om een geschreven of een ongeschreven bron. Leg telkens je antwoord uit.

Slide 10 - Open vraag

Geef van elke bron aan of het gaat om een geschreven of een ongeschreven bron. Leg telkens je antwoord uit.

Slide 11 - Open vraag

Geef van elke bron aan of het hier gaat om een primaire of een secundaire bron. Leg telkens je antwoord uit.
(2p per goed antwoord met uitleg)

Slide 12 - Open vraag

Geef van elke bron aan of het hier gaat om een primaire of een secundaire bron. Leg telkens je antwoord uit.

Slide 13 - Open vraag

Geef van elke bron aan of het hier gaat om een primaire of een secundaire bron. Leg telkens je antwoord uit.

Slide 14 - Open vraag

1. Julius Caesar roept zich zelf uit tot dictator voor het leven.
2. Julius Caesar steekt de Rubicon over en marcheert met zijn troepen naar Rome.

A
Zin 1 is de oorzaak, zin 2 het gevolg
B
Zin 1 is het gevolg, zin 2 is de oorzaak

Slide 15 - Quizvraag

1. Willem van Oranje leidt een opstand tegen het katholieke Spanje.
2. Willem van Oranje wordt vermoord door een fanatieke katholiek in delft.

A
Zin 1 is de oorzaak, zin 2 het gevolg
B
Zin 1 is het gevolg, zin 2 is de oorzaak

Slide 16 - Quizvraag


1. Bonifatius hakt een heilige Donar boom om van de Germanen.
2. Bonifatius wordt vermoord door rovende Friezen.

A
Zin 1 is de oorzaak, zin 2 het gevolg
B
Zin 1 is het gevolg, zin 2 is de oorzaak

Slide 17 - Quizvraag

1. Columbus ontdekt Amerika.
2. Midden- en Zuid-Amerika worden geteisterd door ziektes.

A
Zin 1 is de oorzaak, zin 2 het gevolg
B
Zin 1 is het gevolg, zin 2 is de oorzaak

Slide 18 - Quizvraag


1. Ik maak geen huiswerk en leer niet voor mijn toetsen
2. Ik haal een onvoldoende.

A
Zin 1 is de oorzaak, zin 2 het gevolg
B
Zin 1 is het gevolg, zin 2 is de oorzaak

Slide 19 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 20 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 21 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 22 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 23 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 24 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 25 - Quizvraag

Geef van de volgende beschrijvingen aan of het om een mening gaat of een feit.
A
Een mening
B
Een feit

Slide 26 - Quizvraag

Lees de bron. Je wilt iets te weten komen over de zoon van koning Clovis, is deze bron betrouwbaar? Leg je antwoord uit.

Slide 27 - Open vraag

Bekijk de bron. Je wilt weten hoe Karel de Grote eruit zag. Is deze bron betrouwbaar? Leg je antwoord uit.

Slide 28 - Open vraag

Lees de bron. Je wilt weten hoe Karel de Grote eruitzag. Is deze bron betrouwbaar? Leg je antwoord uit

Slide 29 - Open vraag

Leg uit dat deze afbeelding een goed voorbeeld is van gebondenheid aan tijd en plaats. (let op je manier van antwoord geven)

Slide 30 - Open vraag

Leg uit dat deze afbeelding een goed voorbeeld is van gebondenheid aan tijd en plaats. (let op je manier van antwoord geven)
(onder de afbeelding: kopen van een aflaat)

Slide 31 - Open vraag