Tijdvak 8

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Tijdvak 8

Bespreken examenvragen

Vraag 13

Tijdvak 8

•  de industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een 
industriële samenleving; 
• discussies over de ‘sociale kwestie’; 
• de moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie; 
• de opkomst van emancipatiebewegingen; 

Tijdvak 8

•  voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en 
vrouwen aan het politieke proces; 
•  de opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, 
socialisme, confessionalisme en feminisme. 

§8.1

de industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een 
industriële samenleving; 

Zit ook in historische context Duitsland

§8.2

de opkomst van politiek-maatschappelijke stromingen: liberalisme, nationalisme, 
socialisme, confessionalisme en feminisme. 

Zit ook in historische context Duitsland

§8.3

voortschrijdende democratisering, met deelname van steeds meer mannen en 
vrouwen aan het politieke proces; 

Wat zijn voorbeelden van emancipatiebewegingen?

§8.4

de opkomst van emancipatiebewegingen; 

Waarom sloten katholieken zich aan bij het socialisme?

§8.5

discussies over de ‘sociale kwestie’; 

§8.6

de moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie; 

Zit ook in historische context Duitsland

In 1866 brak in Maastricht een cholera-epidemie uit. Als gevolg van deze zeer besmettelijke ziekte overleden 298 inwoners, waarvan 295 arbeiders en armen. Deze cijfers komen uit een overheidsrapport, waarin per straat werd bijgehouden waar slachtoffers vielen. Leg uit welke oorzaak-gevolgrelatie er bestond tussen de Industriële Revolutie en deze epidemie en

In 1866 brak in Maastricht een cholera-epidemie uit. Als gevolg van deze zeer besmettelijke ziekte overleden 298 inwoners, waarvan 295 arbeiders en armen. Deze cijfers komen uit een overheidsrapport, waarin per straat werd bijgehouden waar slachtoffers vielen. Leg uit welke oorzaak-gevolgrelatie er stond tussen de belangstelling van de overheid voor deze epidemie en de sociale kwestie

In 1866 brak in Maastricht een cholera-epidemie uit. Als gevolg van deze zeer besmettelijke ziekte overleden 298 inwoners, waarvan 295 arbeiders en armen. Deze cijfers komen uit een overheidsrapport, waarin per straat werd bijgehouden waar slachtoffers vielen. Leg uit welke oorzaak-gevolgrelatie er stond tussen de sociale kwestie en de voortschrijdende democratisering.