MGV

Introductie 
Motiverende Gespreksvoering
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
CommunicatieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Introductie 
Motiverende Gespreksvoering

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les
  1.  De student weet aan einde einde van de les wat motivatie is, wat motivatie bevordert en wat niet;
  2. De student weet aan de einde van de les wat motiverende gespreksvoering is en wat het doel is
  3. De student weet aan het einde van de les wat we bedoelen met “tegenstrijdige gevoelens” die mensen kunnen hebben bij een verandering van gedrag
  4. De student weet hoe je omgaat in een gesprek met deze gevoelens 

Kort gezegd; Motiverende gespreksvoering is: “Dingen die je zou moeten of willen doen maar toch niet doet”

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw les
- Wat is motivatie?  
- Kijken filmpje
- verschillen van motivatie
-uitleg en opdrachten       ambivalentie
- Beïnvloeding gedrag: hoe zit dat?


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is jouw droom?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Jezelf motiveren

Het verschil in


extrinsieke en


intrinsieke motivatie


Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je doet een taak omdat
  • Je deze leuk of boeiend vindt
  • Je deze belangrijk of nuttig vindt om toe doen
  • Je anderen niet teleur wil stellen of je schuldig wil voelen als je het niet doet
  • Je een beloning denkt te krijgen als je het doet, of straf als je het niet doet.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



Wat motiveert jou?


Leg de zinnen op volgorde van wat belangrijk is voor jou.





  • Succes vieren en delen 
  • Je eigen beslissingen maken
  • zelf je eigen leerproces inrichten
  • goede relatie met klasgenoten
  • fijne omgang met de docenten
  • je slim en goed genoeg voelen
  • zelf de volgorde bepalen waarin je leert /opdrachten maakt
  • niet alleen leren, ook tijd voor plezier!
  • duidelijke doelen stellen (... en behalen)


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je doet extra goed je best bij Engels omdat je een reis naar Engeland gaat maken en je de taal dan goed wilt beheersen
A
Intrinsiek gemotiveerd
B
Extrinsiek gemotiveerd

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je doet mee als collectant voor de Hartstichting omdat je oom problemen met z'n hart heeft.
A
Intrinsiek gemotiveerd
B
Extrinsiek gemotiveerd

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je neemt altijd je boek mee naar de les omdat je er anders uitgestuurd wordt
A
Intrinsiek gemotiveerd
B
Extrinsiek gemotiveerd

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar haal jij NU je
motivatie uit?

Slide 13 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Oefening
Wat motiveert mij om iets te doen?
In een groepje of duo bedenken:
- Dingen die je altijd met plezier uit jezelf doet
- Dingen die je doet omdat het moet
- Dingen die je zou moeten doen of zou willen doen maar niet doet


Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Bij ambivalentie wikken en wegen mensen de voors en tegens tegen elkaar af. 
Weegschaal
  • De ambivalentie als een beslissingsweegschaal
  • De tegenstrijdige gevoelens kun je zien als een weegschaal
  • Aan de ene kant staan de voor-en nadelen van de huidige situatie
  • Aan de andere kant staan de voor-en nadelen van de toekomstige situatie
  • Als de schaal doorslaat naar de huidige 
       situatie gebeurt er niks.



Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ambivalentie betekent
A
ja maar zeggen
B
gedrag willen veranderen
C
niet open staan voor verandering
D
tegenstrijdige gevoelens

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem een voorbeeld van ambivalentie

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Ozan wil eigenlijk wel stoppen met roken. Hij hoest veel en is een beetje astmatisch. De dokter heeft ook gezegd dat het heel slecht is voor hem. Het kost ook veel geld en zijn kleren gaan ervan stinken. Maar al zijn vrienden op school roken en het is gezellig om met zijn allen in de pauze te kletsen en te roken. Hij vindt roken ook lekker en heeft het idee dat hij er rustig van wordt.

- Maak een beslissingsweegschaal voor Ozan

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nabespreken

Wat denken jullie: wat zou Ozan belangrijk vinden? En wat betekent dit voor zijn gedrag?


Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

mindset
Comfortzone = mentale ruimte waarin iemand zich op zijn gemak en niet bedreigd voelt, waar iemand meestal moeilijk uitbreekt en die door de buitenwereld vaak als beperkt wordt ervaren; comfortabel gevoel dat men niet graag opgeeft voor nieuwe, onbekende zaken.
Growzone/leerzone = Tussen de comfort zone en paniek zone ligt de leerzone. Deze zone omvat alles wat uitdagend is; wat we nog niet eerder hebben gedaan, maar wat niet onmogelijk is om te doen. Wanneer je je in je leerzone bevindt, ervaar je geen angst, maar juist focus en positieve emoties die komen met het leren van nieuwe dingen.
Paniekzone = Ver buiten je comfort zone ligt je paniek zone; deze zone omvat uitdagingen die te groots en moeilijk zijn op dat moment. Je hebt de benodigde skills nog niet, weet niet waar je moet beginnen en ervaart een hoge mate van stress.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stap 1: Maak tweetallen
Stap 2: Bedenk een situatie waarbij je in de comfortzone zat. Beantwoordt met elkaar de volgende vragen:
Met welke gevoel ging jij deze situatie in?
Wat was het resultaat van dit gevoel?
Stap 3: Bedenk nu een situatie waarin growzone zat. Beantwoordt met elkaar de volgende vragen:
- Met welke gevoel ging jij deze situatie in?
- Wat was het resultaat van dit gevoel?
- Zijn er anderen die je geholpen hebben?
Stap 4: Bedenk nu een situatie waarin paniekzone zat. Beantwoordt met elkaar de volgende vragen:
- Met welke gevoel ging jij deze situatie in?
Wat was het resultaat van dit gevoel?
Wat had jij nodig om vanuit de paniekzone naar de growzone te gaan?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beïnvloeding gedrag
Wat mensen belangrijk vinden, de manier waarop ze de voor-en nadelen van hun gedrag zien, is heel persoonlijk . 

Vraag:  hoe kun  je hier in een gespreken mee om kan gaan. Hoe zou je iemand kunnen motiveren om wel te stoppen met roken?


Draai aan de spinner en degene die gekozen wordt mag antwoorden. 


Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij motiverende gespreksvoering gebruik je technieken om mensen te motiveren zelf hun gedrag te veranderen. Een belangrijk ding hierbij is dat je probeert uit te vinden hoe de beslissingsweegschaal eruit ziet.

Wat vinden mensen belangrijk? Geef voorbeelden hiervan:

Slide 24 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies