Executieve functies

Executieve functies
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
LOBMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quiz, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Executieve functies

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
  • Doelen en het nut bespreken
  • Voorkennis activeren
  • Opdracht 1
  • Uitleg over de theorie
  • Opdracht 2
  • Afsluiting

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doelen
Aan het einde van de les kun je onderscheid maken in de verschillende executieve functies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nut
Deze lessenreeks gaat over executieve functies. Door verschillende vaardigheden aan te leren heb je meer kans op betere schoolprestaties.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ga op de lijn staan!

Slide 5 - Tekstslide

Inschalen:

Wat weet jij al van executieve functies, ga op lijn staan. Kies een cijfer van 0 tot 10.
10 is ik weet er heel veel van, 0 is ik weet nog niet zoveel.

Vragen aan studenten:
- Waar sta je nu? Waarom sta je hier?
- Waar wil je naar toe? Wat weet of kun je dan?
Wat zijn executieve functies denk je?

Slide 6 - Woordweb

Laat de studenten eerst zelf nadenken over wat executieve functies zijn. 

Bespreek hun antwoorden en kijk daarna het filmpje op de volgende sheet.

Slide 7 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht 1
Stap 1: Zoek in twee-tallen welke 11 executieve functies er zijn.
Stap 2: Kijk naar het plaatje in de volgende dia.
Stap 3: Schrijf bij elk poppetje op welke executieve functie er wordt uitgebeeld. 

Hier heb je 10 minuten de tijd voor.
timer
10:00

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 11 executieve functies op een rijtje
Plannen
Timemanagement
Werkgeheugen
Organisatie
Metacognitie
Responsinhibitie
Emotieregulatie
Volgehouden aandacht
Taakinitiatie 
Doelgericht gedrag
Flexibiliteit

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plannen
  • Een plan maken en aan de hand daarvan een taak voltooien.
  • Je bedenkt wat prioriteit heeft, wat is het belangrijkste en wat het minst belangrijkst.

Slide 11 - Tekstslide

Plannen is een vaardigheid om een plan te bedenken en aan de hand daarvan je taak te voltooien om je doel te bereiken. Je bent in staat om beslissingen te nemen over wat prioriteit heeft, dus was is het belangrijkste en wat is minder belangrijk.
Timemanagement
  • Je kunt inschatten hoeveel tijd je hebt en nodig hebt om taken te vervullen.
  • Je leert bewust omgaan met de tijd.

Slide 12 - Tekstslide

Bij timemanagement kun je inschatten hoeveel tijd je hebt, hoeveel tijd je nodig hebt voor een taak en je kunt je aan een tijdslimiet en deadlines houden.
Werkgeheugen
  • Informatie kunnen opslaan in je geheugen
  • Weten hoe je geheugen in elkaar zit/werkt 

Slide 13 - Tekstslide

Werkgeheugen is het vermogen om theorie en informatie die je krijgt vast te houden in je geheugen tijdens het uitvoeren van een taak.
Organisatie
  • Informatie/ spullen ordenen volgens een systeem
  • Je weet waar alles staat 

Slide 14 - Tekstslide

Bij organiseren kun je dingen volgens een bepaald systeem ordenen. 
Metacognitie
  • Van een afstand naar jezelf kijken of naar een situatie kijken.
  • Zelfevaluatie of zelfmonitoring

Slide 15 - Tekstslide

Metacognitie is een vaardigheid waarbij je van een afstand naar jezelf kijkt en je de situatie kunt overzien. Hierdoor kun je bedenken hoe je een probleem aanpakt. Het gaat vooral over zelfevaluatie en zelfmonitoring. Onder metacognitie vallen ook leer strategieën. Wat kun je inzetten voor bepaalde vakken om goed tot leren tee komen.
Responsinhibitie
  • Nadenken voordat je iets doet
  • Weten wanneer je moet stoppen

Slide 16 - Tekstslide

Responsinhibitie is nadenken voordat je iets doet.
Emotie regulatie
  • Kunnen omgaan met je eigen emoties 
  • Omgaan met tegenslagen

Slide 17 - Tekstslide

Bij emotie-regulatie kun je je eigen emoties reguleren wat bijdraagt om een taak te voltooien en een doel te behalen. Het helpt ook om je gedrag te controleren.
Volgehouden aandacht
  • Vaardigheid om je aandacht erbij te houden  
  • Opletten ondanks dat je vermoeid bent
  • Niet laten afleiden

Slide 18 - Tekstslide

Volgehouden aandacht is een vaardigheid waarbij je je aandacht erbij kunt houden ondanks alle afleidingen zoals vermoeidheid of verveling.
Taakinitiatie
  • Beginnen aan een taak 
  • Op tijd beginnen en efficiënt beginnen.

Slide 19 - Tekstslide

Taakinitiatie is het beginnen aan een taak. Dit doe je op tijd en op een efficiënte manier.
Doelgericht gedrag
  • Je kunt een doel formuleren
  • Je kunt een doel nastreven
  • Je raakt niet afgeleid 

Slide 20 - Tekstslide

Doelgericht gedrag is het vermogen om een doel te formuleren en dit doel na te streven, zonder dat je daarbij afgeleid raakt.
Flexibiliteit
  • Je kunt je plannen aanpassen naar omstandigheden
  • Je kunt omgaan met tegenslagen
  • Je raakt niet in paniek als er iets onverwacht gebeurd

Slide 21 - Tekstslide

Bij flexibiliteit gaat het erom dat je je plannen kunt aanpassen naar de veranderde omstandigheden. Je kunt omgaan met tegenslagen of belemmeringen die op je pad komen.
Opdracht 2
Nu je uitleg hebt gehad over alle executieve functies ga je per executieve functie in jou woorden opschrijven wat het betekent. Dit doe je op het grote papier van het klaslokaal dat jij hebt gekregen.

Hier heb je 15 minuten de tijd voor.
timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Plannen
Werkgeheugen
Timemanagement
Organisatie
Taakinitiatie
Emotieregulatie
Responsinhibitie
Volgehouden aandacht
Metacognitie
Doelgericht gedrag
Flexibiliteit

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk
Invullen van de executieve functie test en meenemen naar de volgende les.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies