NASK H5.1 Fase & faseovergang

NASK | 2 mavo | Water | Fases & faseovergangen
Vandaag:
- Uitleg lessonup (teams)
- Start h5
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

NASK | 2 mavo | Water | Fases & faseovergangen
Vandaag:
- Uitleg lessonup (teams)
- Start h5

Slide 1 - Tekstslide

Hoe was je vakantie? Heb je nog iets leuks gedaan? :)

Slide 2 - Open vraag

2

Slide 3 - Video

00:49
Als water verdampt uit de oceaan, is het dan zichtbaar?
A
JA, het is wit
B
NEE, het is onzichtbaar
C
SOMS, alleen 's-nachts
D
SOMS, alleen overdag

Slide 4 - Quizvraag

01:44
Als alle rivieren in de zee of oceaan uitkomen, waarom stroomt de zee dan niet over? Leg uit.

Slide 5 - Open vraag

Scheikunde | 2 mavo | Water | Fases & faseovergang
Fases
Vaste stof
Vloeistof stof
Gas

Slide 6 - Tekstslide

Welke fase is het? Sleep naar het juiste vak
Vast

Vloeibaar
Gas
Grondwater
Waterdamp
Rijp
Wolk
Hagel
Mist
Gletsjer
Sneeuw
Oppervlaktewater

Slide 7 - Sleepvraag

Scheikunde | 2 mavo | Water | Fases & faseovergang
Fases
  • 3 fases: vast (s), vloeibaar (l), gas (g). 
  • Als het koud genoeg is, zijn alle stoffen vast. Bij steeds meer opwarmen gaat een stof eerst door het smeltpunt (temperatuur waar vast overgaat in vloeistof) en daarna door het kookpunt (temperatuur waar vloeistof overgaat naar gas)
  • Smeltpunt en kookpunt zijn stofeigenschappen
  • Gaat een stof van de ene naar de andere fase, dan heet dit een faseovergang

Slide 8 - Tekstslide

smeltpunt (K)
kookpunt (K) 
fase (bij kamer-temperatuur)
zwavelzuur
284
603
stikstof
  63
  77
kwik
234
630
ijzer
1811
3023
Sleep de juiste fase naar het lege vakje
tip
Als je niet weet wat de letters s, g en l betekenen, ga dan terug naar de vorige slide.
tip
De K staat voor de eenhied kelvin. Kamertemperatuur is gelijk aan 293 K. 
s
s
g
l
l
g

Slide 9 - Sleepvraag

Scheikunde | 2 mavo | Water | Fases & faseovergang
Faseovergang
Als stoffen veranderen van fase dan noemen we dat een faseovergangen.  

Slide 10 - Tekstslide

Sleep de fase en faseovergang naar de juiste plek.
Smelten
Stollen
Condenseren
Vervluchtigen
Rijpen
Verdampen
gas
vloeistof
vaste stof

Slide 11 - Sleepvraag

Sleep de juiste faseovergang naar de juiste plek.
a. Welke faseovergang vindt plaats van 1 naar 2?
b. Welke faseovergang vindt plaats van 2 naar 3?
c. Welke faseovergang vindt plaats van 3 naar 4?
d. Welke faseovergang vindt plaats van 4 naar 1?
Smelten
condenseren
verdampen
stollen

Slide 12 - Sleepvraag

Klik op het vraagteken en doe het practicum. Noteer je antwoord in het woordweb. 
Loop naar het raam. Houd je adem even in en adem dan uit tegen het glas.
a. Wat zie je op het glas?
b. Welke fase heeft het water op het glas?
c. Welke fase heeft water dat je uitademt?
d. Welke faseovergang heeft er plaatsgevonden?
e. Wat veroorzaakt deze verandering?

Slide 13 - Woordweb

2

Slide 14 - Video

00:40-01:25









Verdamping zet water om in waterdamp (waterkringloop). 
Het zout blijft achter.

Slide 15 - Tekstslide

01:28
Rivieren stromen naar de zee. Wat gebeurt er uiteindelijk met de oceanen?
A
Ze worden zouter en zullen overstromen
B
Ze worden minder zout en overstromen
C
Er blijft evenveel zeewater maar dat wordt zouter
D
Door verdamping drogen de oceanen op tot zoutpannen

Slide 16 - Quizvraag

zout water
(zoetwater)ijs
grondwater
rivier, meer

Slide 17 - Sleepvraag

Heb je nog vragen over deze les?

Slide 18 - Open vraag


Na deze les, 
wil ik...
de uitleg nog 1 keer horen
meer voorbeelden krijgen
meer oefeningen maken
overgaan naar nieuwe leerstof
nog meer te weten komen over de leerstof
niet meer te weten komen over de leerstof

Slide 19 - Poll

Klaar!
Hoe ging het vandaag met de opdrachten?
😒🙁😐🙂😃

Slide 20 - Poll