Goedenmorgen. Pak je boek, je schrift, een pen en je rekenmachine.
Terugblik paragraaf 3.4
Leerdoelen paragraaf 3.5
Uitleg paragraaf 3.5
Zelf aan de slag
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4
In deze les zitten 16 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Agenda Les
Goedenmorgen. Pak je boek, je schrift, een pen en je rekenmachine.
Terugblik paragraaf 3.4
Leerdoelen paragraaf 3.5
Uitleg paragraaf 3.5
Zelf aan de slag
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Video
Leerdoelen paragraaf 3.5
Je weet wat er bedoeld wordt met het stabiliteitspact.
Je weet wat de rol is van de Europese Centrale Bank (ECB).
Je weet de gevolgen van samenwerken in Europa voor: consumenten , producenten, het milieu, de wetten in de lidstaten, de wereldhandel en de landbouw.
Rekenvaardigheid: wisselkoersen
Slide 3 - Tekstslide
Stabiliteitspact
Stabiliteitspact: Afspraken om aan de euro mee te mogen doen (EMU = Economische Monetaire Unie)
Laag begrotingstekort. Max 3% van BBP
Kleine staatsschuld. Max 60% van BBP
Lage inflatie
Lage rente
Doel: dit alles om de waarde van de euro stabiel te houden.
Slide 4 - Tekstslide
ECB= Europese Centrale Bank
Is gevestigd in Frankfurt in Duitsland.
werkt samen met alle Centrale banken van de landen van de EU.
Zorgt voor: - Circulatie bankbiljetten - Rente stand. De ECB bepaalt de hoogte van de rente.
Slide 5 - Tekstslide
Rentebeleid ECB
Renteverhoging kan zorgen voor daling van prijzen. Het wordt aantrekkelijker om te sparen en minder om te lenen. Mensen gaan dus minder geld uitgeven. Enz.
Rente verlaging kan zorgen voor stijging van de prijs.
Slide 6 - Tekstslide
Samenwerken in de EU
Consumenten hebben meer keuze uit producten
Producenten kunnen makkelijker verkopen in het buitenland. Nadeel is meer concurrentie.
Milieu. Overal in EU gelden dezelfde regels waarbij het milieu meer beschermt wordt.
Wetten worden zoveel mogelijk in alle landen gelijk
Wereldhandel: Eu is handelsblok van de wereld
Eu investeert in landbouw. Dat geeft ons namelijk voedsel, en zorgt voor inkomen.
Slide 7 - Tekstslide
Wisselkoersen
Vreemde valuta = buitenlands geld
Wisselkoers = de prijs van buitenlands geld.
Er zijn twee wisselkoersen, de aankoop (de lage koers) en de verkoopprijs (de hoge koers) van de bank.
Het verschil tussen de aankoop en de verkoopkoers is winst voor de bank.
Slide 8 - Tekstslide
Vreemde valuta
Hoogste koers betaal je als je koopt van de bank. (de bank verkoopt dan VV).
Laagste koers ontvang je als je verkoopt aan de bank. (de bank koopt dan VV).
Slide 9 - Tekstslide
Voorbeeld VV
Jan koopt een piano in Engeland voor £ 450. Bereken hoeveel euro moet hij daarvoor betalen.
Je neemt HOOGSTE = verkoopkoers
1,11 x 480 = € 499,50
Want je moet eerst ponden bij de banken kopen
> dus bank verkoopt ponden.
Slide 10 - Tekstslide
Voorbeeld 2 VV
Kevin komt terug uit Denemarken met 5700 Deense Kronen.
Bereken hoeveel euro hij daarvoor terug krijgt bij de bank.
De wisselkosten (= provisiekosten) zijn €5.
Slide 11 - Tekstslide
Uitwerking voorbeeld 2 VV
Kevin verkoopt Dkr 5.700 aan de bank (dus laagste = aankoopkoers)
100 Dkr = € 13,35
5.700 Dkr : 100 x 13,35 = € 760,95
Provisie € 5,-
Dus Kevin ontvangt € 760,95 - € 5 = € 755,95
Slide 12 - Tekstslide
Voorbeeld 3 VV
Jack wil voor exact € 400 euro Deense Kronen kopen. De wisselkosten zijn € 5,-.
Bereken hoeveel Deense Kronen Jack kan kopen voor €400.
Slide 13 - Tekstslide
Uitwerking voorbeeld 3 VV
Jack wil Dkr kopen voor exact € 400,- van de bank (dus hoogste = verkoopkoers)
100 Dkr = € 13,44
Provisie € 5,- dus € 395,- over om Dkr's van te kopen
Dus Jack ontvangt 395 : 13,44 x 100= Dkr 2.938,98
Slide 14 - Tekstslide
Zelf aan de slag
Lees paragraaf 3.5 en maak opgave 2, 4, 5, 6, 7, 9.
Kijk in les de opgaven van par 3.1 t/m 3.4 na
Zet vanmiddag antwoorden hoofdstuk 3 op cumlaude.
Maandag diagnostische toets Hoofdstuk 3 NL en de EU.
Als je vragen hebt tijdens voorbereiding. Mail je concrete vraag naar tac@vhl.nl