LessonUp | Webcontent | hst 2 content marketing

Week 2 les 1
Boek: Webcontent. Hoofdstuk 2: Content marketing
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Marketing & CommunicatieMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Week 2 les 1
Boek: Webcontent. Hoofdstuk 2: Content marketing

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Week 
Les 1
Les 2
Week 1 hst. Online content
Boom 1 tm 9
Content-check
Week 2 hst. Content marketing
Boom 1 tm 9
aanvullen
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Dia met tabel

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag:
1.    Leerdoelen (5 min)

2.    Mini quiz (5 min)

3.    Theorie (20 min)

4.    Boom 1 tm 9 (20 min)

5.    Werkvorm (20 min)

6.    Lesafsluiting (5 min)

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

  • Je kunt contentmarketing opzetten.
  • Je weet hoe je content beter gevonden kan worden.
  • Je begrijpt hoe je met een boodschap effectief op je doelgroep kunt aansluiten.
  • Je kunt content optimaliseren.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mini-content Quiz

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Wat is het belangrijkste doel van een instructievideo over hoe je een product gebruikt?

A
Amuseren
B
Informeren
C
Overtuigen
D
Inspireren

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke contentvorm is het meest geschikt om volgers op Instagram snel te triggeren met een nieuwe actie of product?

A
Blogartikel
B
E-mailnieuwsbrief
C
Story
D
Whitepaper

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welke combinatie klopt het best?

A
TikTok – Informeren
B
Podcast – Inspireren
C
Instagram Reel – Klachten oplossen
D
Handleiding – Amuseren

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat is een belangrijk voordeel van waardevolle content delen op social media?

A
Het zorgt dat je sneller virale video’s krijgt
B
Je hebt geen advertenties meer nodig
C
Je bouwt vertrouwen op bij je doelgroep
D
Je hoeft geen klantenservice meer te bieden

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


Welk contentdoel past het best bij een klantreview op een webshop?

A
Inspireren
B
Overtuigen
C
Amuseren
D
Informeren

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Goede content
Goede online content sluit aan bij het doel, de doelgroep en het kanaal en helpt om te informeren, overtuigen of inspireren.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Contentkalender
Een contentkalender is een planning voor het maken en het plaatsen van content. Deze planning werk je uit in de vorm van een kalender. Een contentkalender helpt je om berichten in te plannen en campagnes te beheren. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Virale content verspreidt zich snel en bereikt veel mensen, omdat mensen het leuk of interessant vinden en het willen delen met anderen.
  • Viral marketing werkt door middel van het creëren van buzz. Bedrijven willen dat mensen er enthousiast over worden en er met anderen over praten. 
Viral marketing

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • 1996: iedere hotmail gebruiker kreeg 2MB aan gratis opslagruimte!
  • Enorme groei: hoe?
  • Onderaan iedere email die verstuurd werd, stond de zin: "“PS: I love you. Get your free email at Hotmail.” (die zin kon je niet weghalen)
  • Click op de link = account aanmaken
  • Resultaat van de viral loop: enorme groei in korte tijd.
Voorbeeld viral marketing: hotmail

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Alle elementen van viral marketing zaten in deze campagne

  • geheimzinnig
  • makkelijk te verspreiden
  • creëren van buzz
Voorbeeld viral marketing: hotmail

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Contentanalyse
Met een contentanalyse ga je na of je content goed aansluit bij de doelgroep. Het helpt je om de boodschap, doelgroep en effectiviteit van de content beter te begrijpen en te optimaliseren. 

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Contentanalyse
Deskresearch

  • Digitaal onderzoek: kijken naar websites, apps en social media
  • Vakbladen, blogs en artikelen op internet lezen over het onderwerp
  • Een zoekwoordenonderzoek doen

Fieldresearch

  • Interviews en enquêtes afnemen
  • Zelf observaties uitvoeren
  • Een online test uitvoeren

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kwalitatief onderzoek
Bij kwalitatief onderzoek ga je na of het doel en de boodschap goed aansluiten bij je doelgroep. Je kijkt naar de inhoud van de content. Welke tone of voice gebruik je (de manier waarop je jouw doelgroep aanspreekt)? Maar ook: hoe is de opmaak (ontwerp), en spreekt deze genoeg aan?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kwantitatief onderzoek
Bij kwantitatief onderzoek van content ben je op zoek naar data. Data kunnen inzicht geven in de impact en effectiviteit van de boodschap. Bij kwantitatief onderzoek verzamel je de gegevens vaak indirect via metingen of instrumenten. Zulk onderzoek kun je uitvoeren door middel van een enquête, een A/B-test, Google Analytics of door de meettools van het socialmediaplatform te gebruiken.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vindbaarheid van content

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vindbaarheid van content
  • SERP (Search Engine Results Page)
De pagina met zoekresultaten die je ziet na het invoeren van een zoekopdracht in Google.

  • Organische zoekresultaten
Gratis zoekresultaten die verschijnen op basis van relevantie, niet via betaalde advertenties.

  • PageRank
Een algoritme van Google dat bepaalt hoe belangrijk een pagina is op basis van het aantal en de kwaliteit van inkomende links.

  • Canonical tag
Een HTML-code die zoekmachines vertelt welke versie van een pagina de 'echte' of voorkeursversie is, om dubbele content te voorkomen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

SEO bij contentcreatie
Een duidelijke koppenstructuur is belangrijk voor de leesbaarheid van je content en helpt zoekmachines de hiërarchie van informatie op je pagina te begrijpen



Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Metatags & metadescriptions
  • Metatags
Verborgen stukjes HTML-code die zoekmachines informatie geven over de inhoud van een webpagina (zoals titel, beschrijving of taal).

  • Metadescription
Een korte omschrijving van een webpagina (max. ±155 tekens) die vaak wordt getoond onder de titel in de zoekresultaten (SERP); bedoeld om de zoeker te overtuigen om te klikken.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Boek: Webcontent
  • Hst. 2 Contentmarketing
  • Opdracht 1 tm 8
  • 20 minuten
Huiswerk: Boom

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Stel je voor: jij bent verantwoordelijk voor de vindbaarheid van de website van een kledingmerk. Welke 2 SEO-elementen die je vandaag hebt geleerd zou jij als eerste aanpakken, en waarom?

Slide 25 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

eind les 1 week 2
Naam auteur
datum

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Week 2 les 2

Slide 27 - Tekstslide

slides met planning en lesdoelen op 2 en 4
Vandaag:
1.    Geheugen opfrissen (10 min)

2.    Portfolio (1 uur)

3.    Lesafsluiter (10 min)


Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe: Individueel
Nodig: pen en papier
 6 begrippen:
  1. SERP
  2. Organisch zoekresultaat
  3. PageRank
  4. Canonical tag
  5. Metatag
  6. Metadescription

Voor ieder begrip:
- Een korte uitleg noteren
- Een concreet voorbeeld bedenken (bijv. “omschrijving onder een link in Google” of “voorkomt dubbele pagina's in webshop”)
Opdracht: SEO shuffle (10 min)
Nabespreken:
“Wie heeft hetzelfde? Wie iets anders?”
Bespreek kort verschillen of aanvullingen.

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Geheugen opfrissen
  • SERP (Search Engine Results Page)
De pagina met zoekresultaten die je ziet na het invoeren van een zoekopdracht in Google.

  • Organische zoekresultaten
Gratis zoekresultaten die verschijnen op basis van relevantie, niet via betaalde advertenties.

  • PageRank
Een algoritme van Google dat bepaalt hoe belangrijk een pagina is op basis van het aantal en de kwaliteit van inkomende links.

  • Canonical tag
Een HTML-code die zoekmachines vertelt welke versie van een pagina de 'echte' of voorkeursversie is, om dubbele content te voorkomen.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

  • Bewijs 5 - Doelgroepanalyse
  • Bewijs 1 - Online / offline kanalen (voorbereiding

AANVULLEN
Werken aan portfolio (1 uur)

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een uitgedacht profiel van een ideale klant waarin demografische kenmerken, gedragingen, doelen en pijnpunten zijn opgenomen.
Het planmatige proces waarbij je bepaalt welke content je op welk moment en via welk kanaal inzet om je doelgroep in elke fase van hun koopproces te bereiken.
De volledige route die een potentiële klant doorloopt — van oriëntatie tot aankoop en nazorg — inclusief alle contactmomenten met een merk.
Buyer Persona

Customer Journey
Content-
strategie

Slide 32 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies


Wat kan er misgaan als je je doelgroep verkeerd inschat — en kun je daar een voorbeeld van bedenken uit je eigen ervaring of iets dat je online hebt gezien?

Slide 33 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

eind les 2 week 2

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bedankt
contactgegevens

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies