H9.3 Goede tijden slechte tijden

H9.3 Goede tijden slechte tijden
Leerdoelen
- je kan het begrip conjunctuur uitleggen
- je weet de kenmerken van hoogconjunctuur
- je weet de kenmerken van laagconjunctuur
- je begrijpt wat het consumentenvertrouwen voor indicator is
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H9.3 Goede tijden slechte tijden
Leerdoelen
- je kan het begrip conjunctuur uitleggen
- je weet de kenmerken van hoogconjunctuur
- je weet de kenmerken van laagconjunctuur
- je begrijpt wat het consumentenvertrouwen voor indicator is

Slide 1 - Tekstslide

Lorenzcurve

Slide 2 - Tekstslide

Herhalen H9.2 

Slide 3 - Tekstslide

Lorenzcurve is cumulatief

Slide 4 - Tekstslide

Uitleg (1)
  • Als alle inwoners precies evenveel inkomen hebben dan krijg je de blauwe stippellijn.
Ga maar na. 
  • Stel je wil weten hoeveel % de armste 40 % van het land gezamenlijk verdienen.
    Nou…precies 40% van al het inkomen.
  • In het echt komt zo’n totaal eerlijke verdeling niet voor. De curve wordt dan krom.
  • Hoe verder van de middenlijn verwijdert hoe groter de inkomensverschillen.


Slide 5 - Tekstslide

Uitleg (2)
Voorbeeld: 
Hoeveel procent van al het inkomen wordt verdiend door de 80% ‘armste’ van het land?
Zie de grafiek…
  • Daarin zie je dat de 80% armste 40% van al het inkomen krijgen.
  • Je kan dan dus ook zeggen. De 20% rijksten krijgen de overige 60% (100-40) van al het inkomen!

Slide 6 - Tekstslide

Primaire inkomens
  • loon --> arbeid
  • pacht/huur --> natuur
  • rente --> kapitaal
  • winst --> ondernemerschap
    Vermogen voordat overheid zich ermee bemoeit

Slide 7 - Tekstslide

Secundair inkomen =
primair inkomen 
- belastingen
+ uitkeringen

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Nivellering:
Verschillen in inkomen tussen personen worden kleiner  
Denivellering:
Verschillen in inkomen tussen personen worden groter

Slide 10 - Tekstslide

Leerdoelen
- je kan het begrip conjunctuur uitleggen
- je weet de kenmerken van hoogconjunctuur
- je weet de kenmerken van laagconjunctuur
- je begrijpt wat het consumentenvertrouwen voor indicator is

Slide 11 - Tekstslide

Wat is conjunctuur?
  • Conjunctuur is de gestage op- en neergang van economische groei.
  • Conjunctuur wordt vaak gemeten in groei of daling van het reële bbp, ofwel de hoeveelheid geproduceerde goederen en verleende diensten.
  • Conjunctuur blijkt tot op zekere hoogte onvoorspelbaar

Slide 12 - Tekstslide

Conjunctuur zorgt voor onzekerheid:
Voor consumenten en producenten: 
hoe lang blijft het goed gaan?


producenten:
- moet ik investeren in nieuwe machines?
- durf ik extra personeel in dienst te nemen?
HOOGCONJUNCTUUR en LAAGCONJUNCTUUR

Slide 13 - Tekstslide

Afbeeldingen conjunctuur
- bbp groei in %
- tijd
- nullijn
- trend

Slide 14 - Tekstslide

kenmerken hoogconjunctuur

Slide 15 - Tekstslide

kenmerken laagconjunctuur

Slide 16 - Tekstslide

de conjunctuurklok van het cbs
er zijn veel indicatoren die iets zeggen over de stand van de economie. 
het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) laat deze iedere maand zien in de conjunctuurklok

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Video

Indicator consumentenvertrouwen
Vertrouwen is de motor in de economie.
De eerste indicator van verandering in de economie is het Consumenten vertrouwen.

Als de consument vertrouwen heeft in inkomen, veiligheid, huizenprijzen etc. blijft de consument eten, drinken, op vakantie gaan, etc..
Als de toekomst meer onzeker wordt gaat het consumentenvertrouwen weg, daalt de vraag, daalt producenten vertrouwen, dalen investeringen etc. 

consumentenvertrouwen is een voorlopende indicator. 

Slide 19 - Tekstslide

Test jezelf H9.3  Praktische Economie

Slide 20 - Tekstslide


                 Hoogconjunctuur
  
      Hoogconjunctuur





                                                             Laagconjunctuur
                                                                                = gemiddeld

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide