6.1 Europa na Napoleon en 6.3 Modern Imperialisme

Nationalisme en imperialisme
hoofdstuk 6
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Nationalisme en imperialisme
hoofdstuk 6

Slide 1 - Tekstslide

Wat weet je nog over Napoleon?

Slide 2 - Woordweb

Waar denk je aan bij het woord nationalisme?

Slide 3 - Woordweb

6.1 Europa na Napoleon

Slide 4 - Tekstslide

6.1 Europa na Napoleon
Aan het einde van de les weet je:
- hoe grote staten in Europa de vrede bewaakten
- hoe het nationalisme opkwam
- hoe de Frans-Duitse oorlog ontstond en verliep

Slide 5 - Tekstslide

Het Congres van Wenen
  • Nadat Napoleon verslagen was, besloten de Europese mogendheden  (=sterke staat) dat Europa opnieuw verdeeld moest worden. 
  • De overwinnaars van Napoleon kwamen hiervoor bij elkaar in Wenen. 
Doelen:
1. macht terug naar de adel (=conservatieven!)
2. terug naar het Europa van voor de Franse Revolutie 

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Nationalisme
= voorliefde voor je eigen land, gebaseerd op een gedeelde taal, geschiedenis en cultuur. 
kenmerken:
  • het idee dat jouw land en volk beter is dan anderen (=superioriteit)
  • het idee dat elk volk recht heeft op een
    natiestaat: een staat waar één volk woont.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Nationalisme
Het nationalisme kwam vanaf de 19e eeuw op omdat mensen zich door grote oorlogen verbonden met elkaar gingen voelen. 

Veel volkeren wilden bij elkaar wonen in één staat.

Slide 10 - Tekstslide

Waarom is het verstandig dat grote landen in Europa ongeveer even sterk zijn?

Slide 11 - Open vraag

Hoe heeft het Congres van Wenen bijgedragen aan de opkomst van het nationalisme in Europa rond 1815?

Slide 12 - Open vraag

6.1 Europa na Napoleon

Slide 13 - Tekstslide

Schrijf op wat je je nog van vorige les herinnert.

Slide 14 - Woordweb

Duitsland in de 19e eeuw
De Pruisische kanselier Bismarck wilde Duitsland te verenigen. 
Dit wilde hij bereiken met een oorlog met Frankrijk in 1871. 
Motieven:
- wraak voor de Napoleontische oorlogen
- laten zien dat Duitsland verenigd sterk genoeg was om
een grootmacht te verslaan.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Duitsland in de 19e eeuw
Pruisen was de grootste en sterkste staat en zij wonnen deze oorlog tegen Frankrijk. 
Gevolgen:
  1. Frankrijk moest de grensprovincie Elzas-Lotharingen afstaan
  2. De Pruisische koning Willem I werd keizer van Duitsland. 
  3. Het Duitse Rijk werd verenigd in 1871: Duitsland 

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Modern imperialisme
= het stichten van wereldrijken
door Europese mogendheden
door de uitbuiting van
(voormalige) koloniën. 

Slide 19 - Tekstslide

Modern imperialisme: motieven
  1. Economisch
    grondstoffen winnen + creëren afzetmarkt 
  2. Politiek
    status en aanzien (nationalisme!) 
  3. Cultureel 
    superioriteitsgevoel + beschavingsplicht (white man's burden)

Slide 20 - Tekstslide

Modern imperialisme: motieven

Slide 21 - Tekstslide

Modern imperialisme
= niet hetzelfde als kolonialisme!
Verschillen:
- Europese landen gaan ook het bestuur overnemen van de kolonie
- Europese landen gebruiken de koloniën voor bevordering van industrie in eigen land. 
- Gedreven door nationalisme (superioriteit, aanzien) 

- Voornaamste doel van m.i. = wereldrijk stichten 
- Voornaamste doel van kolonialisme = geld verdienen met handelen

Slide 22 - Tekstslide

Conferentie van Berlijn
Een bijeenkomst van de belangrijkste Westerse mogendheden in Berlijn (onder leiding van Bismarck) in 1884.
Hiermee startte de Wedloop om Afrika: 
De Europese mogendheden verdeelden hier
alle landen die nog niet gekoloniseerd waren.
Dit ging vaak gepaard met veel geweld,
uitbuiting en moord.
→ België in Congo

Slide 23 - Tekstslide

een spotprent gemaakt rond 1900. De vrouw in het wit heeft een vlag met 'beschaving' erop, de man rechts een vlag waarop staat 'barbaren'

Slide 24 - Tekstslide

Leg uit met 1 beeldelement welk motief van het modern imperialisme in deze prent naar voren komt.

Slide 25 - Open vraag